Spring naar de content
bron: Gabriël Kousbroek

Alligator met avocado

G.H.B. is op culinair avontuur in Bolivia. Na het welkomstdiner in La Paz bezoekt hij een worstelwedstrijd van cholita’s, inheemse vrouwen met lange vlechten en bolhoeden.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door G.H.B. Hiltermann

Queridos amigos y amigas! Wat ben ik in mijn nopjes met het ausweis van Pfizer waarmee ik probleemloos naar het wonderschone La Paz kon vliegen met de geweldige luchtvaartmaatschappij Boliviana de Aviación. Ik hoor de wat oudere lezers – degenen die de oorlog nog hebben medegemaakt – al brommen: maakt G.H.B. nu een heuse Godwin? De wet van Godwin is zoals u weet in 1990 bedacht door Mike Godwin en luidt: als een online-discussie maar lang genoeg duurt, trekt een van de deelnemers bestimmt een keer een vergelijking met de nazi’s. Uiteraard schreef ik ‘ausweis’ doelbewust, omdat de zogeheten ontkenners mijn Pfizer-brevet vergelijken met de Jodenster. 

Nou, die negationisten moeten dan maar lekker de antisemiet uithangen in hun treurige appartementjes in de banlieues van Lelystad, met behang dat okergeel is van de nicotine en met een schurftige bouvier die Hercules of Thor heet. Straks mogen ze niet eens meer naar de Action als ze geen Pfizer-ster op hun rafelige hemd en andere vodden dragen! 

Toen Pfizer overigens met viagra op de markt kwam, hoorde ik de wappies niet klagen en vraten ze de blauwe pillen alsof het frikandellen van de Febo waren. En als ze lang genoeg gespaard hebben voor een seksvakantie naar Pattaya in Thailand, laten ze zich volspuiten met reisvaccinaties. 

Maar laat ik u vertellen over mijn expeditie naar Bolivia, waar ik ben uitgenodigd door de Nederlandse Kamer van Koophandel, de Rotary Club en last but not least door
’s lands beroemdste wijnmakers: de familie Kohlberg van de gelijknamige bodega in het zuidelijke stadje Tarija. 

Op het moment van schrijven bevind ik mij in de Hanan-suite van hotel Palacio de Sal op de Salar de Uyuni, de grootste zoutvlakte van de wereld, op een hoogte van bijna 4000 meter. Het hotel én het meubilair zijn geheel van zout gemaakt, dan weet u dat ook weer. 

De tekst gaat onder de illustratie verder.

bron: Gabriël Kousbroek

Ik ben heel wat gewend qua fysieke ontberingen; ik vocht immers voor God, Hare Majesteit koningin Wilhelmina en het Vaderland tegen de meedogenloze koppensnellers in de oerwouden van ons Papoea-Nieuw-Guinea, maar wie schetst mijn verbazing toen ik hedenochtend zowaar een aanval van hypobaropathie oftewel hoogteziekte kreeg. De reus van de grachtengordel was eventjes geveld, vrienden!

De alleraardigste piccolo van hotel Zoutpaleis redde mij van de eeuwige verdoemenis met een inheems huis-tuin-en-keukenmiddeltje, genaamd Agwa de Bolivia. Het is een kruidenlikeur op basis van cocabladeren en 37 andere natuurlijke kruiden en plantaardige producten, waaronder groene thee, ginseng en guarana. De niet onknappe jongste bediende stelde mij gerust met de mededeling dat de cocaïne-alkaloïden godzijdank niet in het mierzoete toverdrankje zitten. U kent mijn wellicht ietwat radicale oplossing voor het oplossen van de drugsproblemen in Narco-stad Mokum, nietwaar: de methode-Rodrigo Duterte. De mantra van de president van de Filippijnen is: een goede dealer is een dode dealer. Eerst schieten, dan praten. Dat zal ze leren! 

Enfin, ik heb de fles Agwa geledigd en het gaat nu stukken beter met mij, al is er het nodige glazuur van mijn tanden gespat en heb ik last van de wraak van Montezuma. 

Het startsein van mijn Boliviaanse missie werd gegeven in restaurant Gustu in La Paz. Gustu is een filiaal van het Kopenhaagse Noma, dat wordt uitgebaat door mijn goede vrienden René Redzepi en Claus Meyer. Wat een culinair avontuur, vrienden, en dat voor een habbekrats: rauwe alligator met avocado, ají gusanito & chipilo; malse bieten met papalisa (een pieper die wij kennen als de Ullucus tuberosus, ulluco voor intimi), op smaak gebracht met hibiscus; perfect gekookt eigeel in een nest van palmhartreepjes en alpaca en roze lama-lende met gefermenteerde wortelen, cacao-olie en groene en gele wakataya-kruidbloemen. 

Ik was zeer te spreken over het wijn-arrangement. Spaanse kolonisten introduceerden de viticultuur in Zuid-Amerika in de zeventiende eeuw. Bolivia ligt dicht bij de evenaar en wordt gedomineerd door het Amazone-oerwoud en het Andesgebergte. Veel van de wijngaarden liggen in bergvalleien en uitlopers van meer dan anderhalve kilometer hoog. Daarom wordt vaak de tannatdruif gebruikt. Die heeft een dikkere schil om het intense zonlicht op grote hoogten te kunnen weerstaan. Het niveau van het gegiste druivensap is vergelijkbaar met Nederlandse wijnen en dan weet de kenner genoeg. 

De mannen van de Rotary zeulden mij na het welkomstdiner in Gustu mee naar de sloppenbuurt van El Alto, want ik moest en zou de vechtende cholita’s zien: een soort all-star wrestling voor niet al te knappe boerinnen, gelukkig nog net niet in de modder…

Ik vocht voor het Vaderland tegen de meedogenloze koppensnellers in de oerwouden van ons Papoea-Nieuw-Guinea

Cholita was het scheldwoord voor boerinnen en is nu een geuzennaam. Ik vond het vooral onsmakelijk, die kijvende wijven met bonte sjaals, lange vlechten en bolhoeden, in wijde, gelaagde rokken met daaronder petticoats. Deze luchadores (worstelaars) trekken veel toeristen en ik werd in het muffe gymzaaltje dan ook meteen herkend door een groepje Nederlanders in shorts en op gifgroene crocs die ‘G.H.B. olé olé olé olé’ scandeerden. Het is om je dood te schamen, ik word nog liever gespot bij een optreden van de Toppers. Geef mij maar Turks olieworstelen, maar dat heb ik niet tegen de Rotarianen gezegd, anders gaan ze er nog wat achter zoeken. Ze vonden het al gek genoeg dat ik een verstokte vrijgezel ben. 

Het enige minpuntje van mijn expeditie waren de horden Israëlische backpackers. Bolivia is spot- en spotgoedkoop, maar desondanks waren de neohebreeërs 24 uur per dag schaamteloos aan het afdingen. En maar klagen en klagen. Het gevolg is dat alle indianen in de Andes nu overtuigd antisemiet zijn, terwijl ze nog nooit van Hitler of de Tweede Wereldoorlog hadden gehoord, laat staan van het Joodsche Vraagstuk. 

Ik heb dit natuurlijk niet verteld tegen de leden van de Duitse club waar ik de avond besloot met een glas singani, de inheemse schnapps. Klaus Barbie, de Slager van Lyon, was hier vaste gast en zo zijn we weer terug bij Godwin. Wir sehen uns wieder im Herbst, compañeros!