Spring naar de content
bron: boom

De verdwenen romantiek van het vliegen

Max Pam over de Concorde, de Boom Overture en de verdwenen romantiek van het vliegen: “De enige hoop die de romantische reiziger nog rest, is het vooruitzicht dat het coronavirus de mensheid zal blijven teisteren – opdat reizen weer gevaarlijk wordt.”

Gepubliceerd op: door Max Pam

Ooit vertegenwoordigde het vliegtuig het romantische levensgevoel. Dat ‘ooit’ is begonnen op 17 december 1903, toen de gebroeders Wright een eerste gecontroleerde vlucht maakten met een vliegtuig – The Flyer.

Aanvankelijk was vliegen zeer gevaarlijk, daarna gevaarlijk, toen nauwelijks gevaarlijk meer en tegenwoordig is het, in statistische termen gemeten, gevaarlijker om op de fiets te stappen. Maar in 1931 werd de piloot Antoine de Saint-Exupéry nog beroemd met zijn spannende Vol de Nuit, een boekje dat in het Nederlands werd vertaald als Nachtvlucht. We lazen het op de middelbare school, omdat het zo dun was. Het Gouden Ei van mijn generatie. Saint-Exupéry was een romantische held. Uiteraard verongelukte hij.

En toen kwam het vliegen binnen bereik van de burgerman. En van de burgervrouw, al verscheen die aanvankelijk nog alleen in het uniform van de stewardess. Ineens bleek het mogelijk binnen drie, en zelfs binnen twee dagen naar een willekeurige plek op de aarde te reizen. Het vergde enige voorbereiding, maar het vliegtuig werd een soort kattenluikje: je stapte erin en als je weer uitstapte, stond je ineens in een heel andere wereld. De Filippijnen, Californië, Hawaï, Cuba, Brazilië, ik ben er op die manier allemaal geweest. In Dubai liep je in je trui de vliegtuigtrap af en de hitte kroop onder je kleren, zodat je op het moment zelf veranderde in een natte dweil van zweet. Het vliegtuig bracht je net zo goed naar de ijsschotsen van de Noordpool als naar het oerwoud van de Amazone.

Met het ontdekken van de nieuwe werelden bleef het romantische gevoel, al werd het steeds wat minder. Stewardessen veranderden van geile stukken die op de toiletten te neuken waren, zoals de eeuwig jonge globetrotter Jan Cremer ons voorhield, in bijklussende huismoeders.

Maar het vliegen zelf werd nog altijd luxer en vooral ook sneller. Als jongetje had ik twee dromen. De eerste was de wereldkampioen schaken te verslaan in zo’n verwoestende koningsaanval dat hij bij het opgeven zou zeggen: “Mijnheer, ik geef het toe. U bent in alle opzichten mijn meerdere”.

De tweede droom was: vliegen met de Concorde. Dit supersonische toestel was prachtig, een monumentaal voorbeeld van briljante ingenieurskunst. De Concorde straalde alles uit van technologische schoonheid. Hij vloog twee maal de snelheid van het geluid, landde en steeg op als een straaljager, en daarbij konden de passagiers genieten als een heer op kasteel Bommelstein. De Concorde vloog al sinds 1969 en ik was erbij, toen hij een keer landde op Schiphol. Datzelfde jaar zag ik hem ook in Londen:

De Concorde op het vliegveld van Londen
bron: max pam

Meevliegen, dat wilde ik ook!

In 1987 was het zover en had ik een retourticket bemachtigd voor Londen – New York. Op de heenweg zat Martina Navratilova naast me, die net Wimbledon had gewonnen. Vanaf dat moment behoorde ik tot de wereld van Peter Stuyvesant. Tijdens de vlucht kreeg ik toegang tot de cockpit, een historisch gebeurtenis (voor mij) die door een van de piloten op polaroid werd vastgelegd. Die man met die snor en dat haar op zijn hoofd ben ik.

Max Pam in de cockpit van de Concorde
bron: max pam

Alles wat over het toestel was geschreven, bleek waar. De keuken was zelfs voorzien van een ster. Op de menukaart stond: “Lightly scrambled eggs enhanced with a core of suvruga caviar, enveloped in thinly sliced smoked salmon, garnished wit a corn galette, fresh asparagus and cherry tomato’s”. Nu liggen ze in elke supermarkt, maar toen was het voor de eerste keer dat ik van die kleine tomaatjes at.

Dat was toen en toen ging voorbij. Het kreng maakte teveel lawaai. Op de grond braken de ruiten als hij de geluidsbarrière doorbrak. New York schoot de landingsrechten af wegens geluidsoverlast. Het was ook veel te duur. Bestellingen werden afgelast en tenslotte vlogen er slechts twintig toestellen rond. Daarvan moest er af en toe eentje worden gevandaliseerd, als leverancier van versleten onderdelen voor toestellen die nog dienst deden. Met eigen ogen heb ik in Londen zo’n onttakelde Concorde gezien. Je geliefde na een bloedige aanslag in een doodskist. In 2000 stortte een Concorde neer bij Parijs door een probleem met de banden van het landingsgestel. Het was een menselijke fout, maar het toestel kreeg de schuld. Eén crash was ervoor nodig om het voor altijd uit de lucht te halen. Na juridisch geharrewar vloog de Concorde drie jaar later voor de laatste maal. Het modernste vliegtuig ooit gebouwd, ging zo voortijdig met pensioen.

Sindsdien is het vrij stil geweest rond het supersonische vliegen. Af en toe las je nog wel eens iets over nieuwe plannen, maar die zijn bij de verwezenlijking ervan nooit ver gekomen. Maar nu schijnt de Boom Ouverture zijn eerste testvluchten te gaan maken, schrijft de Volkskrant.

Boom Overture
bron: boom

Eerste teleurstelling: hij lijkt uiterlijk erg op de Concorde. In dat opzicht is er weinig vooruitgang geboekt in zestig jaar.

Tweede teleurstelling: hij blijft knallen door geluidsbarrière, al zal het lawaai minder zijn.

Derde teleurstelling: hij vliegt op biobrandstof en is dus niet elektrisch, terwijl hoog in de lucht, boven de wolken, de zon toch de helft van de dag aanwezig is.

Vierde teleurstelling: hij vliegt nauwelijks sneller dan de Concorde, die op een gewone vlucht bijna 2000 km per uur kon halen.

Vijfde teleurstelling: er kunnen 75 passagiers in, dat is aanzienlijk minder dan de 120 die met de Concorde mee konden.

Kortom, wat hebben wij aan die Boom?

Hij boomt gewoon niet goed genoeg.

En dan komt er natuurlijk nog een zesde teleurstelling bij: de romantiek van het vliegen is voorbij. Niemand kan meer vliegen zonder dat hem of haar de ‘vliegschaamte’ wordt ingepeperd. Verre landen zijn nauwelijks romantisch meer ten gevolge van het massatoerisme. De enige hoop die de romantische reiziger nog rest, is het vooruitzicht dat het coronavirus de mensheid zal blijven teisteren – opdat reizen weer gevaarlijk wordt. Met z’n allen in een vliegtuig gepropt, mondkapjes om en dan maar hopen dat de ventilatie goed werkt, niemand zal nog reizen voor het plezier. Reizen door ‘de klimaten alle zeven’, zoals de dichter Omar Khayyām zei, zal geen pretje meer zijn voor de burgerman en burgervrouw. Het wordt iets voor de laatste avonturiers, maar die zullen liever meteen door vliegen naar Mars.