Spring naar de content

Erger dan #Halsemagate? Mannen van mijn leeftijd op Lowlands

Ik werd door zo ongeveer half fatsoenlijk-rechts Nederland plus de gebruikelijke alt-right-querulanten gebeld en gemaild met de brandende vraag: Don Arturo, wat gaat u over Femke Halsema zeggen in uw vrijdagpreek voor de Haagsche Post? En is het waar dat uw goede vriend Jeffrey Epstein vermoord is door de Clintons? En denkt u echt dat de nieuwe premier van Engeland, Jeremy Corbyn, een nog gloeiender hekel heeft aan zionistenmensen dan mr. Van Agt, Anja Meulenbelt en Greet Duisenberg samen?

Zo werkt dat niet, vrienden. Zo rol ik niet. Het is te makkelijk. Uiteraard ben ik een inkthoer en een schrijvende aap maar ik ben geen Hond van Pavlov.

Alle 1250 cursiefjestikkers in mijn droevige moederland hebben hun licht al laten schijnen op de #Halsemagate en hoewel ik het zegel der columnisten ben en in principe dus altijd het laatste woord heb, wil ik er geen woorden meer aan vuil maken. 

Mijn collegaatjes maken nooit iets mede in hun safe space en voor hun is zo’n storm in een glas met poepbacterie E.coli besmet Amsterdams leidingwater gefundenes Fressen.

Ik heb de afgelopen weken heel, heel veel meegemaakt in Marokko – schandaleuze escapades waar mijn collegaatjes niet eens van durven dromen – en wat ik de afgelopen drie nachten in Malaga heb doorstaan met mijn mattie Ivo Teulings – tevens co-auteur van de nakende bestseller Costa del Coke – én met meestercartoonist Ruben L. Oppenheimer en zijn hondje Lulu, is romanwaardig. Dat prop ik niet eventjes tussen neus en lippen door in mijn vrijdagpreek.

Hoewel ik het zegel der columnisten ben en in principe dus altijd het laatste woord heb, wil ik er geen woorden meer aan vuil maken

Er valt voor mij dus geen eer te behalen aan een voorspelbaar stukkie over Halsema-gate omdat ik niet gemakzuchtig en lui ben en niet in Vinexland woon.

De burgemeester van mijn geliefde 020 is al genoeg gestraft. Je zal maar lekker vakantie vieren in casino Sun City in Bophuthatswana en dan in De Telegraaf lezen dat je zoon zich gedragen heeft als een gangsterrapper.

Boys will be boys, Fem. Welke witte knul van vijftien in Damsko wil niet leven als rapper Sjors?

Ik keek even naar de twittertrends en er was eigenlijk verder niks om over te schrijven. Het beloofde keihard te gaan regenen op Lowlands en dat vond ik wel geestig. Ik heb vrienden die met hun tweede legkippetje – of soms al derde – zoveel mogelijk van die kinderachtige festivals afstruinen en Lowlands is het summum. Daar strompelen en glijden ze dan door de modder en kots achter hun verse huppelkutje aan. Zwetend als een rund, zo’n infantiele bandana op de kale kop, de dikke kantoorreet in een geruite Bermuda gepropt, Birkenstocks onder de spataderpootjes en een tot op de draad versleten T-shirt met de tong van de Rolling Stones over de vieze bierpens gewurgd.

Ik ben een gezegend mens (the special one gaat me te ver, zo noemde mijn moeder me al) want deze ellende is mij bespaard gebleven, temeer omdat ik dolgelukkig kinderloos ben en dus gevrijwaard van de midlifecrisis.

Ik heb vrienden die met hun tweede legkippetje – of soms al derde – zoveel mogelijk van die kinderachtige festivals afstruinen

Mijn allerlaatste festival was Pinkpop in 1974. De enige reden om die vreselijk reis van de hoge Edesche beschaving naar het Diepe Roomse Zuiden te maken, was Captain Beefheart. Bovendien rekende ik op heel veel dikke blote tieten, want een paar jaar eerder zag ik in het Polygoonjournaal allemaal naakte juffrouwen modderdansen tijdens het popfestival in Kralingen. Geil huppelen in zo’n heksenkring stond vanaf dat moment op mijn bucketlist (ik dacht dat ik niet ouder zou worden dan zestien). 

Het wachten op Don van Vliet bleek een afgrijselijke verzoeking want Joop den Uyl hield op verzoek van apparatsjik Jan Smeets van de Mijnstreek-nomenklatoera een donderpreek van drie uur over de zegeningen van het socialisme. Daarna trad eerst nog dat gore langharige, werkschuwe tuig van Fungus op met dat stomme liedje Kaap’ren varen.

Toen Don van Vliet met zijn Captain Beefheart eindelijk op het podium stond, lag ik als een zwijn door mijn eigen vuil te rollen omdat een hippie lsd in mijn bekertje Exota had geflikkerd. Ik was pas vijftien!

De hippie zei dat hij kinderpsycholoog van het Jongeren Advies Centrum in Heerlen was en het spijtte hem dat de dosis lsd iets te fors was uitgevallen.

De volgende dag werd ik naast hem wakker. Sjeng had mijn kleertjes gewassen en gaf me geld voor de trein terug. Toen dacht ik: nooit meer naar een popfestival want ik er krijg er alleen maar pijn in mijn poepgaatje van. Maar goed, de eerste keer is altijd het ergst. Dat geldt ook voor roken, bier drinken, spruitjes en kaviaar.

Van het een komt het ander en voor mijn zestiende had ik al meer stijve piemels gezien dan Sylvie Meis in haar hele werkzame bestaan als influencer. Het kwam gewoon op mijn weg en ik dacht altijd maar aan 1 Thessalonicenzen 5 vers 21: beproeft alle dingen; behoudt het goede.

Op een gegeven moment ben ik er maar geld voor gaan vragen. Voor wat hoort wat en voor niets gaat de zon op. Ik hoefde in in ieder geval niet te gaan snuffelen op vieze ouwe stinkbootjes, wellicht in de hoop een paar wietplantjes te kunnen rippen. Ik biecht al deze pijnlijke ervaringen op met een duidelijk doel: het had veel erger kunnen aflopen met burgemeesterszoon Bruno. Neem mij nou. En die kleine heeft geluk bij een ongeluk want als gevolg van de Halsema-gate mag hij dit jaar niet met papa en mama mee naar een optreden van Erik van Muiswinkel op Lowlands