Spring naar de content
bron: anp

De stelling: ‘Het is in Nederland de hoogste tijd voor de eerste vrouwelijke premier’


Nu Mark Rutte heeft aangekondigd het veld te zullen ruimen, groeit in Nederland de kans op een eerste vrouw als minister-president. Hoewel Caroline van der Plas zegt niet het premierschap te ambiëren en de ‘linkse wolk’ een witte man van middelbare leeftijd van stal haalt, schuift de VVD met Dilan Yesilgöz ditmaal wel een vrouw als lijsttrekker naar voren. Snakt Nederland naar een dame in het Torentje?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Pieter Jansen

Ja

Liza Mügge, universitair hoofddocent politicologie aan de Universiteit van Amsterdam

Waarom bent u het eens met deze stelling?

“Een vrouw aan het roer draagt bij aan het normaliseren van vrouwen als politiek leiders. Qua ministers gaat dit momenteel goed, maar op lokaal niveau stukken minder. Vrouwen hebben daarnaast op basis van eigen ervaringen meer oog voor het agenderen van bepaalde kwesties, zoals seksisme op de werkvloer. We zien in Nederland gelukkig steeds vaker vrouwen als leiders van grotere politieke partijen. Het eerdere gebrek hieraan is de hoofdreden dat er nog geen vrouw premier is geweest.”

Zijn vrouwen als premiers altijd bevorderlijk voor de maatschappelijke positie van vrouwen?

“Er bestaat onderscheid tussen symboliek en inhoud. Neem de Italiaanse Giorgia Meloni; ze heeft een symbolische functie, maar is beleidsmatig conservatief. In plaats van emancipatie bepleit ze traditionele genderpatronen. Iemand als Angela Merkel was weliswaar niet zó conservatief, maar conformeerde zich wel aan de heersende mannelijke stijl van leidinggeven. Daartegenover staan boegbeelden als de Finse Sanna Marin en Jacinda Ardern uit Nieuw-Zeeland, jongere vrouwen die juist werden geprezen om hun empathie.”

Moet een vrouw als premier een streven op zich zijn?

“Onderzoek wijst uit dat de meeste vrouwen primair op inhoud stemmen, en dan pas op een vrouw. Dat betekent trouwens niet dat een GroenLinks-stemmer iemand als Yesilgöz niet een belangrijk rolmodel kan vinden.”

Nee

Mark van Vugt, hoogleraar evolutionaire psychologie aan de Vrije Universiteit Amsterdam

Waarom bent u het oneens met deze stelling?

“Je kunt de stelling op twee manieren interpreteren: een vrouw als premier, of iemand met vrouwelijke eigenschappen. Wat dat eerste betreft valt er vanuit de idee van vrouwen als rolmodellen iets voor te zeggen. Nederland is natuurlijk al relatief egalitair. Zo studeren inmiddels meer meisjes dan jongens. Toch valt zeker in leidinggevende functies nog het nodige te verbeteren.”

Hoe zit het met die vrouwelijke eigenschappen?

“Vrouwen zijn als leiders gemiddeld verbindender dan mannen. Nederland heeft nu echter te maken met vraagstukken die om daadkracht vragen − klimaat, migratie en de oorlog in Oekraïne. Dan werkt directief leiderschap beter, hetgeen je vaker terugvindt bij mannen. Overigens toont onderzoek wel aan dat vrouwen relatief snel oorlogen aangaan. Voorbeelden zijn Margaret Thatcher en Golda Meïr. Het lijkt erop dat vrouwen die komen bovendrijven in de door mannen gedomineerde politiek behoorlijk agressief en dominant zijn.”

Wat leert de psychologie ons verder?

“Tijdens campagnes kunnen mensen slecht inschatten of iemand een goede leider is. Daardoor gaan kiezers meer af op gezag en uitstraling dan op inhoudelijke boodschappen. Dat zit bovendien evolutionair in de mens. Zodoende maken vrouwen meer kans om premier te worden als ze van rechtse signatuur zijn. Dit wordt ook wel androgyn leiderschap genoemd: vrouwelijkheid gekoppeld aan hardere standpunten.”

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €5 per maand.