Spring naar de content
bron: Bert Beelen

Dries van Agt: ‘Moed is geen hoog te waarderen kwaliteit’

Dries van Agt (Geldrop, 1931) is oud-premier. Hij wordt op 2 februari negentig jaar. 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Nick Muller

Wat is uw huidige gemoedstoestand?

Droefenis om de teloorgang van kwaliteiten die ik vóór mijn hersenbloeding anderhalf jaar geleden nog had.

Wie zijn uw helden?

De veelal naamlozen die als arts of verpleegkundige hulp verlenen in arme gebieden die worden geteisterd door enig levensbedreigend virus of bacterie.

Aan wie ergert u zich?

Ergerniswekkend vind ik al diegenen die steeds maar proberen elke kritiek op het gedrag van het Israëlische leger in bezet Palestijns gebied te smoren door die kritiek te bestempelen als antisemitisch.

Lijkt u op uw vader?

Mijn vader was een bijzonder blijmoedig mens, ondanks tegenslagen in zaken en in zijn gezondheid. Ik ben daarentegen wat zwaartillend.

Lijkt u op uw moeder?

Mijn moeder was psychisch labiel. Dat heb ik in mezelf niet teruggevonden. Verder gezocht: mag ik mijn verknochtheid aan het recht relateren aan haar vader die rechter was?

Wat zijn uw dagdromen?

Die heb ik niet. De vrije tijd is piekeren of verglijden in slaap.

Wat is uw grootste angst?

Dat mijn vrouw, die al geruime tijd negentig jaar is, eerder zal overlijden dan ik en dat ik dan hulpeloos zal achterblijven.

Bidt u weleens?

Heel zelden maar. Gaat het mij nietswaardige aan om aandacht te vragen van de Allerhoogste?

Heeft u ooit een mystieke ervaring gehad?

Nee. Wel heb ik intense herinneringen aan de rituele luister van liturgische vieringen, zoals die op de dagen voorafgaand aan Pasen. Maar het aangrijpendst zijn voor mij de Paasvieringen geweest die ik heb meegemaakt op de berg Athos en in een orthodox klooster in Rusland.

Bent u aantrekkelijk?

Dat is mij tot dusver niet gebleken.

Wat is uw definitie van geluk?

Aanvaarding in dankbaarheid van hoe je jezelf hebt aangetroffen.

Waar schaamt u zich voor?

Dat ik om optimaal in Den Haag te kunnen functioneren de zorg en opvoeding van mijn kinderen bijna twaalf jaar lang heb overgelaten aan mijn vrouw.

Bent u monogaam?

Ja. Voor iemand van mijn leeftijd is dit al helemaal geen probleem meer.

Wanneer heeft u voor het laatst gehuild?

Schreien of wenen heb ik al heel lang niet meer gedaan. Maar veel vaker dan voorheen ben ik in tranen, want toegenomen emotionaliteit is een nog naijlend gevolg van mijn hersenbloeding anderhalf jaar geleden. 

Hoe moedig bent u?

Moed is geen hoog te waarderen kwaliteit. Godfried Bomans heeft moed ooit gekwalificeerd als een ‘tekort aan fantasie’. 

Van wie heeft u het meest geleerd?

Mijn destijdse leraar Frans heeft mij idolaat gemaakt van de door hem gedoceerde taal, de voorwaar allermooiste van de talen onder de zon.

Als u iets aan uzelf kon veranderen, wat zou dat dan zijn?

Ik zou graag toegerust willen worden met een onstuitbare passie voor het maken van muziek. 

Hoe ontspant u zich?

Met meditatie en literatuur.

Van wie houdt u het meest?

Van de grootmoeder van mijn kleinkinderen.

Gelooft u in God?

Ja. Zonder dit geloof zou het besef van de onmetelijkheid van het heelal waarin de aarde waarop ik leef als een pluisje ronddwarrelt, mij de adem benemen.

Waaraan bent u het meest gehecht?

Aan de herinneringen die zich steeds vaker bij mij aandienen komen mijn jaren op de lagere school in Geldrop en het gymnasium in Eindhoven steeds vaker op. Zo merk ik steeds duidelijker dat ik een heel gelukkige jeugd heb gehad. Maar het dierbaarst is mij mijn gezin.

Welk leed heeft u anderen berokkend?

Van juli 1971 tot in november 1982 ben ik op diverse posten minister geweest. Al die tijd heb ik gewoond in Den Haag, terwijl mijn gezin in Nijmegen bleef. Met mijn vrouw belde ik bijna elke avond. Alleen in het weekend stak ik mijn neus om de deur, tenzij internationale conferenties of gijzelingen me daarvan weerhielden. Toen ik vertrok zaten mijn kinderen in het basisonderwijs, later vond ik ze als adolescenten terug. Dus ik heb mijn vrouw en hen lelijk tekortgedaan. 

Wat beschouwt u als uw grootste mislukking?

Mijn vruchteloos gebleven poging om een proces van wetgeving in gang te zetten dat zou uitlopen op algehele decriminalisering van cannabis.

Wanneer was u het gelukkigst?

Toen mijn zoontje werd geboren, dat ik kon vernoemen naar mijn vader.

Wat is de beste plek om te wonen?

Ik heb gewoond op een steenworp afstand van de Heilig Landstichting in Groesbeek, nabij Nijmegen: een bosrijke locatie met een verrukkelijke biodiversiteit waarvan de naam verwijst naar de oorsprong van het christendom. Op het prachtige kerkhof aldaar zullen mijn vrouw en ik begraven worden.

Wie hoopt u nooit meer terug te zien?

Mij houdt veeleer de vraag bezig wie ik juist wél terug zou willen zien. Dan verschijnt mijn vader het eerst.

Hoe is ongeluk te vermijden?

Daarvoor heb ik geen middel ter beschikking.

Wat is uw devies?

Onderzoek alles en behoud het goede. In deze lijfspreuk gaat ontvankelijkheid van geest voorop.  

bron: Bert Beelen