Spring naar de content
bron: anp

Er komt een dag dat de bliksem stopt met inslaan bij Wilco Kelderman

Frank Heinen hoorde over de zoveelste val van Wilco Kelderman: “Het enige positieve dat erover te melden viel, was dat het ook nog erger had kunnen zijn.”

Gepubliceerd op: door Frank Heinen

Zaterdag reed de selectie van de Duitse wielerploeg Bora-Hansgrohe een ritje in de buurt van het Gardameer. Een aantal renners besloot aan de lus nog een lusje vast te knopen om de zes uur vol te maken. Onder hen Schachmann, Burghardt, Selig, Schillinger. Degelijk Bora-meubilair. Mensen die in hardnekkig doorzetten hun roeping hebben gevonden. Ook aanwezig: Wilco Kelderman. De nieuwe aanwinst. De nummer drie van de Giro. De topaankoop. De aanstaande Tour-kopman. Wie ergens nieuw is, gaat niet als eerste naar binnen. De verse werknemer sluit als laatste zijn computer af, geeft nog even alle kantoorplanten water, sopt de koffiemokken en weet dat wat nu voelt als investering over een halfjaar een zinloze opoffering zal zijn.

Vorige maand vertelde Kelderman in een interview met Hidde van Warmerdam en Thijs Zonneveld van het AD hoe de eerste integratie bij zijn nieuwe werkgever was verlopen. Er was veel gedronken, zei hij. Bier. Spelletjes. Kelderman had het te verduren gehad. Hij had ‘m flink geraakt.

Hij lachte terwijl hij het vertelde. In het begin is al het nieuwe heerlijk, al was het maar omdat het nieuw is. Nieuwe gezichten, nieuwe taal, nieuwe stemmen, nieuwe fietsen, nieuwe sfeer. Je weet meteen waaraan je snel zal wennen, of van wie je op een zeker moment knettergek zal worden. 

Nu nog niet. 

Nu is alles nog verrukkelijk anders.

Soms moet alles gewoon even helemaal anders worden. 

In de zomer van 2020 berichtte het Algemeen Dagblad dat Kelderman aan het eind van het jaar weg moest bij de Sunweb-ploeg van Iwan Spekenbrink. Zijn aflopende contract zou niet worden verlengd.

Er zijn mensen die beweren dat er in de krant geen nieuws meer staat. Wilco Kelderman weet beter. Zelf wist hij op het moment dat hij de krant opensloeg namelijk nog van niets. Wie weet, dacht hij, ben ik te kritisch geweest. Te duidelijk. Want op tv klinkt hij misschien soms wat weifelend, in de evaluaties met collega’s kan hij hard uit de hoek komen.

Keldermans vermogens lijken op de fysieke equivalent van genialiteit

Het kon ook dat ze het gewoon niet meer in hem zagen zitten. Dat ze binnen de ploeg, ergens in een managementkamer met flip-overs en een varen in de hoek van de kamer, of in een Zoom-sessie, tot dezelfde conclusie gekomen waren als die je steeds vaker online kon nalezen, na wéér een val, na wéér een ziekte: met die Kelderman wordt het nooit meer wat.

Kelderman moest naar de Giro. Om wat te doen? Niemand in de begeleiding die een idee had. Derde? Vijfde? Twaalfde?

Of gewoon weer: topvorm etaleren, indruk maken met zijn vloeiende stijl, buitenlandse commentatoren verwoed laten bladeren in hun archieven, verlegen glimlachen tegen honderden microfoons en vervolgens: vallen en iets breken? Zo ging het zo vaak. Al leek het misschien ook wel vaker dan het was. Door de jaren heen waren zijn valpartijen een vorm van Kelderman-confirmation bias geworden, een soort goocheltruc van de hersenen die je alleen de valpartijen liet onthouden waar hij bij betrokken was. Wie zwanger is, schijnt opeens overal zwangere buiken te ontwaren. Zo ongeveer ging het met de pech van Wilco Kelderman: de koers was zwanger van zijn ellende, dus zag je op het laatst bijna niks anders meer.

Ik herinner me een Vuelta van een paar jaar geleden. Keldermans voorbereiding was weer eens kort geweest wegens een val. Desondanks oogde hij erg sterk, tot hij in een eenvoudige etappe in een tweede waaier verzeild raakte en veel tijd verloor. Hij werd alsnog tiende, en daarna ging het vooral over de pech: de korte voorbereiding, de fluthulp die hem geboden was, de tweede waaier waaraan hij niets had kunnen doen… Zo kreeg de tiende plaats alle karakteristieken van een nederlaag, in plaats van de overwinning in de millimetersprint met het noodlot. Keldermans vermogens lijken op de fysieke equivalent van genialiteit. Het begon er sterk op te lijken dat hij nooit meer een examen zou kunnen halen waarbij de nadruk op alle goede antwoorden zou liggen, in plaats van op die ene fout die hij in een vlaag van verwarring had gemaakt. Voor iemand met zijn talent zou alles minder dan alles voor anderen altijd tegenvallen, ook al had Kelderman zelf al lang begrepen dat de cijfers op je vermogensmeter voor een renner niet de enige leidraad voor zijn rijkdom zijn. Meer en meer deed Kelderman denken aan de fictieve beloftevolle schrijver die op de tramhalte door de bliksem getroffen wordt nog voor hij zijn meesterwerk kon voltooien, en over wie Mulisch zei: ‘Getroffen worden door de bliksem is een gebrek aan talent.’

En juist op het moment dat geen mens meer iets van hem verwachtte, dreigde Kelderman de Giro d’Italia te winnen.

De pech leek voor één keer op.

De bliksem sloeg overal in, behalve bij de tramhalte waar hij vergeefs het onheil stond af te wachten.

Alles zat mee.

Hij werd derde. Ditmaal bestond de bliksem uit een ploegleiding die weigerde voor hem te kiezen.

Sommige mensen vonden dat eerlijk, omdat de twee nummers 1 en 2 sterker waren op de belangrijkste momenten, maar wat is eerlijk? Is ‘eerlijk’ in enkele jaren tijd zeventien keer zwaar vallen en ziek worden, zoals de website Wielerflits dit weekend voor alle ramptoeristen becijferde? Wat zou je je hoop nog vestigen op gerechtigheid als de willekeur zich van begin af aan als een teek in je loopbaan heeft vastgezogen?

Zo ongeveer ging het met de pech van Wilco Kelderman: de koers was zwanger van zijn ellende, dus zag je op het laatst bijna niks anders meer

Van de zomer was Kelderman binnen no-time onder dak bij Bora. Terwijl ze hem een fijn contract onder de neus duwden, vertelde het management dat ze zijn waarden hadden gezien en wisten: dit zijn de waarden van iemand die een grote ronde kan winnen.

Wilco Kelderman knikte. Dat had-ie vaker gehoord, maar het was fijn het eindelijk eens in het Duits te horen.

Zaterdagmiddag, in de buurt van het Gardameer, nam de bliksem de gedaante aan van een mevrouw die een stopbord negeert en die van links de weg op rijdt, zo op een passerend trosje renners in. Bij die val, de duizendste, brak Wilco Kelderman een nekwervel. Het enige positieve dat erover te melden viel, was dat het ook nog erger had kunnen zijn.

Er komt een dag dat de bliksem Wilco Kelderman met rust zal laten. Die dag zal pas echt alles anders zijn.