Spring naar de content
bron: anp

‘Luister Hafid, ik ga tegen beter weten in geloven dat jij mij kan horen’

Hafid Bouazza (8 maart 1970 – 29 april 2021) was schrijver. Marlene Dumas schrijft hem een brief.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Marlene Dumas

Lieve Hafid, waarde Hafidius,

Waar of liever waarnaartoe, om te beginnen. 

Ik ben bang dat jij mij niet kan horen daar waar jij je bevindt. 

Daar ben jij verlost van de klaagliederen van de menselijke soort. 

Dan schrijf ik dus aan mijzelf, nietwaar? Dan krijg je dat ik-ik geschrijf, waar jij zo een hekel aan had. 

Jij hield niet van schrijvers die schreven om de kloof tussen hen en een ander te dichten. 

Jij schreef om de woorden. Maar mensen willen geen woorden lezen, dus gaf jij ze verhalen, waardoor ze dachten jou te kennen en hun eigen lichamen en namen te herkennen. 

Ik vrees dat jij mij niet kan horen. 

Misschien ben jij niet dood, maar zijn wij nu dood voor jou. Wij die jou wilden bezitten, redden of veranderen. Jij bent verlost van ons. Wij saaie stervelingen die zo bang zijn om niet aanwezig te zijn. 

Vorig jaar schreef jij mij:  

“Ik had jou verteld dat ik een afwezigheid wilde beschrijven in de roman en dat het mij onmogelijk leek. Vandaag besefte ik dat het allang gedaan was in een gedicht dat ik al kende. 

En toen kwam de ietwat onbeholpen vertaling opborrelen.

Gister toen ik de trap opging 

Zag ik een man die daar niet rondhing.

Vandaag zag ik hem er weer niet staan,

Ik wou, ik wou dat hij weg zou gaan.”

Jij was zo gesteld op jouw geheugen. Jouw schatkist en jouw spookstad. 

Een tijdje later schreef jij mij:

“Ik heb uiteindelijk de boog van de roman gevonden, de structuur is mij nu duidelijk. 

Wat recensenten ook mogen zeggen – voortgesleept door mijn zogenaamde ‘lyrische’
stijl – ik structureer nauwkeurig.”
 

De Dood, de jaloerse onbarmhartige God, gunde jou toen niet de tijd. 

Luister Hafid, ik ga tegen beter weten in geloven dat jij mij kan horen. 

Jij hebt op zoveel plaatsen gewoond, deze laatste kan er ook nog wel bij. 

Deze verplaatsing naar de sterrenstofhemel. 

Jij hield zo van de herfst. Daar zijn waarschijnlijk geen seizoenen. 

Kom a.u.b. nog even in vermomming langs. Het is tenslotte bijna Halloween
terwijl ik je dit schrijf.

Of trek een zilveren spoor, zoals de zwarte naaktslak, over de stoeptegels in de tuin. 

Geef mij een teken van opstandigheid.

Het is aan jou.

Marlene

P.S. Er zullen boeken geschreven worden over jou, over allerlei Hafids die allang niet meer bestonden; Hafid Bouazza zullen zij niet vinden.