Spring naar de content

Koester je vijanden

Rob stelt Arthurs associatie met GeenStijl ter discussie, waarna de Foute Jongens komen te spreken over de vele Nederlandse media die in Belgische handen zijn.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door De Foute Jongens

Rob: Er is iets waarmee ik zit, mijnheer Van Amerongen. Ik ken u al jaren, en er zijn momenten dat onze op zich unieke samenwerking mij uitstekend bevalt. U bent mij er eentje! Misschien is het juist wel daarom dat ik er maar niet in slaag te verklaren wat een zestiger die zichzelf na een lange carrière met tal van hoogtepunten een Foute Jongen mag noemen – inmiddels een eretitel die de waarde van die van de Dichter des Vaderlands verre overstijgt – tussen de belletjetrekkers van GeenStijl te zoeken heeft.

Sinds uw vrijwillige vertrek bij de Volkskrant, dat ik overigens toejuichte, omdat die krant onder het hoofdredacteurschap van de heer Pieter Klok een wokistische toon kreeg die niet bij de uwe paste, schrijft u zich helemaal wezenloos voor dat shockblog. U trompettert het zelfs op alle beschikbare sociale media dolenthousiast rond, zeker nu GeenStijl het twintigjarig bestaan viert, ter gelegenheid waarvan men daar tal van promotieactiviteiten heeft ontwikkeld.

Dat verrast mij, collega. Het vloekt mij té zeer met uw medewerking aan HP/De Tijd, een maandblad dat een reputatie heeft hoog te houden en ook nu nog een lijst aan medewerkers heeft die de liefhebbers van het betere journalistieke én literaire werk doet smullen. Laat ik het zo zeggen: toen de onovertroffen dichter Lévi Weemoedt het rijm ‘Toen God het niet meer wist/ Schiep Hij de journalist’ componeerde, had hij het colofon van HP/De Tijd niet voor ogen.

Bij de Volkskrant was ik echt een koekoeksjong.

Arthur van Amerongen

Ligt de verklaring misschien in het feit dat ik doorgaans in andere kringen dan u verkeer? Mijn functie als chroniqueur van ’s lands meest toonaangevende dagblad brengt dat nu eenmaal met zich mee, al moet ik inderdaad toegeven dat ook ik mij eenmaal tot medewerking aan een GeenStijl-manifestatie heb laten verleiden.

Geen blazoen is smetvrij. Bovendien bestond er een geldige reden voor: ik kon gestalte geven aan mijn NPO-afkeer door samen met u het Groot Nationaal GeenStijl-dictee te schrijven, in het leven geroepen nadat de NPO met het Groot Dictee der Nederlandse Taal was gestopt. Die uitdaging wilde ik dan nog wel aangaan, ofschoon ik mij bij nader inzien beter niet akkoord had kunnen verklaren met uw voorstel om voorlezer Philip Freriks door mevrouw Kim Holland te vervangen. Ik had slechts een vaag vermoeden wie zij was en toen ik het eindelijk zeker wist – als ik alleen thuis ben, bekijk ik sindsdien weleens filmpjes waarin zij acteert – had ik er spijt van.

Het was best aardig hoor, dat dictee, daar niet van. Neem alleen al de eerste alinea, die ik voor mijn rekening nam: “Indien de follikel persisteert, voelt de deugvrouw zich onteerd. Is dit een dionysisch geassaisoneerd axioma van een à contrecoeur functionerende, zijn referte-eisen zelfs verzakende gynaecoloog, het dagelijks geürm zijner patiënten zat en dientengevolge neigend tot laag-bij-de-grondse misogynie?”

Ik hoor het mevrouw Holland nog voorlezen, terwijl menigeen ‘kom maar’ verstond als zij ‘komma’ lispelde, en ik beschouw het als tekenend voor de hele gang van zaken dat wij zwaar in het ootje werden genomen door de winnaar, de heer Joris von Loghausen. Hij was toen nog werkzaam bij GeenStijl en de enige die het dictee op een laptop schreef. Of denkt u soms dat hij daarmee géén internetverbinding had?

Nogmaals: wat dóet u bij die club?

Arthur: Kijk, heer, jij wordt door de redactie van GS liefkozend oom Rob genoemd. Ronald Plasterk wordt respectvol ome Roon genoemd. Heel soms noemt een reaguurder mij ome Tuur, maar verder vallen slechts hoon en spot mij ten deel. Gelukkig word ik, de kunstparel en de paria van de Nederlandse journalistiek en de laatste martelaar van het vrije woord, gesteund door de mannen van die Gideonsbende. Samen met onze geliefde hoofdredacteur Thomas Kellerhuis, Kelly voor intimi, zijn zij de laatste strohalm in mijn nutteloos bestaan. 

Maar nu we toch aan het terugblikken zijn: kort voor het dictee was er een breinstorm in café Wildschut in Amsterdam-Zuid. De redactie van GS was er, Hans Teeuwen, Sander Schimmelpenninck, Lisa van Ginneken, Theodor Holman, Philippe Remarque, Vic van de Reijt, jij en ik.

De hele zaak rond Jelle Brandt Corstius speelde net. Masha, de dochter van Theodor, is met JBC. De kerstdagen stonden voor de deur en wij maakten grapjes over die arme Holman, die naar een diner moest met JBC, diens zus Aaf, haar echtgenoot Gijs Groenteman en diens moeder Hanneke. Dat gun je niemand, zo’n kerstdiner.

Bart Nijman heeft die drankrekening van Wildschut ’s anderendaags ingelijst; het was echt een schandalig bedrag. GeenStijl was nog net onderdeel van De Telegraaf en ik zie Nijman nog grijnzen, terwijl hij wapperde met de rekening: die gaat naar de Basisweg.

Ook ik heb mij eenmaal tot medewerking aan een GeenStijl-manifestatie laten verleiden.

Rob Hoogland

Daarna ging de hele meute door naar Loetje even verderop, om biefstukken van echt vlees te eten. Die had je toen nog. Enfin, die avond is het scenario voor het dictee min of meer in elkaar geflanst. Ik heb toen werkelijk een allegaartje aan krabbelaars bij elkaar verzameld. Jouw muze Kim Holland las het inderdaad voor, Tom Staal was moderator, en Vic van de Reijt en Theodor Holman vormden de jury.

In de remise in Amsterdam-West zat een zaaltje vol paradijsvogels zoals Martin Bosma, Winston Citroen, Paul Damen, Ebru Umar, en als kers op de taart twee sterren uit de volwassenenindustrie, waaronder Mandy Slim. Er was een peperdure straalwagen ingehuurd om het festijn live te kunnen uitzenden, maar de verbinding is nooit tot stand gekomen. Lachen, want de rekening ging naar jouw Telegraaf

Het was overigens een kwestie van tijd dat ik voor GeenStijl ging werken. Ik heb me er altijd erg thuis gevoeld, iets wat ik bij de Volkskrant totaal niet had. Ik was daar echt een koekoeksjong. GeenStijl is net als onze geliefde HP/De Tijd nog echt onafhankelijk, dus niet opgekocht door de Belgen. De puissant rijke Van Thillo bezit DPG Media: Trouw, Het Parool, de Volkskrant, het AD, Het Laatste Nieuws, Nu.nl en Humo. De Leysen-dynastie heeft Mediahuis, met onder andere De Limburger, NRC, De Telegraaf, en de dagbladen van Holland Media Combinatie. De familie De Nolf bezit Roularta, met o.a. Elsevier Weekblad en Knack. Ik vind dit een zeer ongezonde ontwikkeling, want: wiens brood men eet, diens woord men spreekt. De neuzen van de journalisten die voor de Vlaamse mediamoguls werken staan allemaal dezelfde kant op: pro-Brussel, pro-vaccinatie, pro-Oekraïne, pro-klimaat, pro-woke, pro-WEF, pro-LGBTQQIP2SA, pro-Extinction Rebellion, pro-BLM, pro-Ajax en ga zo maar door. Iets heel anders: hoe zie jij, al vijftig jaar luis in de pels, de toekomst van de Nederlandse media?

Rob: Ten eerste dit, mijnheer Van Amerongen: wat is er mis met pro-Oekraïne? Kan het zijn dat u iets te lang in het gezelschap van dat verschrikkelijke heerschap Baudet heeft verkeerd, toen u deze Poetin-adept (“Ik zie in hem de Ronald Reagan van deze tijd,” zei de heer Baudet, wie dat durft te beweren is óf van het padje, óf wordt door Moskou gefinancierd) tijdens zijn luxe verblijf op kosten van de FVD-leden in de Algarve opzocht?

Ongetwijfeld was het niet allemaal koek en ei in Oekraïne, toen de heer Poetin zijn leger opdracht gaf om te beginnen met de verwezenlijking van zijn onhaalbare KGB-droom: de herinstallatie van de Sovjet-Unie. Maar het land van de heer Zelensky is wél het slachtoffer van een buitengewoon wrede en in volkenrechtelijk opzicht totaal onacceptabele invasie, waarbij Rusland zelfs gebruik maakt van de inzet van de met moordenaars en andersoortige criminelen aangevulde eenheden van de Wagner-groep. Dan móet je, wanneer je over een gezond verstand beschikt, toch wel pro-Oekraïne zijn?

Ik ben tot rechts gemaakt door mijn talrijke vijanden, die ik als schorpioenen aan mijn borst klem.

Arthur van Amerongen

Maar goed, u wilt weten hoe ik de toekomst van de Nederlandse media zie. Welnu, ik zeg u dit: de papieren media, waarmee ik met name de dagbladen bedoel, hebben géén toekomst. Nu al zijn de papierprijzen krankzinnig hoog en vormt de bezorging een steeds groter probleem. U en ik zagen er, toen wij jong waren, niet tegenop om ’s ochtends om vijf uur kranten te gaan bezorgen (ik vanaf mijn dertiende De Telegraaf, met andere woorden: ik werk al bijna 60 jaar voor die krant). Tegenwoordig komt de jeugd er in steeds mindere mate hun nest voor uit, waardoor de grote uitgevers die u hierboven noemde zich zelfs gedwongen voelden een bezorgingssamenwerking aan te gaan, hetgeen gezien de dagelijkse regen aan klachten van boze en/of teleurgestelde abonnees tot nu toe ook al geen succes is.

Mijn voorspelling: vijf jaar. Dan – en misschien wel eerder – zal er begonnen worden met het afschaffen van de midweekse papieren kranten en ontvangt de abonnee alleen nog de uitgebreide zaterdagkrant en de maandagkrant (sport) in de brievenbus. En ook dat zal niet lang duren. De toekomst is online en daar is niks mis mee. De generaties na ons lezen nu al nauwelijks papieren kranten. Sterker nog, ik doe dat zelf ook steeds minder. Waarbij ik nogmaals wil benadrukken dat ik het hier over de dagbladen heb. De week- en zeker de maandbladen zijn een ander verhaal.

Zo gaan de dingen, mijnheer Van Amerongen. Het heet vooruitgang, al denk ik met genoegen terug aan de periode dat de papieren kranten floreerden. Ik maakte daar deel van uit (ik heb zelfs nog meegemaakt hoe de kranten in lood werden gezet en opgemaakt). De Telegraaf had 800.000 abonnees, paste op zaterdag met z’n 140 pagina’s soms niet eens in de brievenbus en had op 1 januari 2000 een miljard gulden in kas. Das war einmal. Het zijn andere tijden. De trein wordt ook niet meer voortgetrokken door een stoomlocomotief.

Van mijn Belgische bazen heb ik overigens, in tegenstelling tot wat u suggereert (‘Wiens brood men eet, diens woord men spreekt’), nog nooit enige druk ondervonden.

Arthur: Weet je wat mij steeds weer zo verbaast als ik in Nederland ben, heer Hoogland? Dat de kranten zo peperduur zijn geworden! Als je nu op zaterdag De Telegraaf (4,35) de Volkskrant (3,77), NRC (3,97), Het Parool (4,25) en Trouw (4,40) koopt – iets wat ik altoos deed toen ik nog in Amsterdam woonde – ben je 20,74 euro kwijt. Alsof je een emmer leegschudt: 47 gulden! Dan koop ik liever een goed boek van Pim Lammers, Lize Spit of Maartje Wortel, als balsem voor mijn getormenteerde ziel. Al die kranten staan vol met prietpraat voor en door millennials en sneeuwvlokjes, en fotorubriekjes over buren in hippe wijken als Osdorp die naakt met elkaar gaan ontbijten. Voor vriendelijke blanke, erudiete mannen van onze leeftijd valt er niets meer te lezen in de Nederlandse dagbladen. Sterker nog, wij worden afgeserveerd als boomer, als dor hout, en sommige politici – ik noem geen namen – willen ons zelfs verwerken tot Soylent Green. 

Op 1 januari 2000 had De Telegraaf een miljard gulden in kas.

Rob Hoogland

Voor de talrijke jonge lezers van ons rubriekje: Soylent Green is een dystopische sciencefictionfilm uit 1973 en het verhaal is gebaseerd op het boek Make Room! Make Room! van Harry Harrison, dat gaat over overbevolking, euthanasie en kannibalisme. Dit schreef Simon van Collem er destijds over in het legendarische kritiese filmmagazine Skrien: “Het speelt zich af in het jaar 2022 – (wat een profeet was Harry Harrison – AvA) en New York is met 40 miljoen inwoners zwaar overbevolkt. Als gevolg van het broeikaseffect wordt de stad geteisterd door hittegolven. Na decennia van ecologische verwaarlozing zijn natuurlijke hulpbronnen uitgeput. Voedsel als groente, vlees en fruit zijn schaars en extreem duur. Het overgrote deel van de bevolking is arm en eet alleen in fabrieken gemaakte soylent, gemaakt door Soylent Incorporated. Soylent is smaak- en geurloos en zou gemaakt zijn van plankton. Maar je raadt het al: ‘Soylent green is made of people!’”

Ik ben trouwens hartstikke pro-Oekraïne en pro-klimaat. (Waarom denk je dat ik in de Algarve woon, vriend!) Ik heb me keurig laten vaccineren met Pfizer en als ik zou gaan stemmen, stemde ik op de Partij voor de Dieren. Ik ben tot rechts gemaakt door mijn talrijke vijanden, die ik als schorpioenen aan mijn borst klem. Je weet toch wat ons gemeenschappelijk idool Sun Tzu schreef in zijn inmiddels 2500 jaar oude meesterwerk De kunst van het oorlogvoeren? Koester je vijanden meer dan je vrienden, ouwe! 

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.