Spring naar de content
bron: anp

‘Vailighaid’

Nazreen vluchtte uit Gaza en woont nu in de Bijlmer. Toen ze hier net was dacht ze dat Nederlands een makkelijke taal was. ‘Hallo’, ‘goedemorgen’, ‘tot ziens!’ Maar er waren dus ook begrippen die twee totáál verschillende dingen betekenden. Verwarrend.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Kuitenbrouwer

Een van de eerste Nederlandse woorden die Nazreen leerde toen zij in Nederland kwam was ‘veiligheid’. In 2019 werd hun huis gebombardeerd, in Al Zeitoun, ten oosten van Gaza-Stad, als vergelding voor raketten die vanuit de wijk waren afgevuurd. Hala, haar buurmeisje en beste vriendin, haar ouders en haar oma kwamen om. Nazreen had geluk, ze was net in de kelder de appels aan het keren toen de bom viel. De kelder was sterk genoeg en er bleef een kleine uitweg vrij, waardoor ze naar buiten had kunnen kruipen. Haar ouders waren niet thuis en bleven ook ongedeerd. Zij hoorde Hala schreeuwen, ergens vanonder het puin. Ze haalde hulp, maar er was te veel, de brokstukken waren te zwaar. Hala’s stem verflauwde en viel tenslotte stil. ‘Ze is dood,’ wist Nazreen. Pas twee dagen later werd ze gevonden.

Haar ouders zagen het als een teken uit de hemel dat zij gespaard werd en besloten te vluchten. Ze pakten wat spullen en namen het vliegtuig naar Nederland, waar haar moeder iemand kende. Nu wonen ze in bij een kennis van een kennis, ergens in de Bijlmer. Toen de aanslagen van 7 oktober kwamen was ze drie jaar in Nederland.

Ze begon meteen Nederlands te leren. ‘Goedemorgen’, ‘tot ziens’, ‘dank u wel’, ze vond het een leuke taal. En al gauw kwam ‘veiligheid’. Het Nederlands heeft dubbelklanken: twee klinkers die samen een nieuwe klank vormen, best lastig. ‘E’ en ’u’ zijn ‘eu’. ‘O’ en ‘e’ zijn ‘oe’. ‘A’ en ‘u’ zijn ‘au’. En ‘e’ en ‘i’ klinken als ’ai’. Vailighaid, zeggen ze.

De oorlog in Oekraïne brak uit, ze volgde het op de tv. Steden werden lukraak gebombardeerd. Miljoenen Oekraïeners sloegen op de vlucht. ‘Al deze mensen,’ zei de tv-verslaggever, ‘op zoek naar vailighaid’. In Soedan werden aanslagen gepleegd op de Masalit-minderheid, zij worden vermoord, verkracht, gemarteld, verbrand, hun lijken achtergelaten in de straten van Darfur. ‘Een slachting,’ zei de televisie. ‘De Masalit-bevolking is nergens vailig.’ In Turkije en Syrië was een aardbeving, duizenden gebouwen stortten in. Je zag puinhopen, huilende mensen, brancards met doden en gewonden, stof en bloedsporen, lange rijen slordig afgedekte lijken, net als in Gaza. ‘Veel Turkse appartementengebouwen zijn onvailig’, zeiden ze op het nieuws.

Is het Nederlandse parlementsgebouw gevaarlijk, vroeg Nazreen zich af, net als die Turkse flats? Hebben ze daar ook gesjoemeld met de cementkwaliteit? Was Sylvana bang voor instorting?

Toen kwam 7 oktober. Een dancefestival in de woestijn, vrijwel iedereen afgeslacht. Meisjes verkracht en ontvoerd. ‘Israël moet veilig zijn,’ zei Netanyahu, ‘maar de verantwoordelijken voor deze aanslagen zullen nóóit meer veilig zijn!’

De bombardementen begonnen. Mensen vluchtten. Kinderen, bejaarden, zwangere vrouwen, sjouwend met tassen en koffers door het stof, auto’s opgetast met huisraad. ‘Gazanen op zoek naar veiligheid’ schreven de kranten. Wim en Samar, bij wie ze logeren, hebben een abonnement op Het Parool. Om haar Nederlands te verbeteren probeert ze hem te lezen. Haar oog viel op een foto. Een mooie vrouw, stijlvol gekleed, het haar in cornrows strak naar achteren. Zij heette Sylvana Simons. Ooit was zij VJ en fotomodel, maar nu was zij een vooraanstaand politica en zat zij in het Nederlandse parlement, als vertegenwoordiger van een door haar zelf opgerichte partij. Vanachter de glazen van een fraaie designbril keek zij ons zelfbewust aan. Nazreen was onder de indruk. Als zij ooit zó kon zijn: succesvol, gerespecteerd, machtig, rijk. Alleen de kop begreep zij niet. ‘Ik voel mij hier soms onveilig’ stond er. Is het Nederlandse parlementsgebouw gevaarlijk, vroeg Nazreen zich af, net als die Turkse flats? Hebben ze daar ook gesjoemeld met de cementkwaliteit? Was Sylvana bang voor instorting? Nee, als zij het artikel goed begreep, ging het om hoe collega’s soms naar haar kéken. Wat had dat met ‘veiligheid’ te maken?

Van de week weer. Die vrouw van de Boerenpartij, met die groene nagels, die ook in het parlement zit, Van der Plas. Die was uit een vergadering gelopen, want ze vond de ‘omgeving onveilig’. Ook nu ging het niet om instortingsgevaar, een bommelding of brand of zo, nee, iemand had iets gezégd. Niemand wist precies wat, maar mevrouw Van der Plas voelde zich ineens niet ‘veilig’ meer.

Veilig?

Haar ouders hadden dagelijks contact met familie en vrienden die nog in Gaza waren. De meesten probeerden weg te komen, maar hoe? ‘Help ons, help ons!’ smeekte haar tante Hala, die met haar man Jamal en twee kinderen in een UNWRA-kamp zat, nadat hun huis gebombardeerd was. Het werd stil en na een paar dagen vernamen ze via-via dat het kamp getroffen was door een raket. ‘Jamal en de kinderen zijn dood’ appte Hala tenslotte. ‘Help ons, we zijn nergens meer veilig!’

In de krant las Nazreen het woord ‘genocide’. Was het genocide, wat de Israëli’s in Gaza deden? Volkerenmoord? Een pagina verderop in de krant stond het woord weer. Een man die eigenlijk een vrouw wil zijn mag niet meedoen met het vrouwenzwemmen, omdat hij te sterk is. ‘Dit is genocide’, zei hij. En als je deze persoon ‘hem’ noemde in plaats van ‘haar’, dan was dat ‘geweld’.

Genocide? Geweld?

Nazreen begreep het niet. Toen zij net Nederlands begon te leren dacht ze dat het een makkelijke taal was. ‘Hallo!’, ‘Goedemorgen!’, ‘Lekker weertje!’, ‘Tot ziens!’

Maar het was ingewikkelder dan het leek. Er waren ook woorden die twee totáál verschillende dingen konden betekenden. Verwarrend.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €5 per maand.