Spring naar de content
bron: anp

Een revolutie binnen de psychiatrie

Veel psychiatrische aandoeningen worden veroorzaakt door een verstoord immuunsysteem, volgens baanbrekend immunoloog Hemmo Drexhage. Het onderzoek hiernaar is zijn levenswerk. ‘Ernstige psychiatrische aandoeningen zijn in wezen lichamelijke ziekten.’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Renate van der Zee

Stel, het is 2033 en u meldt zich bij de psychiater. U bent al lange tijd somber, extreem vermoeid en kunt zich moeilijk concentreren. De psychiater verwijst u door voor een bloedtest, om te kijken hoe het staat met uw immuunsysteem. Met de harde resultaten van de bloedtest in de hand stelt de psychiater zijn diagnose: u heeft een ernstige depressie. Hij schrijft u antidepressiva voor, maar ook een ontstekingsremmer én een groeistof voor immuuncellen. Al na een paar weken knapt u zienderogen op. 

Dit is geen sciencefiction, maar een vrij realistisch toekomstscenario. Want we staan mogelijk aan het begin van een revolutie binnen de psychiatrie. Er zijn steeds meer aanwijzingen dat de oorzaak van veel psychiatrische ziekten ligt in een verstoord immuunsysteem. We hebben het dan over ernstige aandoeningen zoals zware depressie, bipolaire stoornis, schizofrenie en autisme. 

“Ernstige psychiatrische aandoeningen zijn in wezen lichamelijke ziekten,” zegt de baanbrekende wetenschapper Hemmo Drexhage (75). Hij is emeritus hoogleraar immunologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. “Door verstoringen in het immuunsysteem ontstaan verstoringen in het brein. En daardoor verandert het gedrag, de waarneming en de emotie van de patiënt.” 

Drexhage is een pionier in de immuno-psychiatrie, het nieuwe vakgebied dat zich met deze materie bezighoudt. Zijn boodschap is goed nieuws voor psychiatrische patiënten. Want mogelijk kunnen diagnoses in de toekomst beter en anders – aan de hand van de resultaten van een bloedtest – worden gesteld en kunnen psychiatrische patiënten een betere behandeling krijgen. 

Drexhage: “De huidige aanpak, pillen en praten, helpt ernstige psychiatrische patiënten onvoldoende. Dat moet verbeteren. Het staat allemaal nog in de kinderschoenen, maar met onze benadering zou je de ernst van depressies kunnen voorkomen.” 

Drexhage zegt dat niet zomaar. Dit is zijn levenswerk. En hij heeft sinds 2008 drie grote Europese onderzoeken geleid naar afwijkingen in de immuunsystemen van psychiatrische patiënten en ook naar medicatie die zou kunnen helpen. 

Naast talloze wetenschappelijke artikelen publiceerde hij onlangs een boek voor een breder publiek, getiteld: Immuno-psychiatrie – Het immuunsysteem-uit-balans als oorzaak van psychiatrische aandoeningen.

Drexhage raakte al tijdens zijn studententijd gegrepen door de immunologie, de wetenschap die zich bezighoudt met het afweersysteem van de mens. Het waren de jaren zestig en dit was een totaal nieuw vak. Hij kreeg les van enthousiaste hoogleraren die grootse mogelijkheden zagen voor de toekomst. 

“Dat vakgebied ontwikkelde zich in een rap tempo. We deden nieuwe ontdekkingen en die leidden tot nieuwe inzichten. Ik voelde dat ik bezig was met grenzen verleggen. In de jaren zeventig ging ik onderzoek doen in Londen, het walhalla van de immunologie. Er vond daar een explosie van nieuwe kennis plaats: er werden allerlei immuuncellen, immuunstoffen en auto-antistoffen ontdekt en ik maakte dat van dichtbij mee. Ik droeg eraan bij via mijn onderzoeken,” vertelt hij. 

Tot de jaren negentig dachten we dat immuuncellen simpelweg dienden om virussen en bacteriën uit de weg te ruimen. Maar Drexhage en zijn collega’s zouden ontdekken dat sommige immuuncellen veel meer doen dan alleen infectieziektes bestrijden. 

Een internist zei: het is ongelooflijk hoeveel schildklier-auto-immuunziekten ik zie bij psychiatrische patiënten.

“Mijn grote aha-erlebnis had ik in de jaren negentig. Een collega vertelde op een congres over een cel die hij had ontdekt. Die cel regelde de hormoonafgifte in de hypofyse. Ik keek naar de afbeelding van die cel en zag tot mijn verbazing: dit is een immuuncel die ik al jarenlang bestudeer!” 

Drexhage besloot er onderzoek naar te doen en daaruit bleek dat het inderdaad een immuuncel was. Een immuuncel die een regulerende rol speelde. “Dat was een openbaring! Later werd duidelijk dat dat soort immuuncellen overal in het lichaam zitten, ook in het brein. Daar zorgen ze voor opbouw en reguleren ze allerlei functies. Het zijn heel belangrijke cellen. We noemen ze wel de tuinlieden van het brein, omdat ze wildgroei tegengaan en de boel netjes houden. Het is voor je brein dus essentieel dat die immuuncellen goed functioneren. Daar zijn we stap voor stap achter gekomen.”

Rond diezelfde tijd kreeg Drexhage, inmiddels een expert op het gebied van auto-immuunziekten, zijn tweede aha-erlebnis. Een internist die in een aantal psychiatrische klinieken werkte, wees hem op een merkwaardig verschijnsel. Hij zei: “Het is ongelooflijk hoeveel schildklier-auto-immuunziekten ik zie bij psychiatrische patiënten.”

Drexhage besloot ook dat te onderzoeken. “En toen bleek dat er een duidelijk verband was tussen auto-immuunziektes en depressie en bipolaire stoornis. Dat is later ook bevestigd door een groot epidemiologisch onderzoek in Denemarken.”

Uit dat onderzoek, uit 2013, bleek dat auto-immuunziekten en infecties drie keer zo vaak voorkomen bij mensen met depressies, schizofrenie en autisme als bij mensen zonder die stoornissen. Een opmerkelijke uitkomst.

Drexhage: “Tegelijkertijd ontdekten andere onderzoekers dat je bij psychiatrische patiënten veel ontstekingsstoffen in het bloed kon vinden. En toen rees de vraag: is er misschien iets mis met het immuunsysteem van psychiatrische patiënten? Want het is toch opmerkelijk dat ze zoveel ontstekingsstoffen in hun bloed hebben en dat ze zo vaak lijden aan auto-immuunziekten en allergieën.

In die tijd dachten we: die ontstekingsstoffen gaan naar het brein en vertroebelen een beetje de hersenen en daardoor zou je dan depressief worden.” 

Maar het bleek toch iets ingewikkelder. Drexhage: “Als het immuunsysteem uit balans is en de immuuncellen in de hersenen permanent uit balans raken en in de ontstekingsstand gaan staan, dan komen ze niet meer toe aan hun regulerende functies. En dat heeft een nadelig effect op ons brein. Onder meer op de gedeelten van de hersenen die een rol spelen bij de regulering van onze emoties en ons sociale gedrag.”

Maar is dat verstoorde immuunsysteem echt de oorzaak van de psychiatrische aandoeningen? Het kan toch ook zijn dat die psychiatrische patiënten zich vanwege hun aandoening heel anders gedragen en dat daardoor hun immuunsysteem verandert? 

“Dat is vanaf het begin af aan een kritiekpunt geweest. Komen die psychiatrische stoornissen door dat verstoorde immuunsysteem of is het andersom? 

“Maar we hebben onderzoek gedaan en gezien dat het wel degelijk effect heeft als je een ontstekingsremmer geeft aan een beperkt aantal voorgeselecteerde psychiatrische patiënten. We gaven statines, een middel met een ontstekingsremmend effect, aan patiënten met schizofrenie die ook immuunstoornissen hadden. Het ging toen duidelijk beter met deze patiënten. En zo zijn er ook in de literatuur aardig wat gevallen beschreven. Als je mensen met een ernstige depressie én immuunstoornissen naast antidepressiva ook een ontstekingsremmer geeft, dan lijkt dat beter te werken.”

Waarom gebeurt dat dan nog niet? 

“Omdat de wetenschap wil dat je deze positieve bevindingen eerst bevestigt met een heel groot geneesmiddelenonderzoek, een trial. Maar zo’n trial is heel duur en ingewikkeld. De medisch-ethische toetsingscommissie is uitermate traag, kritisch en bureaucratisch. Je moet stapels papieren aanleveren en het duurt drie tot vier jaar voordat je zo’n trial kunt doen. Dat is enorm frustrerend.”

Maar niet alle geestesziekten zijn toch een gevolg van een falend immuunsysteem?

“Nee, maar wel een heel grote groep en zeker de ernstige. Natuurlijk zijn er mensen die depressief raken doordat ze iets afschuwelijks hebben meegemaakt, maar die hebben een goed immuunsysteem en die kunnen daar weer bovenop komen.”

Of iemand een goed of kwetsbaar immuunsysteem heeft, ligt volgende Drexhage aan allerlei factoren. Zo is er bijvoorbeeld een erfelijke component. “Je ziet het in bepaalde families: die hebben problemen met allergieën, auto-immuunziekten, gevoeligheid voor infecties én psychiatrische aandoeningen. Bij bipolariteit is die erfelijke component heel duidelijk. En in families waar die aandoening voorkomt, zie je ook veel auto-immuunziekten.

“Je wordt dus geboren met een kwetsbaar immuunsysteem omdat je bepaalde genen hebt. Je immuuncellen hebben dan de neiging snel te ontsporen en je immuunsysteem gaat dan in de ontstekingsstand staan. 

“En dan zijn er chronische virusinfecties die je immuunsysteem kwetsbaar kunnen maken. Die virussen blijven latent aanwezig. Je hebt dan een groot stuk van je immuunsysteem nodig om die onder controle te houden. Daardoor veroudert je immuunsysteem sneller. Maar je hebt die immuuncellen wel nodig om je brein goed te laten functioneren. 

“Daarnaast spelen allerlei andere invloeden een rol, bijvoorbeeld jeugdtrauma’s. Ernstige depressies komen vooral voor onder mensen die een traumatische jeugd hebben doorgemaakt. Ik heb het niet meteen over seksueel trauma, maar over een onveilige jeugd. Als jij je hele jeugd op je hoede moest zijn, je hele jeugd op eieren moest lopen, dan zie je dat het immuunsysteem in een bepaalde stand gaat staan. Dat noemen wij trained immunity; daarbij staan de immuuncellen permanent in de ontstekingsstand. Dus ik kan, jaren later, bij iemand van in de vijftig met een ernstige depressie, zien of hij of zij een jeugdtrauma heeft doorgemaakt. Dat zie ik aan zijn immuuncellen. Die staan allemaal verkeerd afgesteld. 

Ik kan jaren later bij iemand van in de vijftig met een ernstige depressie aan zijn immuuncellen zien of hij of zij een jeugdtrauma heeft doorgemaakt.

“Bij kinderen van bipolaire ouders die nog niet ziek zijn, maar wel een hoog risico hebben op allerlei aandoeningen, kunnen we al zien dat het immuunsysteem in een andere stand staat. Het is anders opgebouwd en functioneert anders dan dat van kinderen die dat risico niet lopen. 

“Een andere omgevingsfactor is obesitas. De immuuncellen in het vet worden overweldigd door de vele vetstoffen – en gaan permanent in de ontstekingsstand staan. Obesitas ontregelt daardoor het brein bij mensen met een kwetsbaar immuunsysteem. 

“Een vergelijkbare ontregeling kan ook komen door chronische stress in ons volwassen leven. Ik zal nooit zeggen dat dat ontregelde immuunsysteem één oorzaak heeft. Het is een samenspel van allerlei oorzaken.” 

Hoe zijn de reacties op uw bevindingen? 

“In het begin kwam ik wel, hoe zal ik het noemen, ongeloof tegen. Tja, mensen zijn geneigd te denken dat als patiënten met een ernstige depressie maar willen, het dan wel beter gaat. Dat denken ze ook over bijvoorbeeld anorexiapatiënten. Je moet ze trainen met eten, dan komt het wel weer goed. Een heleboel therapieën zijn op die gedachte gebaseerd. Maar of die therapieën echt werken, weet ik niet. Soms gaat het dan een tijdje beter en dan denken mensen dat het door de therapie komt. Maar depressies en bipolariteit komen in golven, ook als je er geen fluit aan doet. Het lichaam zelf probeert altijd te herstellen, de balans terug te vinden. Dat lukt dan voor een periode, maar dan gaat het weer mis.”

Bent u optimistisch? Gaat u de geneesmiddelen vinden om de immuunsystemen van psychiatrisch patiënten tot rust te brengen? 

“We werken eraan. Ik denk dat het over vijf à tien jaar mogelijk moet zijn dat psychiatrische patiënten standaard een bloedtest krijgen om te kijken hoe het zit met hun immuunsysteem. En dat we ze de juiste ontstekingsremmers en groeistoffen voor immuuncellen kunnen geven. 

“Als ik een verhaal houd voor psychiaters, vinden ze het allemaal prachtig. En ook van patiënten hoor ik voortdurend dat ze zich in dit verhaal volledig herkennen. Maar ja, het systeem is enorm traag. Ik zie aan de horizon wat gloren. Ik zie verbeteringen. Maar hoe implementeer je dat in zoiets als de ggz? Dat is een moloch die niet vooruit te branden is en gewoon in zijn eigen dynamiek doorgaat. Het is een zware tanker die zijn eigen richting opvaart en nu zeg ik tegen de bemanning dat ze om moeten draaien.”

Hemmo A. Drexhage

Immuno-psychiatrie – Het immuunsysteem-uit-balans als oorzaak van psychiatrische aandoeningen

Uitgeverij SWP

€31

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €5 per maand.