Spring naar de content
bron: bob bronshoff

Pas verschenen: Pruis, Sommer, Mizee

Thomas van den Bergh bespreekt Boos meisje van Marja Pruis, Gouden dagen van Berend Sommer en Een licht bewoond eiland van Nicolien Mizee.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Thomas van den Bergh

Wrevel en zelfkritiek

Een neiging tot wreveligheid is een van de grote talenten van schrijfster Marja Pruis. Zij ergert zich, werpt weg, smaalt, drijft spot. Maar terzelfdertijd twijfelt ze, tast ze, stamelt ze. Ze is zelfkritisch, keert op haar schreden terug en betrapt zich op eigen vooroordelen.

Het gaat in deze essays over vrouwen en vrouw-zijn in een vrouwonvriendelijke wereld. Pruis noemt zichzelf radicaal-feminist, maar legt zichzelf steeds op de snijtafel. “In het diepst van mijn gedachten behoorde ik tot de dappere voorhoede, megafoon in de hand. In werkelijkheid stond ik van een afstandje toe te kijken.”

Deze scherpe en geestige stukken getuigen van een wonderbaarlijke lenigheid – van taal en van denken. Het openingsessay gaat over een reis naar Brazilië, over cultureel kapitaal en snobisme. Voor de andere reizigers voelt Pruis een zeker dédain, waarmee ze op sympathieke wijze worstelt. Het tweede stuk gaat over woede, over autobiografische literatuur, over identiteitsdenken en tegelijk over een wandeling. Enzovoorts. Deze associatieve essays waaieren steeds breed uit, zonder de focus te verliezen.

Marja Pruis
Boos meisje
Nijgh & Van Ditmar
€22,50

Verloren idealen

Het eerste deel van de derde roman van Berend Sommer vertelt het verhaal van een hechte vriendenclub die uit elkaar is gevallen. Vijf studenten vormden ooit een ‘geheime eetclub’ maar inmiddels is er één dood, een ander geëmigreerd en een derde woont in een doorzonwoning in Gouda. Alleen promovenda Wanda en schrijver Phil zien elkaar nog, maar die laatste is intussen veranderd in een onuitstaanbaar zelfingenomen mediapersoonlijkheid.

Het schema doet aanvankelijk vertrouwd aan: een ontmaskering van de romantische vriendschap van weleer – denk The Secret History of Niemand in de stad. Maar dan kantelt de roman in het tweede deel radicaal, en belanden we in een roadnovel waarbij Wanda en een sterk op de legendarische criticus Michaël Zeeman gelijkende intellectueel gezamenlijk in een auto koers zetten richting Duitsland.

Sommer is een begaafd stilist die zijn verhaal kruidt met allerlei maatschappijkritische observaties, bijvoorbeeld over de ‘neoliberale journalistiek’ van De Correspondent en over de cynische handel in groene certificaten. Het resultaat is een vrolijke (sleutel)roman over verloren idealen, schuld en boete.

Berend Sommer
Gouden dagen
Prometheus
€20

Wik-en-weger

In de verzamelde correspondentie van Nicolien Mizee aan scenarist Ger Beukenkamp zijn we beland in het vijfde deel, dat de periode februari tot en met juli 2000 behandelt. Dat is een relatief korte tijdspanne, waarin Mizee toch bijna 450 fax-pagina’s bij elkaar pent. De oorzaak van deze epistolaire eruptie is gelegen in het feit dat zij op 24 augustus haar eerste roman zal publiceren: Voor God en de Sociale Dienst.

Dit leidt bij deze fulltime wik-en-weger natuurlijk tot allerhande tobberijen over omslag en presentatie, financiën en sociale verplichtingen die met het schrijverschap samenhangen. ‘Geboorte-angst’ noemt haar ‘orakel’ Yolanda dat. Ook begint Mizee alvast uitvoerig te twijfelen over boek nummer twee. 

Fascinerend blijft dat Beukenkamp, haar ‘Allesverpletterende’, de ‘Ster aan mijn donkere hemel, bloem in dorre tuin’, nooit antwoordt. Als hij niet een bekende scenarist was, zou je gaan twijfelen aan zijn bestaan. Wel zal Beukenkamp een toespraakje houden bij de tewaterlating van Mizees debuut. Met die toezegging eindigt deze mooie bundel. Mizees laatste woorden: ‘Ik ben schrijfster.’

Nicolien Mizee
Een licht bewoond eiland 
Van Oorschot
€25