Spring naar de content
bron: anp

Kan je niet tegen Twitter? Opzouten naar je safe space met knuffels en rubberen tegels!

Niemand verplicht je om op Twitter te zitten, en als je het toch doet omdat dat hip is, luister dan eerst goed naar Angie Stone: ‘if you can’t stand the heat, stay out of the kitchen‘, schrijft Arthur van Amerongen.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Ik heb er vrede mee als mensen mij voor boomer uitschelden want dat ben ik niet. Gisteravond ook weer. Deel 23 van mijn opus magnum ‘Annus horribilis 2023 – De laatste stuiptrekking van de schrijvende aap Don Arturo‘ ging viraal, een longread van 4500 woorden over mijn favoriete schrijvers Jan Arends, A. Moonen, Maarten Biesheuvel, Robert Loesberg en Richard Klinkhamer. 

Ik had eigenlijk een waarschuwing aan het mopje bekentenisliteratuur vol diepe zieleroerselen moeten hangen: pas op! Leestijd drie uur! 

Maar het was al te laat: een reaguurder schreef heel geestig: ‘O.K. Boomer’. 

Kennelijk was deze meneer niet heel hoog opgeleid want anders had hij ‘TLDR’ getikt: Too Long; Didn’t Read. Ik had dan weer kunnen reageren met een mooie oneliner van Mark Twain: ‘I apologize for such a long letter – I didn’t have time to write a short one.’

Ik ben oud en wijs genoeg om met niet gekwetst te voelen als iemand mij voor boomer uitscheldt. Ouch! Ik moet ineens denken aan dat grapje van die bullebak die een kroeg binnenstorm en roept: wie is Cohen? Een piepklein mannetje steekt zijn vinger op en de bullebak schreeuwt: ‘jij hebt Jezus vermoord, Cohen’, en hij slaat het kleine mannetje helemaal verrot. Als de bullebak verdwenen is, bekommert het kroegvolk zich om het bloedende mannetje. Het mannetje is tot ieders ontsteltenis vreselijk aan het lachen, ondanks zijn zware verwondingen en roept: ‘ik ben Cohen helemaal niet!’

Ik ben dus die coole Cohen als men mij boomer noemt. 

Clickbaitkabouter Sander Schimmelpenninck begint altijd te schuimbekken van woede en eet zijn rode puntmutsje en zijn puntslofjes op als ik hem met zijn geringe lengte plaag, bijvoorbeeld via deze makkelijke en goedkope twiet. Marcel van Roosmalen, eveneens 1.45 meter lang, is een wijs man en kan veel beter incasseren wanneer men, zoals hier, de spot drijft met zijn afmetingen. 

Clickbaitkabouter Sander Schimmelpenninck begint altijd te schuimbekken van woede en eet zijn rode puntmutsje en zijn puntslofjes op als ik hem met zijn geringe lengte plaag

Overigens ben ik dol op dwergen en boomers. Theodor Holman is een geweldige boomer, net zoals mijn grote vriend Meindert Fennema, die afgelopen maandag overleed. Meindert was mijn zeer geestige collega bij De Groene Amsterdammer, biograaf van Geert Wilders en promotor van Martin Bosma. Hij was als hoogleraar verbonden aan de afdeling politicologie en het Instituut voor Migratie en Etnische Studies van de Universiteit van Amsterdam, waar hij de leerstoel politieke theorie van etnische verhoudingen bekleedde. Als politicus was de oud-communist namens GroenLinks kortstondig lid van de gemeenteraad van Bloemendaal. In dit interview met Ad Verbrugge is Meindert op zijn best. Descanse em paz, amigo. Deze polemiek van Fennema is trouwens ook het lezen waard: 

Fennema: Het verbaast me dus helemaal niet dat de oud-bestuurder van de VPRO, Arend-Jan Heerma van Voss, de oud-Maagdenhuisbezetter en oud-PvdA wethouder Pitt Treumann en de oud-assistent van de PvdA-burgemeester van Amsterdam, Philip van Tijn (broer van de oud-hoofdredacteur van Vrij Nederland Joop van Tijn) geen vluchtelingen willen opnemen in hun Harmoniehof in Amsterdam-Zuid.

Ik vind het overigens wel heel kwalijk als men mij voor digibeet uitscheldt want ik zat al in 1985 al achter een IBM in de Openbare Bibliotheek van de UvA. Dat monster nam een heel zaaltje in beslag. Ik kon toen al een soort mails sturen naar de Hebreeuwse Universiteit in Jeruzalem. Zeg maar Pong maar dan met letters. En ik had mijn eerste loodzware laptop van Raf in 1988! Niks digibeet dus. 

Qua communicatie was ik altijd al hip. Zo gebruikte ik in de tweede helft van de jaren negentig ICQ, uit te spreken als I Seek You. ICQ was het allereerste instantmessagingplatform op het internet, ontwikkeld door het Israëlische bedrijf Mirabilis. De drie piepjonge nerds verkochten in 1998 hun bedrijfje voor miljoenen aan AOL. In die tijd maakte ik een aantal reportages over die gastjes en over Silicon Wadi, de tegenhanger van Silicon Valley, bij Herzliya, waar werkelijk de beste wizzkids van de wereld wonen en waar honderden computerprogramma’s die overal ter wereld worden gebruikt zijn ontworpen. 

Toen Facebook viraal ging, was ik er als de kippen bij om foto’s van mijn honden en mijn daghap te posten. Ik was er echter helemaal klaar mee toen ik twee keer een schorsing van een paar maanden kreeg. Eentje vanwege twee schaatsende Russische meisjes, in hun blote gat. De andere keer was in 2018, toen ik een Parool-artikel over Erdogan uit 2014 postte en een zware ban aan mijn boek kreeg. Facebook was vooral de datingsite geworden die Zuckerberg ooit voor ogen had en via mijn wandje hebben honderden eenzamen elkaar ontmoet. Don Arturito: connecting people. 

Maar we zouden het over Twitter hebben, nietwaar? 

Ik zit op Twitter sinds november 2009, heb 54.000 volgers en sta 125ste op de lijst van populairste twitteraars in Nederland. Dus ik heb recht van twitteren. Ik twiet dus ik besta en citeer professor dr. Eric C. Hendriks nog maar even voor alle zekerheid. In NRC schreef hij heel vilein: Pas op voor columnist Arthur van Amerongen (Volkskrant, HP/De Tijd). Die man is levensgevaarlijk. Hij is de Nero van het schriftelijk vilein en zijn twittervolgers vormen een praetoriaanse garde. Daarnaast geniet hij de steun van columnisten Sylvain Ephimenco en Theodor Holman. Vorig jaar was er een opiniërende GroenLinks-medewerker die Van Amerongen maar niets vond en de Volkskrant en HP/De Tijd aanschreef met het verzoek Van Amerongen te ontslaan. Oeps. Hij werd voor straf door drie columnisten in drie verschillende kranten (HP/De Tijd, Trouw, Parool) voor paal gezet.

Tijdens de laatste cold turkey, in de brousse van de Alentejo, keek ik naar de B-film van mijn leven: mijn verwekking, de couveuse, al die keren dat ik als broodmager roodharig jongetje in elkaar werd gerost op het schoolplein, mijn eerste gedwongen doch achteraf bezien positieve ervaringen met seks in de kleedkamer van chr. Voetbalvereniging DTS’35, mijn vlucht in drank en drugs en pisbakken op 11-jarige leeftijd und so weiter.

U mag gerust weten dat ik verslaafd ben aan Twitter. In de krochten van Portugal zijn er nog verschillende white spots (waar geen bereik is) en als ik dan niet op internet kan, word ik knettergek. Tijdens de laatste cold turkey, in de brousse van de Alentejo, keek ik naar de B-film van mijn leven: mijn verwekking, de couveuse, al die keren dat ik als broodmager roodharig jongetje in elkaar werd gerost op het schoolplein, mijn eerste gedwongen doch achteraf bezien positieve ervaringen met seks in de kleedkamer van chr. Voetbalvereniging DTS’35, mijn vlucht in drank en drugs en pisbakken op 11-jarige leeftijd und so weiter. Precies op het moment dat ik huilend naar mijn eigen begrafenis keek, herpakte ik mezelf. Ik had het licht gezien tijdens die bijna-doodervaring. Ik zag de groene weiden waar de regenboogeenhoorns vredig grazen en waar geen Twitter is, noch Facebook noch Hyves, noch Pornhub noch xHamster. Gelukkig duurde deze ervaring maar tien minuten. 

Ik durf te stellen dat ik verstand heb van social media. Zo schreef ik vorig jaar november in HP: Wedden dat over twee weken niemand het nog heeft over Mastodon? Orkut, Gab, Parler, Clubhouse, MSN Messenger, Napster, Myspace, Google+, Hyves, Netlog, Habbo, Helloo, CU2, Friendster en Second Life gingen Mastodon voor. Alleen die naam al is dodelijk en chef Eugen Rochko ziet er uit als een knul die nog thuis woont en ‘s avonds in zijn mancave manisch op porno zit te rukken, slechts onderbroken door mama die bammies met pindakaas en een glas melk komt bezorgen. Elon Musk heeft tenminste gevoel voor humor. Er vond een hele uittocht plaats van Gutmenschen, millennials, sneeuwvlokjes en deugpuntenverzamelaars als Eric Smit, Claudia de Breij, Sander Schimmeldwerg, kleuter Jesse Klaver en last but not least Asha ‘Bessie Turf’ ten Broeke. Dat ruimt lekker op, dacht ik nog, want dat soort huilebalken hebben van dat keurige Twitter een stinkend en kolkend riool gemaakt door onophoudelijk iedereen voor fascist uit te maken. Ik zou zo een bloemlezing van 500 pagina’s kunnen uitgeven met de haattweets die ik sinds 23 november 2009 – de dag dat ik begon met kwetteren – mocht ontvangen.

En daarom moest ik zo onbedaarlijk lachen om de oud-mediale boomer Sigrid Kaag, met die hilarische dreigtwiet van haar.

De enige juiste reactie op deze tenenkrullende blooper kwam van GeenStijl: Twitter in Nederland is politiek gezien alleen belangrijk omdat politici – zoals Kaag – het zo belangrijk maken. De hele dag monitoren, verslag leggen, tweets uitprinten en daar beleid op boetseren. Om vervolgens te roepen dat een heel klein deel van de expliciet negatieve reacties bewijzen hoe vreselijk belangrijk dat beleid is. Jongens, kom op. Als het echte leven was zoals Twitter soms suggereert, zou Nederland er uit zien als Mad Max: Fury Road, in plaats van de brave vinexhel vinexhemel van strak gesnoeide hegjes in wijken waar mensen netjes een nummertje trekken bij de bakker die het in werkelijkheid is. En echt, een gestudeerde MinFin-medewerker hoeft toch niet beschermd te worden tegen een paar drektweets van mensen die hun d/t-vervoegingen niet eens begrijpen, die negeer je toch lachend?

Niemand verplicht je om op Twitter te zitten, en als je het toch doet omdat dat hip is, luister dan eerst goed naar Angie Stone:if you can’t stand the heat, stay out of the kitchen‘.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.