Spring naar de content
bron: paul tolenaar

Oprichters BBB: ‘We voeren permanent campagne’

Caroline van der Plas is hét boegbeeld van de BoerBurgerBeweging. Maar zij is niet alleen verantwoordelijk voor het succes van de partij. Henk Vermeer en Wim Groot Koerkamp, twee marketeers met agrarische roots, staan haar vanaf de oprichting terzijde. Hoe verklaren zij de triomf? En: hoe nu verder? Een dubbelinterview. ‘De groslijst met Kamerleden en bewindspersonen ligt al klaar.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Smit

Met de glansrijke overwinning tijdens provinciale verkiezingen heeft de BoerBurgerBeweging (BBB) het politieke landschap stevig omgeploegd. Het kabinet, de Tweede Kamer, de Provinciale Staten, de besturen van de waterschappen: niemand kan meer om de partij heen. Met dank aan de alom aanwezige Caroline van der Plas, medeoprichter, frontvrouw en – vooralsnog – enig Tweede Kamerlid van BBB.

Samen met Henk Vermeer (56) en Wim Groot Koerkamp (57) – destijds beiden nog partner bij het op de agrarische sector gerichte communicatiebureau ReMarkAble – plantte zij in 2018 het eerste zaadje voor het succes van de partij. Zij vormden met zijn drieën het bestuur – Van der Plas als voorzitter, Groot Koerkamp als secretaris, Vermeer als penningmeester.

Bij de verkiezingen in 2021 oogstte de partij één zetel. Van der Plas belandde in de Tweede Kamer. Voor Vermeer reden ReMarkAble te verlaten en verder te gaan als partijsecretaris en rechterhand van het nieuwbakken Kamerlid – ‘Henk is het brein achter BBB’, aldus Van der Plas. Groot Koerkamp besloot daarop de officiële banden met de partij te verbreken, ook om geen voeding te geven aan geruchten als zou BBB mede worden gefinancierd door klanten van het communicatiebureau. Vooral op sociale media deden deze verhalen de ronde. Zo werd Van der Plas bijvoorbeeld de ‘handpop van Monsanto’ genoemd – Monsanto is de producent van onder meer de omstreden onkruidverdelger Roundup en eigendom van het Duitse chemieconcern Bayer, een klant van ReMarkAble. Wel verzorgt het in Deventer gevestigde communicatiebureau nog steeds de marketing en de verkiezingscampagnes voor de partij. Werkzaamheden waarvoor BBB het bedrijf gewoon betaalt.

Er wordt over boeren gepraat in plaats van met; er wordt over plattelanders gesproken in plaats van met plattelanders.

Wim Groot Koerkamp

De verkiezingszege van 15 maart en de schokgolf die dit heeft veroorzaakt, vormen een mooie aanleiding om Vermeer en Groot Koerkamp nader aan de tand te voelen. Wat is volgen hun de verklaring voor het succes? Kan BBB haar verkiezingsbeloftes waarmaken? En is de partij klaar voor de volgende stap – een plek in het landsbestuur?

Een ontmoeting die plaatsvindt op een regenachtige dag tijdens het meireces, op het partijbureau in een non-descript kantorenverzamelgebouw aan de rand van Colmschate, een voormalig dorp dat inmiddels is opgeslokt door Deventer. Ingeklemd tussen de weilanden en een vestiging van Basic-Fit.

De eerste vraag is voor Wim Groot Koerkamp.

U was huiverig. U wilde alleen meedoen op persoonlijke titel en met goedkeuring van Henk Vermeer. Vanwaar die aarzeling?

Groot Koerkamp: “Ik ben formeel niet in dienst van BBB. BBB is nu een politieke partij, ReMarkAble is een communicatiebureau en BBB is een klant van ons. Dit impliceert dat wanneer het gaat over BBB, je primair met mensen van BBB moet praten en niet met mij.”

Dat heeft toch ook te maken met de geruchten over de vermeende banden tussen BBB en Big Agro?

Groot Koerkamp: “Ja, alles wat je aandacht geeft groeit. Als ik telkens met mijn hoofd in de media verschijn, is dat voor een aantal mensen die geloven in complottheorieën aanleiding daar weer aandacht aan te besteden. Daarom wilde ik ook eerst overleg met Henk. Hij is ambtelijk secretaris en is ook campagneleider geweest tijdens de laatste verkiezingen, dus hij bepaalt wat er vanuit BBB wordt meegedeeld. Wij hebben een adviserende rol.”

Wim Groot Koerkamp (l.) en Henk Vermeer, medeoprichters van de BoerBurgerBeweging

Tussen 2019 en de verkiezingen in 2021 heeft BBB van ReMarkAble voor 174.000 euro aan steun in natura ontvangen in de vorm van verrichte werkzaamheden. Hoe weten we zeker dat de agro-industrie BBB via ReMarkAble nu niet meer financiert?

Vermeer: “Hoe weten we nu zeker dat de adverteerders in HP/De Tijd geen invloed hebben op het stuk dat jij nu schrijft? Het kan gewoon niet dat een klant van een communicatiebureau bepaalt wat een andere klant van dat bureau voor beleid moet voeren.”

Groot Koerkamp: “Het is klaarblijkelijk moeilijk te geloven dat iemand intrinsiek ergens iets van vindt. Ik ben boerenzoon. Mijn drive komt voor een groot deel voort uit frustratie over hoe er over de agrarische sector en het platteland werd en wordt gepraat. Er wordt over boeren gepraat in plaats van met, er wordt over plattelanders gesproken in plaats van met plattelanders. Dat vormde destijds de basis. Wij dachten: als we daar iets van vinden, moeten we daar ook iets aan doen. Het was een samenloop van omstandigheden. Wij zitten in Deventer, Caroline is toevallig ook een Deventerse. Henk was destijds nog in dienst van ReMarkAble. Caroline wilde een boek maken. Wij zeiden: we hebben nog nooit een maatschappelijk project gedaan, laten wij ook een bijdrage leveren. Zo is het gelopen.”

Caroline wilde toch zelf ook een communicatiebureau beginnen gericht op de agrarische sector? Dat heeft u slim gedaan, door haar boegbeeld te maken van BBB en zo een potentiële concurrent uit te schakelen.

Beide heren lachen. Vermeer: “De vraag was wel: wordt zij een concurrent of een collega.”

Groot Koerkamp: “Onze andere vennoot zit veel op LinkedIn. Hem was opgevallen dat zij een bureau wilde oprichten: Farm & Food Communication. Toen zeiden wij tegen elkaar: laten we haar maar eens uitnodigen voor een kop koffie en een Deventer koek.”

Vermeer: “We kenden Caroline alleen van de BoerBurgerTweet (een initiatief waarbij boeren een week lang twitterden over hun dagelijkse leven om de band met burgers te verbeteren – JS.) en van uitgeverij Agrio als journalist bij Pig Business, een vakblad voor varkenshouders.”

Meneer Groot Koerkamp, u bent boerenzoon. Had u zelf geen boer willen worden?

“Mijn oudste broer heeft het bedrijf overgenomen. Zoals dat bij veel boerengezinnen gaat: wanneer de oudste zegt het bedrijf te willen overnemen, zijn de ouders vaak gerustgesteld en gaat de rest iets anders doen. Ik kon redelijk goed leren, dus mijn ouders zeiden: leer jij nou maar door. Zo kwam ik ook op de hogere landbouwschool hier in Deventer terecht. Daar heb ik internationale agrarische handel gedaan. Pas in het laatste jaar van de studie ontstond de interesse voor communicatie, en dan met name commerciële communicatie. Daarna heb ik eerst negen jaar gewerkt bij AgriPers, een uitgeverij in de agrarische sector, op de commerciële afdeling als verkoopleider advertenties. Daar kreeg ik bij veel agrarische bedrijven een kijkje in de keuken en zag ik hoe gebrekkig in veel gevallen de communicatie was georganiseerd.”

Vermeer: “Bij AgriPers komen onze lijntjes bij elkaar. Ik liep eerst stage hier bij de Deventer Mengvoeder Centrale, kreeg daar vervolgens een baan en werd er marketingmanager. Via Wim kochten wij advertenties in bij AgriPers. Toen hij in 1996 voor zichzelf begon, zijn wij meegegaan.”

Henk Vermeer: ‘Het vertrouwen in de overheid is ook zo laag is vanwege de manier waarop politici met elkaar omgaan’

Meneer Vermeer, u komt niet van de boerderij. Hoe bent u in de agrarische wereld beland?

“Ik zat op het Nassau College in Harderwijk in de vierde klas van de havo en wist niet zo goed wat ik verder wilde. Ik dacht: ik wil ook iets doen, ik ben niet alleen een denker. Toen zei de decaan: ‘Ja, maar jij komt toch uit Uddel, dat zijn allemaal boeren, dus dan moet je maar eens op de hogere landbouwschool gaan kijken.’ Over vooroordelen gesproken. Maar ja, ik wist ook niet zo goed wat ik anders wilde, dus ben ik naar de open dag gegaan van de Christelijke Hogere Landbouw School in Dronten en op die school beland.”

Eigenlijk had u al in 2010 het plan om een nieuwe boerenpartij op te richten. Waarom is dat toen niet doorgegaan?

Groot Koerkamp: “Het idee om de stem van het platteland nadrukkelijker te laten horen leeft al heel lang. Alleen: het is vaak een kwestie van het juiste idee en de juiste timing. Destijds was net het eerste of tweede seizoen van Boer zoekt vrouw op televisie geweest. Daaraan nam Marlies van Zeeland, een meisje uit Brabant, deel. Zij is een echte representant van de sector die op een zeer aanstekelijke, positieve manier over het platteland kan spreken en ook communicatief vaardig is. We hebben dat toen onderzocht met haar en met Agrio. Maar we hadden toen onvoldoende massa; ons bureau was nog relatief klein.”

Vermeer: “Ik zat sinds 2014 bij ReMarkAble. Toen was de basis: als ondernemer moet je over twee dingen met klanten nooit in discussie gaan: religie en politiek. Dus eigenlijk was dat een beetje een no-goarea. Ik ben later wel in de gemeentepolitiek gegaan bij Harderwijk Anders (Vermeer is fractievoorzitter van deze grootste partij in Harderwijk – JS). Daar hebben we best wel even discussie over gehad, van: is dit wel slim? Maar het gaat hier om een lokale partij en we hebben geen klanten in Harderwijk, dus je belandt nooit in een belangenconflict.”

Is BBB niet gewoon een marketingproduct?

Vermeer: “Je bedoelt dat we ook stofzuigers hadden kunnen gaan verkopen? Daar zouden we best succesvol in zijn geweest, maar dat was niet de drive. De drive was: je kunt aan de zijlijn blijven staan, blijven klagen over wat voor ons gevoel het platteland en de sector overkomt, de frames die erover worden uitgestort en alle maatregelen. Wij hebben toen gezegd: je hebt belangenorganisaties zoals LTO. Die zijn nuttig, die worden bij alle gesprekken aan tafel uitgenodigd. Maar wij hadden niet het gevoel dat die altijd scherpe keuzes durfden te maken. Daarnaast begonnen actiegroepen op te komen. Wij zijn wel actiegericht, maar geen actiegroep. We vroegen ons af: ga je daar potten mee breken? Wie of wat heeft nu de meeste impact op hoe er over een sector wordt gepraat? De politiek. We keken daarbij naar de Partij voor de Dieren, die met één of twee zetels een complete dierenagenda kon uitrollen over de Tweede Kamer, met op het oog sympathieke moties, die voor de sector desastreuze gevolgen hadden. Toen hebben we tegen elkaar gezegd: we moeten iets doen, we beginnen BBB.”

De timing was perfect, oktober 2019, vlak na het begin van de grote boerenprotesten…

Vermeer: “In 2019 was er veel discussie in het kabinet, rond asielzaken, stikstof, de kinderopvangtoeslag. Toen dachten we dat het kabinet misschien zou vallen en hebben we gezegd: we moeten de partij nu echt gaan oprichten, ook formeel. Als er verkiezingen komen, moet je zo lang van tevoren staan ingeschreven, anders wordt je lijst blanco. Toen versnelde het. Sommigen zeggen: de boerenprotesten waren de aanleiding om de partij op te richten, maar dat is pertinent niet waar. Wel dat toen alles culmineerde.”

Wim Groot Koerkamp: ‘Rancune behoort niet tot onze kernwaarden’

Hoe heeft u 15 maart beleefd?

Vermeer: “Ik ben nog nooit in mijn leven zo gespannen geweest als op die dag. Ik wist niet waar ik het moest zoeken. De weken daarvoor had ik al wel het gevoel: er gaat iets heel bijzonders gebeuren. Toen wij ’s ochtends van alle kanten hoorden dat er op het platteland bij alle stembureaus rijen stonden, was voor ons duidelijk: dit kan alleen maar voor ons zijn, dit wordt iets heel aparts. De rust keerde pas terug na die eerste exitpolls in Noord-Holland. Toen heb ik ook nog maar één biertje dronken, want ik wist: nu moeten we vanaf morgenvroeg aan de bak. Ik ben alvast persberichten gaan voorbereiden, gaan kijken of alles goed klaarstond en ik hoopte dat de avond verder goed zou verlopen.”

Er leek nog even sprake van paniek: een beveiliger die Van der Plas weghaalde voor de camera’s.

Vermeer: “Wij hadden ervoor gezorgd dat Caroline tegen de gebruiken in al vanaf zeven uur aanwezig was en dat zij op ieder moment de pers te woord kon staan. Dus niet dat er om kwart over elf een muziekje wordt ingestart, de partijleider daar onder luid gejuich in drie minuten een verhaal houdt en weer aftaait. Alleen, er was zoveel pers en die stond zo dicht op haar, dat een van de beveiligers dacht: dit gaat niet goed, dit wordt zo overweldigend, Caroline moet er even uit. Van een echte dreiging was geen sprake.”

En u, meneer Groot Koerkamp?

“Nu Henk dat zo vertelt, krijg ik ook weer kippenvel. Kijk, in het begin werd er gezegd: BBB, o ja, dat is die partij voor die boeren. Ik beweeg me, net als iedereen, in verschillende kringen, ik heb een grote familie, ben actief in de sport. Als je dan hoort hoe familieleden en sportmaten die niets hebben met de agrarische sector tijdens verjaardagen en andere bijeenkomsten over BBB praatten: het was gewoon the talk of the town. Dan voel je wel dat er iets groots gaat gebeuren. We hebben een mooie campagne gedraaid, zijn nadrukkelijk zichtbaar geweest. Dat helpt natuurlijk.”

Was BBB wel voorbereid op zo’n grote overwinning?

Vermeer: “Peilingen van onder meer EenVandaag wezen al wel uit dat we flink stegen. We hebben toen begin maart vertegenwoordigers van alle 21 waterschappen en alle 12 provincies hierheen gehaald en voorbereid op een eventuele overwinning. Wat doe je als je de grootste wordt? Ook vanuit een soort mentale voorbereiding. Volgens de peilingen zouden we in sommige provincies heel erg groot worden. Je weet dat als jij heel erg wint, er anderen zijn die heel erg verliezen. Gedeputeerden die hun baan verliezen, Statenleden die hun plaats kwijtraken. Dus we hebben gezegd: ga met respect om met een grote overwinning. Dat heeft ook een groot aantal teams ertoe gebracht te zeggen: op de verkiezingsavond wordt er niet gedronken, we gaan een aparte avond organiseren om het te vieren, maar dat doen we niet op die avond. Daar hebben we veel positieve reacties op gehad.”

We zeiden tegen elkaar: laten we Caroline van der Plas maar eens uitnodigen voor een kop koffie en een Deventer koek.

Wim Groot Koerkamp

Wat verklaart nu het succes van BBB? Is dat Caroline, het falen van het kabinet, het gedraai van Hoekstra?

Vermeer: “Misschien is het een soort perfect storm waarin alles samenkomt. Wat in ieder geval ook heeft geholpen is dat we permanent campagne voeren. In de maanden na de verkiezingen in 2021 heb ik met verbazing zitten kijken hoe sommige partijen bijna twee, drie maanden helemaal niets op hun socials plaatsten. Volgens mij waren alle communicatiemensen op vakantie gegaan. Wij vinden het superbelangrijk dat we constant verantwoording afleggen over wat we doen en waarom we dat doen. Naar onze overtuiging ben je dat verplicht.

“Maar om even terug te komen op je vraag: belangrijk is dat je de juiste combinatie van mensen hebt. Verder klampten veel partijen zich vast aan de werkwijze die ze altijd hadden gevolgd. De VVD was verbijsterd dat ze niet wonnen, ondanks alle peilingen en signalen. Die gingen er gewoon van uit: bij de stembus komt het wel weer goed, het is altijd goed gekomen. Een Thierry Aertsen die na afloop zegt: als wij hadden geweten dat er zoveel onvrede leefde bij de mensen, hadden we daar tijdens de campagne wel op ingestoken. Tja. Dan snap ik niet wat je aan het doen bent.”

Groot Koerkamp: “U vraagt naar het succes van BBB, maar je kunt het ook omdraaien: wat heeft de rest verkeerd gedaan? De andere partijen hebben ons ook gruwelijk geholpen; ze hebben het op een presenteerblaadje aangereikt.”

Vermeer: “Wij hebben besloten een positieve campagne te voeren. Het kan iedere dag BBBeter. Ondanks alle shit en dingen die er misgaan in Nederland. Wij denken dat het vertrouwen in de overheid ook zo laag is vanwege de manier waarop politici met elkaar omgaan. Wij hebben vanaf het begin gezegd: daar doen wij niet aan mee.”

Dat sluit goed aan op mijn volgende vraag. Wat opvalt: die nieuwe BBB’ers zijn zo gewoon. Ze hebben geen dikke ego’s, zijn niet gefrustreerd, het zijn geen ongeleide projectielen. Hoe kan dat? Hebben ze allemaal een assessment gedaan?

Vermeer: “Nee, daar hadden we geen geld voor. We zijn al in oktober 2021 begonnen met de werving van mensen voor de Provinciale Staten. Dat hebben we gedaan door eerst rayonhoofden aan te stellen onder onze oorspronkelijke groep van 26 kandidaten voor de verkiezingen van 2021. We hebben de vertrouwde mensen met de juiste cultuur en de juiste DNA aangesteld als kwartiermakers en echt geselecteerd op teamgevoel. Van mensen die al snel vonden dat het te veel werk was, dat er te veel bijeenkomsten waren, hebben we afscheid genomen. Met Caroline zijn we vervolgens langs al die provincies gereisd om de kandidaten zichzelf te laten pitchen. Die verhalen waren bijna allemaal hetzelfde: ik kan niet langer langs de zijlijn blijven staan, ik heb geen politieke ervaring, maar wel in het verenigingsleven, in een bedrijf. Sommigen zeiden: ik vind politiek eigenlijk niets, maar ik moet het nu wel doen.

“Er zat ook bestuursvoorzitter van een multinational bij. Die stelde zich tijdens een meeting nogal arrogant op: wij moesten landelijk dit doen en dat moest anders. Toen vroegen we wat hij dan zelf maatschappelijk had gedaan. Dat was niets! Na die pitches hebben we tegen de lokale teams over sommige mensen gezegd: zouden jullie die nu wel nemen? Daar hebben ze toen afscheid van genomen.”

Wie was die bestuursvoorzitter?

Vermeer: “Dat ga ik niet zeggen.”

Hoeveel mensen heeft u naar huis gestuurd?

Vermeer: “Dat waren er niet veel. Ik denk bij elkaar een stuk of tien.”

Het CDA is de grote verliezer. Wat hebben zij nu verkeerd gedaan?

Vermeer, aarzelend: “Alle grote partijen hebben verloren. Wat zij verkeerd hebben gedaan is wat alle partijen verkeerd hebben gedaan. Voor mijn gevoel is dat: niet luisteren naar wat er leeft in het land en daar de consequenties uit trekken. Het CDA heeft hele mooie visies gemaakt op weg naar de verkiezingen. Maar het is natuurlijk heel ongeloofwaardig wanneer jij al die tijd al aan de touwtjes trekt en niet doet wat je zelf vindt dat er moet gebeuren. Het gaat om geloofwaardigheid, dat wat je denkt gelijk is aan wat je zegt, en wat je zegt aan wat je doet. Daar prikken mensen doorheen. Dat komt omdat alles veel transparanter is tegenwoordig.”

In ons meinummer vertelde Ilona Lagas, fractieleider van de BBB in de Eerste Kamer, over PANG, de afkorting voor de vier kernwaarden van de partij: Professionaliteit, Authenticiteit, Noaberschap en de Gulden regel: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. Dat doet toch wel heel erg denken aan de kernwaarden van het CDA.

Vermeer: “PANG staat voor gewoon een beetje normaal doen. De essentie is dat je het moet doen en dat mensen ook moeten geloven dat je het doet. Als je A zegt en B doet, ben je weg. Als je zegt: die 2030 als doel voor de halvering van de stikstofuitstoot is niet te dragen, maar vervolgens ga je er gewoon mee door en stem je mee met iedere motie – mensen laten zich niet voor de gek houden.”

Ook bij de formaties komt het CDA er bekaaid vanaf.

Vermeer: “In sommige provincies heeft het CDA maar twee of drie zetels. Haal je deze partij erbij, dan moet je wel zes of zeven partijen hebben om een coalitie te kunnen vormen. Dan kun je zeggen: je zit er ideologisch misschien dichtbij en met die mensen kun je prima overweg. Maar als dat niet meer representatief is voor de verkiezingsuitslag…”

Ze worden niet ‘bestraft’?

Vermeer: “Nee, het is geen afrekening met de concurrent. Rancune behoort niet tot onze kernwaarden. In Zeeland bijvoorbeeld vormen BBB en CDA samen een coalitie.”

Groot Koerkamp: “De partij die er echt bekaaid vanaf komt is D66. Zoals het er nu naar uitziet, komt D66 in geen enkele provincie in de coalitie.”

Omdat BBB en D66 inhoudelijk te ver van elkaar staan?

Vermeer: “Nou, het heeft meer met de houding te maken dan met de inhoud. Kijk, de Van Mierlo’s en zo, die verschilden niet zoveel van ons. Dat was toen ook de partij die zorgde voor vernieuwing, die de boel opschudde. Maar nu: kijk naar die documentaire over Kaag – Sigrid Kaag, vicepremier, minister van Financiën en partijleider van D66, JS – waarin zij achter in de auto zit, zonder gordel om overigens, en iedereen de maat neemt over wat je wel en niet mag doen. Vervolgens vraagt zij zich af over PVV-kiezers: wie zíjn die mensen? Dat je je erop voor laat staan dat je de hele wereld hebt afgereisd, weet van de situatie in Niger, maar niet van die in Salland, dat vinden wij tekenend.

De natuur staat niet op instorten. Dat is de grootste quatsch die er is.

Henk Vermeer

“Overigens is dat niet de enige reden waarom D66 er bekaaid van afkomt. Zij hebben begin maart zelf gezegd dat ze na 15 maart alleen maar met ‘constructieve partijen’ aan de slag willen en niet met BBB, JA21 en PVV. FvD hebben ze niet eens genoemd, omdat ze die graag willen negeren.”

BBB zit erg op de kloof stad-platteland. Uit verkiezingsonderzoeken blijkt dat het meer een kloof is tussen hoog- en laagopgeleiden.

Vermeer: “Wij praten liever over praktisch en theoretisch opgeleid. Want ‘hoog’ en ‘laag’ is alweer een soort waardeoordeel. In een land als Nieuw-Zeeland krijgt een bouwvakker al evenveel betaald als een advocaat. Dat gaat hier ook gebeuren, want al die advocaten weten niet hoe ze een gootsteen moeten ontstoppen of een stoepje moeten leggen. De een is goed met zijn handen, de ander beter met zijn hoofd, maar de een is niet beter dan de ander. Het zou kunnen dat er meer praktisch opgeleide mensen op BBB hebben gestemd. Nou en. Maar dat wordt vaak een beetje geframed als: dat zijn mensen die niet kunnen nadenken, daarom stemmen ze BBB. Hoe erg kun je 20, 30, 40 procent van Nederland schofferen door dat te zeggen?”

Groot Koerkamp: “Als je daaraan vasthoudt, prima, dan gaan we naar 50 procent.”

BBB wordt vaak gezien als centrumrechts. Waar in het politieke spectrum staat BBB?

Vermeer: “Wij noemen onszelf een brede middenpartij. Daarin staan we niet alleen. Het Montesquieu Instituut heeft net een onderzoek verricht. Daaruit blijkt dat BBB in het midden staat of net rechts daarvan.”

Even naar de actualiteit, het Landbouwakkoord. Gaat dat er komen?

Vermeer: “Nee, totaal niet. Men komt wel met allerlei beperkingen, maar er wordt geen perspectief geboden.”

Uitkopen toch?

Vermeer: “Is dát perspectief? Boeren willen prima meidoornhagen plaatsen, die willen prima bomen poten midden in het weiland. Maar dat kost je opbrengst en je hebt in grond geïnvesteerd op basis van de opbrengst, dus als die minder wordt, moet je een andere inkomstenbron krijgen, langjarig, en dat perspectief is er gewoon niet.”

Meer dan de helft van de boeren heeft geen opvolger. Als we die nu eens de mogelijkheid bieden om zich uit te laten kopen, dan is het probleem toch opgelost?

Vermeer: “Prima, maar gooi dan dat verplicht uitkopen voor 2030 van tafel. Dan blijven banken financieren en is er perspectief en zullen er vanzelf veel minder bedrijven komen, worden de bedrijven extensiever en daalt de stikstofuitstoot vanzelf. Dat kan prima, maar men probeert iets te forceren. Als ze het nu gewoon wat meer tijd geven. Want die natuur staat niet op instorten, dat is de grootste quatsch die er is.”

Houden boeren eigenlijk wel van natuur of zien ze die louter als een productiemiddel?

Beide heren schudden het hoofd en zuchten.

Vermeer: “Ja natuurlijk!”

Groot Koerkamp: “Dat je dat nu nog durft te vragen?!”

Vermeer: “Als er geen bijen zijn, worden er geen fruitbomen bevrucht, dan hebben we geen appels, geen peren. Als er geen bodemleven is, dan groeit er gewoon nul. Een boer weet dat hij de bodem nog meer moet verzorgen dan zijn gewas. Zonder bodem geen opbrengst.”

Maar de natuur verslechtert: de biodiversiteit, de bodemstructuur, ook op agrarische gronden.

Vermeer: “In een aantal gebieden is er sprake van verslechtering. Er wordt gezegd: in 80 procent van de natuurgebieden is de instandhouding goed of is er zelfs sprake van verbetering, en in 20 procent gaat de natuur achteruit. Anderen zeggen: 70 procent van de gebieden is er slecht aan toe. Het is beide waar. Kijk je naar het totale aantal hectares, dan is 80 procent goed in orde. Kijk je naar het aantal gebieden en vooral de kleine gebieden: die hebben het het moeilijkst. Daarom hebben wij al in een eerder stadium gezegd: halveer het aantal natuurgebieden en vergroot misschien zelfs het totale oppervlak. Want hoe groter het gebied is, hoe meer het aankan. Ik vind dat een heleboel mensen de maakbaarheid van de natuur overschatten en de kracht van de natuur totaal onderschatten.

“Wat de landbouw betreft: omdat de natuur op sommige plekken verslechtert, zijn boeren al jaren aan het evalueren. Toen kunstmest opkwam aan het eind van de negentiende eeuw, is men gaan kijken: welke grassoort geeft de hoogste meeropbrengst met kunstmest? Dat bleek Engels raaigras. Tegenwoordig zijn alle bemestingsregels veranderd en zijn al die boeren aan het kijken: welk type gewas past daar weer het beste bij? Maar dat is niet van de ene op de andere dag geregeld, want als je dat één keer in de zes of zeven jaar inzaait, ga je het niet tussendoor even omploegen en opnieuw inzaaien, dat is kapitaalvernietiging. Dus: geef boeren de tijd om te veranderen. Men wil revolutie, je hebt evolutie nodig. Of de banken moeten zeggen: je hebt geïnvesteerd, je hebt een afschrijvingstermijn van twintig jaar, we geven je de helft vrij, dan kun je in tien jaar afschrijven. Maar dat gaat toch ook niemand doen?”

Daarvoor hebben we toch het transitiefonds, die 24,3 miljard euro? Waarbij je je kunt afvragen waarom de belastingbetaler dat moet betalen.

Vermeer: “Ja, waarom moet de belastingbetaler opdraaien voor wegen, voor riool. Wie geniet hier van dit landschap? Wie rijdt daardoorheen, wie recreëert daar?”

Zijn er dan geen alternatieven? Beperkte woningbouw rond boerenerven, bouwboeren…

Vermeer: “Het is en, en, en. Alleen maar bedrijven uitkopen inclusief de grond is helemaal niet nodig. Je kunt ook zeggen: op een bepaalde plek stoppen we met melkkoeien en gaan we in ruil daarvoor een extensief bedrijf beginnen en wat recreatiewoningen bouwen, dan heb je ook een verdienmodel. Daarom zeggen wij ook: dit moet niet allemaal vanuit Den Haag worden aangestuurd, je moet lokaal naar de omstandigheden kijken. In sommige gebieden zou het inderdaad een goed idee zijn om een soort boerenbrinkjes te maken, gewoon een vergunning voor vier, vijf woningen. Dan hoeft het niet eens geld te kosten. Maar al die generieke oplossingen voor specifieke problemen, dat gaat niet werken.”

Groot Koerkamp: “Ja, het gaat om meten is weten en om maatwerk.”

BBB heeft met JA21 een initiatiefnota geschreven om uit de stikstofcrisis te komen. Daar waar de stikstofdepositie ten minste twaalf maanden een neerwaartse trend laat zien, moet de drempelwaarde volgens uw partij worden verhoogd tot 1 mol per hectare. Daar gaat de Raad van State toch nooit mee akkoord? Kijk naar de bouwvrijstelling: die heeft de Raad ook van tafel geveegd.

Vermeer: “Dat klopt. Daarom willen wij dat de stikstofwet wordt aangepast. Nu staat er in de wet een grens van 0,005 mol.”

Uw partij heeft ook veel kritiek op de modellen waarmee de stikstofneerslag wordt gemeten. Vanwaar die kritiek? We werken toch overal met modellen – het CPB voor de economische groei, het KNMI voor het weer?

Vermeer: “Ja, maar die doen dat alleen maar om dingen te voorspellen en indicaties te geven, niet om een bedrijf op af te rekenen. Een model is een middel en geen doel.”

En nu naar de nabije toekomst. Komen er vervroegde verkiezingen?

Vermeer: “Ja, wij bereiden ons voor op verkiezingen dit najaar; daar houden wij ernstig rekening mee. De programmacommissie is opgestart en we hebben de groslijsten klaarliggen voor Kamerleden en bewindspersonen. Gezien de huidige peilingen moeten wij er serieus rekening mee houden dat wij ook het initiatief moeten nemen in coalitievorming. Net als in de provincies nemen wij die verantwoordelijkheid ook.”

Kunt u wat namen noemen?

Vermeer: “Nee.”

Heeft u zelf ambities?

Vermeer: “Ik wil graag op een verkiesbare plaats, ik zou wel naar die microfoon willen lopen.”

Wij bereiden ons voor op verkiezingen dit najaar.

Henk Vermeer

En u?

Groot Koerkamp: “Nee, ik bevind mij in een prima rol vanuit ReMarkAble. Ik heb het vrije woord, ik hoef mij niet te verantwoorden bij het bestuur of de fractie. Ik vind nog steeds van alles, met name op het gebied van de beeldvorming en het gebrek aan kennis over de agrarische sector. Ik ben ervan overtuigd dat de sector daarin ook een grote verantwoordelijkheid heeft om op een brede manier uiting te geven aan waar we voor staan. Dan heb ik het niet alleen over de boeren zelf, maar ook over de toeleveranciers en de voedselverwerkers. Die denken nu: laten we ons maar stilhouden en onder het maaiveld blijven, maar dat is niet de juiste houding.”

Het succes van uw partij is voor een groot deel te danken aan Caroline van der Plas. Is zij wel vervangbaar?

Vermeer: “Iedereen is vervangbaar. Zeker, zij is een unieke persoonlijkheid. Maar als er iemand weggaat, staat er altijd wel weer iemand op. Alleen: wij kunnen haar nu niet missen, zeker in deze fase niet.”

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.