Spring naar de content
bron: anp

Met Dries Roelvink als commentator is de bodem van de gierput wel bereikt

Max Pam is het eens met schrijver Pieter Waterdrinker: “Er bestaat geen intellectueel leven in Nederland. Het is hier dode grond.”

Gepubliceerd op: door Max Pam

Romancier en Rusland-correspondent Pieter Waterdrinker zegt vandaag in de Volkskrant: “Er is eigenlijk geen intellectueel leven in Nederland”. En daar voegt hij aan toe “dat Nederland geen behoefte heeft aan allochtonen met cultuur, dat geen hond meer Duits spreekt en dat er ook geen interesse voor is”. Conclusie: “Grosso modo wordt in Nederland op cultuur neergekeken”. Het heeft geen prioriteit, dat zag je ook weer in de coronatijd. 

Het droevige beeld dat Waterdrinker schetst van de Lage Landen als cultureel achterlijk gebied kwam ik een paar dagen eerder ook tegen in een ander interview van de Volkskrant, namelijk in dat met Sezgin Cihangir, de directeur van het Nederlands Mathematisch Instituut. Ook hier spreekt de kop boekdelen: “Halfabeten en laaggecijferden zijn het gevolg van inferieur onderwijs”. 

En er lopen heel wat halfabeten en laaggecijferden rond in ons land. Een eenvoudige brief lezen, kunnen ze niet. Lezen wordt als tijdverspilling beschouwd. En: “Voor rekenen geldt hetzelfde. Eenvoudige berekeningen zoals het optellen van boodschappen, het berekenen van een korting of een loonsverhoging en het omzetten van jaarbedrag in een maand- of weekbedrag, kunnen zij niet maken! De meest voordelige hypotheek uitkiezen, als ze er überhaupt voor een in aanmerking komen, lukt al helemaal niet; ze zijn immers laaggecijferd!”. 

Het gaat hier, voor de duidelijkheid, niet om spijbelaars of schoolverlaters. Nee, het gaat hier om jongeren die volgens Cihangir keurig in een klas hebben gezeten, waar zij het allerberoerdste onderwijs hebben ‘genoten’. Anders dan je misschien zou verwachten, zegt de baas van het NMI, zit “het grote probleem van ons onderwijs niet in het aantal leerkrachten, maar vooral in hun kwaliteit en in het behalen van leerrendement. Misschien is er een gebrek aan leerkrachten, maar er is in elk geval een gebrek aan leerkracht”.

Die observatie had ik zelf ook gedaan bij mijn eigen zoon, die zowel op de basisschool als op de middelbare school, onderwijs heeft gekregen van leerkrachten die of met hun hoofd ergens anders waren, of met hun hoofd helemaal afwezig, omdat zij in deeltijd werkten. Veel kinderen worden zo aan hun lot over gelaten, vaak nog met de opzet ook, om de zwakkeren de deur te kunnen wijzen. Die halen het eindexamengemiddelde omlaag en geven de school een slechte naam. Kortom, als je het niveau van leerkrachten niet verbetert, zul je het niveau van leerlingen ook nooit kunnen verbeteren. Het is dan ook geen toeval dat het onderwijs in Nederland op alle internationale lijsten daalt, met stip. De trend is op vrijwel alle linies negatief.

Kortom, als je het niveau van leerkrachten niet verbetert, zul je het niveau van leerlingen ook nooit kunnen verbeteren.

Al decennia lang probeert de politiek het tij te keren, maar niettemin daalt het niveau stug door. De onderwijspartij bij uitstek is D66, althans die partij gaat daar zelf prat op. D66 heeft in verschillende kabinetten gezeten, maar veel verschil heeft dat allemaal niet uitgemaakt. En nu is D66 aan ‘een complete ommezwaai‘ begonnen. Alles moet weer op de schop. Kinderen moeten weer de hele dag naar school. De plannen zijn ambitieus, Robben Jetten (33) en Paul van Meenen (64) zijn er helemaal klaar voor: “Alle leerlingen van 0 tot 18 moeten kans maken op het beste onderwijs. Ze gaan eerst vier dagen per week met elkaar naar de gratis kinderopvang. Vanaf het vierde jaar krijgt ieder kind een complete schooldag aangeboden, met onderwijs, sport, muziek, cultuur, opvang en huiswerkbegeleiding, inclusief warme lunch”.

Sympathiek, zou je zeggen.

Maar mij lijkt dit de zoveelste onderwijsblunder sinds de Mammoetwet van 1968. Hoeveel grootse plannen zijn er niet gesneuveld in het onderwijs? Alles moest altijd anders en alles werd daardoor altijd slechter. Het is geen conclusie van een wrokkig mens, het is gewoon de werkelijkheid. Als het woord ‘vernieuwing’ ergens rampzalig in heeft doorgewerkt, dan is het wel in het onderwijs.

Mij lijkt voor het onderwijs dezelfde richtlijn te gelden als in de zorg: begin kleinschalig op de werkvloer. Laat het alles overkoepelende systeem eens een tijd ongemoeid. Elke vernieuwingsronde brengt meer bureaucratie met zich mee, en dat is het laatste waar we op zitten te wachten in de zorg en in het onderwijs. Begin met de leerkrachten. Geef hen een betere opleiding, een hoger salaris, meer vrijheid en meer mogelijkheden om hun vak op een gedreven manier uit te oefenen. Hoe kun je de kans vergroten dat de pedagogische liefde voor het onderricht terugkeert in onze cultuur – en daarmee ook de liefde voor het intellectuele bedrijf?

De kop boven dit stuk heeft u Dries Roelvink beloofd en die zult u ook krijgen, want uiteindelijk gaat het niet om meer geld, om hogere cijfers en zelfs niet om meer en betere leerkrachten, al zou dat natuurlijk enorm helpen. Uiteindelijk gaat om de cultuur en het intellectuele discours dat in Nederland uit het slop moet worden getrokken. 

Afgelopen weekend is zanger Dries Roelvink aan een soort afscheidstournee begonnen. Samen met interviewer Sven Kockelmann heeft hij voor de publieke omroep (NPO Radio 1) zo’n 700 columns gemaakt. In de auto hoorde ik er wel eens eentje. Commentaar op het nieuws van Dries, de stompzinnigheid droop er vanaf, het schijthuis stroomde over. En nu is Dries gestopt met al die wauwelende onzin. Zelfs Charles Groenhuijsen en de tuthola die zijn assistent mag zijn, keken er ontroerd naar. Maar laten we eerlijk zijn: met Dries Roelvink als commentator van het nieuws is de bodem de gierput wel bereikt. Zo viespeukerig ziet de verheffing van het volk er dus uit bij de publieke omroep. 

Er bestaat geen intellectueel leven in Nederland. Het is hier dode grond.

Toch is het niets anders dan verkeerd begrepen ironie, deze jolige manier om de tokkies, de jongens van de gestampte pot, ook een stem te geven. De reputatie van Kockelmann als serieuze journalist heeft daarmee een enorme optater gekregen, hoewel ik vrees dat hij dat zelf niet in de gaten heeft, wat het eigenlijk nog erger maakt. 

Dries, in zijn gele zwembroek, zingen kan hij niet, kwijlen des te meer, met zijn twee kwakende zonen Dave en Donny, die verwikkeld raken in seksschandalen, dronken autorijden en zich een aap lachen als er een Lamborghini in de prak gaat. Kom er maar in Dries! Welk advies heb je voor Mark Rutte en wat vind je van de schoenen van Hugo de Jonge? Leuk! En wat smeer je zelf in je haar. Geitenpis? Hahaha! Humor om te lachen.  

Enzovoort.

Pieter Waterdrinker heeft gelijk. Er bestaat geen intellectueel leven in Nederland. Het is hier dode grond.