Spring naar de content
bron: anp

Principieel tegendraads

Er is een nieuwe biografie verschenen van Karel van het Reve: De zelfdenker, van de hand van historicus Willem Melching. Hierin staan zijn denkbeelden centraal, waardoor zijn privéleven onderbelicht blijft. Wel blijken Van het Reves scherpe analyses nog altijd actueel.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Thomas van den Bergh

In 2004 publiceerde Ger Verrips zijn biografie van Karel van het Reve, onder de titel Denkbeelden uit een dubbelleven. Verrips concentreerde zich hierin op de verhouding van Van het Reve tot het communisme, een ideologie waarvan hij voor en tijdens de oorlog een fanatiek aanhanger was, maar die hij na de oorlog al snel zou afzweren. Van het Reves uitbotting als essayist en polemist kwam er bij Verrips bekaaid vanaf. Dat was een merkwaardige keuze ten aanzien van een auteur die juist dankzij zijn columns en essays bekendheid had verworven.

Nu ligt er een nieuwe biografie van de hand van historicus en Duitslandkundige Willem Melching. Hij wil juist de denkbeelden van Karel van het Reve ‘over politiek en samenleving en de neerslag hiervan in zijn geschriften, interviews en optredens in de media’ centraal stellen. Ditmaal komt het privéleven van de auteur veel minder aan bod. Voor iemand als Van het Reve, die over zichzelf schreef dat hij zijn hele leven ‘met hart en ziel intellectueel’ was, lijkt dat te verdedigen. 

Maar een liefhebber van diens werk zal (opnieuw) onbevredigd blijven. Melchings analyse van de denkbeelden van de schrijver is weliswaar gedegen, maar voegt weinig nieuws toe. Het is juist in de synthese van leven en werk dat een biograaf zijn visie op de gebiografeerde kan uitdrukken. Maar Melching beperkt zich tot de wording van wat hij, naar Schopenhauer, ‘de zelfdenker’ Karel van het Reve noemt: iemand die nooit anderen napraat of ingesleten ideeën voor waar wenst aan te nemen, maar een volstrekt autonoom, principieel tegendraads auteur.

Die houding vond zonder twijfel haar oorsprong in Van het Reves marxistische opvoeding. Hij had aan den lijve ondervonden hoe het was om als blinde volgeling een leer aan te hangen die, bij nadere beschouwing, voor het grootste deel op onnavolgbare en onzinnige axioma’s berustte. Toen hem eenmaal de schellen van de ogen waren gevallen, besloot Van het Reve voortaan alleen nog zijn eigen verstand als uitgangspunt te nemen.

Zoals verstokte rokers zich vaak ontwikkelen tot de felste antirokers, zo ontwikkelde Karel zich tot een ongemeen felle anticommunist. Voor Het Parool had hij een jaar lang vanuit Moskou verslag gedaan en aan den lijve de absurditeiten en misdadigheden van het Sovjetregime ondervonden. In de bundel Het geloof der kameraden (1969) zou hij de leerstellingen van het marxisme-leninisme rigoureus met de grond gelijk maken.

Als correspondent had Van het Reve intussen contacten gelegd met dissidente schrijvers als Andrej Amalrik en Pavel Litvinov, met wie hij goed bevriend was geraakt. Na terugkeer werd hij ‘een gezaghebbend bepleiter van de dissidenten’ en slaagde hij erin een groot aantal uitgaven van hun hand in binnen- en buitenland te realiseren.

Melching noemt Van het Reve ‘een laatbloeier’. Had hij in zijn werkende leven gekozen voor een carrière als hoogleraar slavistiek aan de Leidse universiteit, in de tweede helft van zijn leven ontdekte Van het Reve zijn grote talent als essayist. Onder de naam Henk Broekhuis zou hij in de jaren zeventig een eigenzinnig licht schijnen op tal van actuele en minder actuele thema’s: de literatuurwetenschap, het darwinisme, Sigmund Freud, het geloof in een opperwezen.

Rode draad in al zijn betogen was steeds weer het bestrijden van onwetenschappelijkheid en irrationaliteit. In feite zette hij zijn kruistocht tegen de onbewijsbaarheid van de marxistische theorie gewoon door. Ook van de leer van Freud of van de literatuurwetenschap kon in Van het Reves optiek gezegd worden dat de stellingen altijd klopten en niks uitsloten. Daarmee waren ze per definitie onbruikbaar. Echte wetenschap moest immers uitsluiten.

De biografie van Verrips stond vol citaten die niet verantwoord waren of half-verhaspeld, schrijft Melching in zijn inleiding, daarom heeft hij besloten dat boek links te laten liggen. Melching plaatst van de weeromstuit volop noten (het notenapparaat telt 59 pagina’s). Toch vind ik zijn stellingen soms weinig onderbouwd. Zo beweert Melching dat Van het Reve besloot om slavistiek te studeren zuiver als gevolg van zijn liefde voor de Russische literatuur. “Zijn communistische achtergrond speelde bij de studiekeuze geen enkele rol,” schrijft hij. Hier had ik graag een verklarende noot gezien. 

Dat Van het Reve zijn afscheid van het communisme alleen als ‘bevrijding’ ervoer, wordt evenmin onderbouwd. Een paar jaar daarvoor had hij nog een heus lofdicht aan Jozef Stalin gewijd (‘toen waart gij het, gij, met uw soldaten, die bewaarde het land der toekomst voor de ondergang: Stalin, der volkeren leider’). Melching wil niet psychologiseren – daar valt iets voor te zeggen – maar kortweg te spreken van een ‘bevrijding’ klinkt mij te mager.

Verderop schrijft hij over de moeizame verhouding tussen de schrijvende broers Karel en Gerard Kornelis van het Reve. Als die laatste (onder de naam Simon) met veel succes is gedebuteerd met De Avonden, is Karel oprecht enthousiast over de roman. Maar: “of Karel vrij was van jaloezie is moeilijk te zeggen. Hij wilde zelf ook graag beroemd worden en dreef in later jaren weleens de spot met Gerards roem.” Waarop die bewering is gebaseerd, vertelt Melching niet.

Over de relatie tussen de broers heeft de biograaf überhaupt weinig nieuws op te merken. Tussen de regels valt wel op dat Karel en ‘Gerardje’ (zoals hij genoemd werd om verwarring met vader Gerard te vermijden) meer op elkaar leken dan ze waarschijnlijk zelf hadden willen toegeven. Zo deelden ze hun ‘obsessie met bultenaars, scheefgegroeiden en kreupelen’, en kon Karel wedijveren met zijn jongere broer op het punt van zuinigheid: toen hij een jaar in Amerika studeerde, hield hij onder de douche zijn overhemd aan om zo wasserijkosten te besparen. Ook was hij net als Gerard een pestkop en provocateur.

Melching heeft zijn biografie opgebouwd uit korte tekstblokjes, die telkens een ander thema behandelen. Het boek krijgt daardoor iets fragmentarisch. Ook storen de talloze – soms woordelijke – herhalingen.

Stilistisch valt er het een en ander op De zelfdenker af te dingen. Waar Van het Reve zelf uitblonk in het gebruik van kraakheldere taal, bedient Melching zich nogal eens van clichés in de categorie ‘de Weense wonderdokter’ (Sigmund Freud). Die afgekloven stijl doet pas echt de tenen krommen als het gaat over het droeve lot van Van het Reves jeugdvriend David Koker. Melching schrijft: “Juni 1944 bracht slecht en goed nieuws. Het slechte nieuws was dat David mét zijn familie op 2 juni vanuit Vught op transport was gezet naar Auschwitz.” Alsof er ook maar iets positiefs was dat dit ‘slechte nieuws’ kon compenseren.

Nee, de ideale Van het Reve-biograaf is nog altijd niet opgestaan. Als er iets duidelijk wordt uit dit boek, dan is het dat Van het Reves scherpe en nuchtere analyses nog altijd probleemloos op allerlei actuele kwesties van toepassing zijn. Zo zou je wensen dat een BBB-kiezer die moppert dat de democratie dood is omdat zijn stem toch niet gehoord wordt, Van het Reves betoog over democratieën tot zich zou nemen. In Melchings woorden: “De essentie van een democratische samenleving is dat niemand ooit zijn zin krijgt. De uitkomst van elke beslissing is in een democratie altijd een compromis.” 

In hedendaagse discussies over al dan niet scheve man-vrouwverhoudingen zou Karels afkeer van positieve discriminatie – hij vond dat een ‘verwerpelijk’ principe – een verfrissend tegengeluid zijn. Ook zijn conclusie dat Nederlandse journalisten ‘reeds bij de geboorte zo geconditioneerd zijn dat zij niets anders ten gehore kunnen brengen dan de gemeenplaatsen die in hun directe omgeving de vigueur zijn’ heeft nog altijd weinig aan belang ingeboet. 

Willem Melching

De zelfdenker – Karel van het Reve (1921-1999)

Prometheus

€34,99

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.