Spring naar de content
bron: twitter rob jetten

Sjoerd Jetten krijste: of het klimaat eruit of ik eruit, bitch

Arthur van Amerongen hoorde dat Rob Jetten weer single is. ‘Onze minister is dik in de dertig en in de genadeloze en vooral onbarmhartige en meedogenloze homokringen ben je dan stokoud en afgeserveerd en kan je alleen nog maar op petitfours sabbelen tijdens de zondagse thé dansant van de Roze Rimpel, de bejaardenpoot van het COC.’

Stel dat ik tijdens de Gay Parade die morgen begint Rob Jetten tegen het lijf zou lopen in een willekeurige krul (pisbak in de volksmond, bij voorkeur die aan de Nieuwe Keizersgracht 13B) dan zou ik toch meteen aan die ontroerende zin van Gerard Reve moeten denken: 

Een knappe jongen […], al zou hij wat minder op een etaleur of de anjer dragende galant op een Franse prentbriefkaart moeten lijken. (uit: ‘Brief uit Camden Town’, Op weg naar het einde, 1963)

Rob Jetten is weer single en dat sappige nieuwtje sloeg in als een bom in de landelijke gay scene.  

Volgens kappersblaadje De Groene Amsterdammer is onze klimaatminister behoorlijk in zichzelf gekeerd. “In Jetten schuilt een tragische paradox. Hij heeft veel aandacht voor de mensen om hem heen, maar over zijn eigen binnenwereld is hij gesloten. Begin dit jaar sneuvelde Jettens relatie, iets waar hij het weinig over heeft. Juist de toegenomen drukte en stress in zijn huidige baan zouden een gewichtige rol hebben gespeeld bij de onverwachte breuk tussen Rob en Sjoerd, die elkaar leerden kennen binnen D66”, analyseert het entertainmentblad.

Het officiële verhaal over de pijnlijke scheiding tussen Rob en zijn Sjoerd komt uit de koker van de Magere Mannetjes: Rob heeft het te druk met zijn werk en het werk gaat bij D66 nou eenmaal vóór het meisje. 

Uit betrouwbare bron vernam ik dat de beroemde laatste woorden van Sjoerd in hun liefdesnestje in Ubbergen luidden: ‘je kiest nu voor mij of voor dat kutklimaat van je, bitch.’ 

Ik heb dat huis van zes tonnetjes even bekeken en je zou zweren dat er een heel eng heterosetje woonde, zo smakeloos is het. Binnen is het strak-truttig, zeg maar een interieur dat je net zo makkelijk bij een registeraccountant in Dronten kan aantreffen. 

Jetten werd door de Magere Mannetjes opgepimpt van the only gay in village Veghel tot een kosmopolitische homo universalis die bij de grootheden der aarde mag aanschuiven, met zijn hoedje en zijn toetertje

Het moge algemeen bekend zijn dat ik een Jetten-watcher ben. Een jaar of wat geleden schreef ik: als Jetten zijn mondje houdt, zou je kunnen denken: best een aantrekkelijk ding, brilletje eraf, even naar een fatsoenlijke kleermaker en naar de batikboer en je ziet hem zo in een leuke Javavaanse boysband met een lekker sappig Brabants accent zingen op de Pasar Malam in de Den Haag. Zeg maar een jonge uitvoering van Lonny (die van de oppiepbamboemandjes)

De minister leest mijn tweets, want verdomd: het kreng draagt nu contactlenzen. 

Toch moet ik zeggen dat Jetten een indrukwekkende metamorfose heeft ondergaan sinds zijn legendarisch eerste optreden voor de camera’s op het Binnenhof. Ik – wie anders – zag meteen de sprekende gelijkenis met Brains van de Thunderbirds. En terwijl heel Nederland dacht, wat een leuke hetero en wat heeft hij toch een schattige vriendin waarmee hij op vakantie naar Iran gaat, sloeg mijn gaydar op hol

Jetten werd door de Magere Mannetjes opgepimpt van the only gay in village Veghel tot een kosmopolitische homo universalis die bij de grootheden der aarde mag aanschuiven, met zijn hoedje en zijn toetertje. 

Dat moet Sjoerd – die nogal jaloers is aangelegd en het vreselijk vond om altoos maar in de schaduw van zijn man te moeten opereren – niet leuk hebben gevonden. Boze tongen beweren overigens dat Sjoerd al sinds jaar en dag een hartstochtelijke affairette heeft met een grondsteward van Air Malta in Valletta maar daar weet ik het fijne nog niet van. 

Ik begreep van mijn diverse homocontacten in Nijmegen, opgedaan in het Hunnerpark/Kelfkensbos, De Goffert, De Elshof en De Berendonck, dat ook Sjoerds partner ‘hem niet met plassen verslijt’, zoals wij vroeger in Mokum promiscue gedrag subtiel omschreven. 

Nou ken ik de gee-sien van Knotsenburg als mijn kontzak. Ik heb begin jaren tachtig even in Nijmegen gewoond en daar vond werkelijk een invasie plaats van boerenkinderen uit Limburg en Brabant. Driekwart bezocht café De Plak en werd daar actief homoseksueel, opgehitst door de homofiele punkband Tedje en de Flikkers, wereldberoemd in Nijmegen door hun hit Ik ben een hoer.

Ik heb best wel veel geschreven over die geweldige band en een poosje geleden werd ik door de twee nog levende bandleden benaderd. Die zijn een setje en wonen nu in Amsterdam en of ik langs wilde komen voor een kopje thee uit een porseleinen kopje van Wedgewood en met friandises uit de P.C. Hooft. Staat nog steeds genoteerd, mannen! 

Ik hoor u gefascineerd zuchten: hoe kwam u nou toch weer in Nijmegen bij de Knotsendragers verzeild, doctorandus Van Amerongen? 

Ik kan dat uitleggen.

Kort na de aanschaf van de langspeelplaat Never Mind the Bollocks, Here’s the Sex Pistols verfde ik mijn haar gifgroen. Mama kreeg een hartverzakking: ‘wat moet buurman Becks hier wel niet van denken, ik schaam mij dood Tuurtje! Straks denkt hij nog dat je homofiel bent!’ 

Becks was een gepensioneerde agent die voetballen van kinderen aan flarden sneed en de Nachtegaallaan dag en nacht in gaten hield, nog net niet vanuit een wachttoren, omringd door mijnenvelden. 

Alles stonk er door elkaar heen: dierenactivisten, potten en poten, punks, pedofielen, transseksuelen, heroïnehoeren en gesjeesde priesters. De een was nog lelijker dan de ander en ze hadden allemaal een katholiek accent

Ik lag toen flink overhoop met mijn gender en vluchtte – doodsbang als ik was voor buurman Becks – naar Nijmegen, toentertijd een waar Sodom en Gomorra. Boerenjongens à la Jetten sprongen zoals gezegd als kikkers uit de kast zodra ze aankwamen in de botergeile Waalstad en ze kleedden zich alsof het het hele jaar carnaval was. Tedje & de Flikkers waren de stijliconen van Nijmegen, samen met de Rooie Flikkers

De activisten kwam ik tegen in een verloederd herenhuis in Nijmegen. Dat was destijds het centrum van sektarisch Nederland. Alles stonk er door elkaar heen: dierenactivisten, potten en poten, punks, pedofielen, transseksuelen, heroïnehoeren en gesjeesde priesters. De een was nog lelijker dan de ander en ze hadden allemaal een katholiek accent. Iedere nacht danste ik met radicale homovriendjes in café de Plak en als die sloot, zoop ik verder in sociëteit Diogenes, tussen de lamlendige studenten. Overal was muziek: de Sex Pistols, the Damned, Brood, de Speedtwins, Vitesse en Gruppo Sportivo.

Verder liep ik maar wat mee te brullen tegen de apartheid, tegen Outspan-sinaasappelen, tegen (of voor) Biafra, voor de Sandinisten, tegen kernraketten, voor vrouwenstrijd en uiteraard voor de PLO en tegen het zionisme maar dat verzet staakte ik na één keer lekker neuken in de kibboets.

Ik was een kameleon, een zeer lawaaierige vlieg op de muur. Niets beklijfde. Het leven was heerlijk overzichtelijk in die tijd. Na de Piersonrellen was ik klaar met de provincie en rijp voor Amsterdam. Daar keek ik nergens meer van op. Je had een meneer met een oranje snor en een Mexicaanse naakthond, de rolschaatsende reetveter en natuurlijk Fabiola, de koningin van de krakers (ik kwam er pas in bed achter dat het een vent was). De extravaganza verdween helaas uit Amsterdam. Het werd een doodsaaie stad en de Gay Parade is helemaal kapot gemaakt door GroenLinks en andere mafklappers. Luister naar mijn J’accuse!

Opa heeft weer heerlijk verhalen uit zijn oude doos getoverd, en ik heb door deze sappige omschrijving van de Nijmeegse gee-sien getracht Rob Jetten te duiden, en zijn ‘coming of age’. Maar nu komt de moraal van het verhaal: stel dat ik Tinky Winky tijdens de Gay Parade tegen zou komen bij de pisbak…. 

Vroeger, heel vroeger, scharrelde ik daar mijn zakgeld bij elkaar maar toen was ik nog een heerlijke aanstootgevende twink. Bijna een halve eeuw later zou ik in principe Robje moeten betalen voor hand- en spandiensten in de krul maar dat gaat mij ook weer te ver. Twink, twank, twunk: onze minister is ook al dik in de dertig en in de genadeloze en vooral onbarmhartige en meedogenloze homokringen ben je dan stokoud en afgeserveerd en kan je alleen nog maar op petitfours sabbelen tijdens de zondagse thé dansant van de Roze Rimpel, de bejaardenpoot van het COC. 

Ik legde deze brandende kwestie voor aan mijn lieve vriend Kevin, die de Griekse beginselen heeft uitgevonden en verbeterd. Tuurtje, zei de schat, als je indruk wilt maken op de minister zonder hem ook maar een cent te willen betalen voor de bewezen diensten, moet je gewoon zeggen: ‘top of bottom?’ En voeg daar smalend aan toe: ‘bovendien, excellentie, bent u all flash and no substance en eigenlijk zou je mij moeten betalen, bitch, want ik ben niet alleen van buiten knap maar ook nog eens heel diepzinnig.’

Onze minister is ook al dik in de dertig en in de genadeloze en vooral onbarmhartige en meedogenloze homokringen ben je dan stokoud en afgeserveerd en kan je alleen nog maar op petitfours sabbelen tijdens de zondagse thé dansant van de Roze Rimpel, de bejaardenpoot van het COC

Ik hoor u denken: moet u wellicht niet wat meer empathie opbrengen voor Rob Jetten en zijn ex-man? U heeft toch zelf ook tientallen pijnlijke scheidingen meegemaakt, en u weet toch wat een hel het is om gedumpt te worden. Zeker, maar ik ben geen publiek figuur en hoge bomen vangen veel wind. Ik heb dan ook geen greintje medelijden met Rob Jetten die zichzelf schaamteloos etaleert als het hem uitkomt. Ik vind hem een onuitstaanbare leeghoofdige kwal en een nitwit van de bovenste plank en ik schaam me dood dat deze pipo aan mag schuiven bij de groten der aarde. 

De kadaverdiscipline waarmee Pechtold D66 drilde en drimmelde, is legendarisch. Jetten moet daarom wel door Pechtold naar voren zijn geschoven als diens sokpop en marionet, in een krampachtige poging zijn macht en invloed binnen de partij te houden. Onderzoeksjournalisten zouden eens in de troonopvolging van Pechtold moeten duiken, maar die zijn vrijwel allemaal actief lid van D66 dus dat schiet niet op.

Toch heb ik ook nog een goede remedie tegen luddevedu: ga de baan op. Do the HOP, Oh baby, let’s all do the HOP. ! Vier de Pride met vlag en wimpel!