Spring naar de content

Het voorgevoel van Carlo Rebellin

Enkele weken na het beëindigen van zijn wielerloopbaan is Davide Rebellin (51) om het leven gekomen nadat hij op zijn fiets werd aangereden door een vrachtwagen. Frank Heinen schrijft deze week over dit tragische ongeval.

Gepubliceerd op: door Frank Heinen

Omdat hij wegens werk in de buurt moet zijn, logeert Davide Rebellin een paar dagen bij zijn moeder in Lonigo, in het huis waar enkele maanden geleden zijn vader uit is weggevallen.

Rond 9:30 gaat hij van huis. Rondje fietsen.

Het is 30 november. Een woensdag. Zijn 45ste dag als ex-prof.

Davide Rebellin vertrekt alleen. Hij heeft zijn broer meegevraagd. Ga toch mee fietsen Carlo, dan nemen we de gravelbike. Koffie halverwege. Maar Carlo kon niet, en dus gaat Davide Rebellin alleen.

Drie uur fietst hij. Alleen.

Gek is dat. Sommige mensen stel je je als vanzelf alleen voor, zonder te weten waarom, want weet je eigenlijk van ze?

Dertig jaar fietste hij omdat hij niet precies wist wat hij moest doen als hij niet meer zou kunnen fietsen. Nu, na die dertig jaar, komt hij erachter dat je geen wielrenner hoeft te zijn om gewoon door te kunnen fietsen.

Het gaat mis bij een afslag, in Montebello Vicentino. Een rotonde. De weg naar rechts leidt naar Ristorante La Padana, een plek waar veel truckers lunchen. Truckersrestaurants zijn vaak de beste restaurants, vrachtwagenchaffeurs weten waar ze wezen moeten.

Davide Rebellin gaat niet rechtsaf, niet naar Padana. Hij moet rechtdoor.

Op rotondes hebben fietsers voorrang. En dus fietst hij door.

Kijkt hij naar links? Ziet hij de vrachtwagen nog komen?

Een paar minuten later hoort Carlo Rebellin dat er een ongeluk is gebeurd. Zijn neef belt hem; er gaan geruchten dat er een wielrenner bij betrokken is. 

Hij belt zijn broer. Wanneer die niet opneemt, gaat Carlo zelf kijken.

De weg erheen krijgt hij het slechte voorgevoel niet van zich afgezet.

Hoe vaak is een slecht voorgevoel niet ten onrechte? Hoe vaak is het niet gewoon een soort reflex van je brein? Een vorm van fatalistisch zelfbedrag? En als het dan niet klopt, hoe vaak denk je er dan daarna nog aan?

Zodra hij arriveert bij de plek van het ongeluk, enkele tientallen meters voorbij La Padana, ziet Carlo het onmiddellijk. Niet het lichaam, dat door een laken is bedekt. Niet de ontreddering bij de hulpverleners. 

Op woensdag 30 november stierf Davide Rebellin, zó vlak na het beëindigen van een krankzinnig lange loopbaan in het profwielrennen dat het ongeluk méér leek dan een afgrijselijk toeval. Wat het dus wél was.

Hij ziet de fiets.

Of nou ja: wat ervan over is.

Een stilleven van verkreukelde onderdelen, in matzwart geschilderd in het gruis langs de kant van de weg.

Gesprongen spaken.

Een gebroken wiel.

Gescheurd frame.

Het is de gravelfiets van zijn broer.

Het is half één. Lunchtijd.

Op woensdag 30 november stierf Davide Rebellin, zó vlak na het beëindigen van een krankzinnig lange loopbaan in het profwielrennen dat het ongeluk méér leek dan een afgrijselijk toeval. Wat het dus wél was.

Toeval, bedoel ik.

Elke keer wanneer zoiets gebeurt, gaan mensen napraten, navertellen, een leven nabeschouwen. Over hoe Rebellin één week lang de beste renner ter wereld was, hoe hij als enige de pre-epojaren, de epojaren en de (voor zover we weten) post-epojaren vanaf de fiets meebeleefde. Over hoe je vaak de indruk kon krijgen dat hij een volger was, omdat hij zo zelden helemaal vooraan reed. Over hoe zwijgzaam iemand was, ondoorgrondelijk, bescheiden. Over hoe onverdroten hij doorfietste, als een maniak. Al die details die bij nadere beschouwing toch voornamelijk oppervlakkige observaties blijken, omdat je een leven niet kan terugsnoeien tot een wielerloopbaan, zoals ook een karakter niet per se een spiegel vormt van iemands strategie om koersen te winnen.

Dus ook over zijn broer, die rond lunchtijd arriveerde, een zwart hoopje schroot langs de weg zag staan en op dat moment moet hebben begrepen dat zijn voorgevoel klopte, dit keer wel.

Ruim vijf jaar geleden stierf Michele Scarponi bij een aanrijding. Destijds was het een busje. Toen de Giro in 2022 zijn geboortegrond passeerde, in de Marche, bezocht Rosa van Gool namens de Volkskrant Micheles broer Marco. Marco Scarponi fietste eigenlijk nooit, hij kende het genoegen niet van de fiets, de heuvels, de inspanning. Hij had andere bezigheiden, werkte als docent met verstandelijk beperkte jongeren. Pas na het ongeval dat hem zijn broer kostte, ging Marco Scarponi fietsen. Zo kon hij zien wat zijn broer had gezien, voelen wat zijn broer had gevoeld. Zo kwam hij erachter hoe gevaarlijk het is, in Italië, voor fietsers. Welke risico’s je moet nemen. Wat er mis kan gaan. Hoe kwetsbaar je bent.

Tegenwoordig zet Marco Scarponi zich in voor verkeersveiligheid voor fietsers. Zijn stichting heet de Fondazione Michele Scarponi.

Over het ongeluk van Davide Rebellin worden steeds meer ellendige details bekend: over de bestuurder, die al eens zijn rijbewijs kwijt was en na het ongeluk naar Duitsland vluchtte, over hoe zijn laatste momenten zijn opgevangen door bewakingscamera’s, over alles wat je liever niet wil weten. Dus ook over zijn broer, die rond lunchtijd arriveerde, een zwart hoopje schroot langs de weg zag staan en op dat moment moet hebben begrepen dat zijn voorgevoel klopte, dit keer wel.