Spring naar de content
bron: screenshot youtube

De schitterend-afgrijselijke koorddansact van Matej Mohoric

Frank Heinen over ‘surprisecoureur’ Matej Mohoric. ‘Hij wurmde zich langs de drie beste renners van zijn generatie – Van Aert, Van der Poel en Pogacar; alle drie het tegenovergestelde van surprisecoureurs – en liet daarna zijn remmen los.

Gepubliceerd op: door Frank Heinen

Het was niet voor het eerst dat ik zaterdag, een paar minuten na de finish van Milaan – San Remo, concludeerde dat de stem van Matej Mohoric niet bij zijn verschijning past. Ik moest zijn stem al vaker gehoord hebben, maar was vergeten hoezeer die opgewekte ogen in dat smalle jongenshoofd detoneerden bij die sonore bas, het geluid van de klopboor van de buurman.

Mohoric doet al jaren mee, hij behoort tot het speciale slag wielrenners dat altijd net iets uitzonderlijks doet als je ze dreigt te vergeten. En elke keer dat dat soort surprisecoureurs iets ontzettend indrukwekkends presteren, denk je: nu ga ik jou onthouden, nu ga je me nooit meer verrassen.

Lukt nooit. Daar zijn surprisecoureurs surprisecoureurs voor.

Afdalingen in wielerkoersen zouden wat mij betreft verboden mogen worden.

Zaterdag, bij het uitrijden van het dorpje Poggio, in de traditioneel ziedende afdaling richting San Remo, na een handvol aanvallen van de winnaar van de Tour de France, demarreerde de klopboor van de buurman. Of nou ja: het was niet echt een demarrage in de Pantani-achtige zin des woords. In een van de scherpe bochten naar beneden drong Mohoric eenvoudigweg voor, als een oude dame bij de slager. Hij wurmde zich langs de drie beste renners van zijn generatie – Van Aert, Van der Poel en Pogacar; alle drie het tegenovergestelde van surprisecoureurs – en liet daarna zijn remmen los. Iedereen die hem zou proberen te volgen, zou onherroepelijk een bocht missen. Zijn landgenoot Pogacar gaf hem een paar meter cadeau. Ik zag het gebeuren en dacht aan wat een vriend eens zei toen hij over een verbouwing vertelde die overduidelijk het idee van zijn vriendin was geweest, en niet het zijne: ‘Pick your battles.’

Afdalingen in wielerkoersen zouden wat mij betreft verboden mogen worden. Als het aan mij lag, reden wielrenners elke berg zo hard mogelijk omhoog, om daarna per auto of kabelbaan af te dalen en eenmaal in het dal hun weg te vervolgen in de slagorde waarin ze over de top kwamen.

Maar ja, het ligt niet aan mij. Nog niet althans. Zolang ik bij de UCI nog geen voet tussen de deur heb, zijn we veroordeeld tot afdalingen als die van Mohoric zaterdag, die net zo veel schoonheid als perverse lottarterij in zich dragen.

Er bestaan verschillende foto’s van hem terwijl hij ondersteboven hangt in de berglucht, door een fotograaf bevroren in een of andere levensgevaarlijke salto

Voor wie niet houdt van de aanblik van iemand in wie de doodsverachting het stuur heeft overgenomen, van iemand die met enige regelmaat de grens tussen zelfvertrouwen en onverschilligheid oversteekt, was het geen prettig gezicht. Mohoric stortte zich in de bochten, wierp zich in de vlakke stukken en liep uit, meter voor meter. Hier reed iemand die zijn gebrek aan puur fysiek talent – De Klopboor is zelden de beste klimmer, de snelste sprinter, de krachtigste hardrijder – besloot te compenseren met techniek en overmoed.

Logisch. Mohoric droomt al zijn hele leven van Milaan – San Remo. In deze aanpak school zijn enige kans om te winnen. De redenen om zich als een maniak in de afdaling te storten, waren kraakhelder en legio. En toch… Toen ze in 1974 de Franse evenwichtskunstenaar Philippe Petit, na zijn geslaagde koorddansact tussen de Twin Towers, vroegen waarom hij in hemelsnaam had gedaan wat hij had gedaan, antwoordde Petit: “There is no why.” Ik geloof dat Mohoric in wezen meer verwant is met iemand als Petit dan met veel van zijn collega’s. Zijn drang de grens op te zoeken, valt hoogstens af en toe in een schitterend toeval samen met een situatie in de koers.

Onmiddellijk na zijn aanval belandde Mohoric met fiets en al in een gootje aan de rand van de weg, tegen een rotswand aan. Ieder normaal mens zou op zo’n moment onderuit zijn gegaan, ieder koelbloedig mens zou met pompende remmen een val hebben kunnen voorkomen, maar niet de Klopboor: die wipte doodleuk voor- en achterwiel gelijktijdig terug het asfalt op, de ideale lijn in.

Het is ook niet dat het nooit misgaat, voor De Klopboor van Kranj. Er bestaan verschillende foto’s van hem terwijl hij ondersteboven hangt in de berglucht, door een fotograaf bevroren in een of andere levensgevaarlijke salto. Vaak staat hij op eigen houtje weer op, soms wordt-ie afgevoerd op een draagbaar, maar vanaf dat moment zomaar wat voor kat z’n viool afdalen, in the middle of the road, dat nooit.

Terwijl zijn bandjes akelig dicht langs de in de hinderlaag van de bocht liggende betonblokken scheerden, keek Mohoric alweer vooruit, naar een volgende bocht, een volgende kans om zijn voorsprong uit te breiden op coureurs die minder technisch, minder moedig en minder krankzinnig waren.

In één bocht leek zijn fiets zich zaterdag onder Mohoric vandaan te willen manoeuvreren. Misschien zag de fiets het niet meer zitten, misschien zag die wel de gevaren die zijn bestuurder opzichtig leek te negeren. Mohoric kreeg het vaartuig, schuin hangend, weer onder controle. Het zag eruit als die keer dat Donald Duck als rodeoclown maar niet door een doorgedraaid paard van de rug geworpen kon worden omdat hij zich per ongeluk met kauwgom aan het zadel had vastgelijmd. Mohoric zat niet met kauwgom aan het zadel, zijn geheime wapen betrof een speciaal soort zadelpen, afkomstig uit het mountainbiken. Die zadelpen zou hem meer controle moeten geven, maar wat-ie vooral deed, was zijn eigenaar nóg meer vertrouwen in zijn eigen stressbestendigheid schenken dan-ie toch al had. Terwijl zijn bandjes akelig dicht langs de in de hinderlaag van de bocht liggende betonblokken scheerden, keek Mohoric alweer vooruit, naar een volgende bocht, een volgende kans om zijn voorsprong uit te breiden op coureurs die minder technisch, minder moedig en minder krankzinnig waren.

Eenmaal beneden behield De Klopboor van Kranj zijn beperkte voorsprong. Achter hem deden Van Aert en Van der Poel hun uiterste best hem in te halen, maar het was zinloos. 

De surprisecoureur won en er was nergens een waarom te bekennen. Alleen een schitterend, solitair opererend omdat.