Spring naar de content
bron: anp

Narcostaat Mokum de vieste en de crimineelste: de oorlog tegen de dope is verloren

In de binnenstad van Amsterdam stikt het momenteel van de snoep-, souvenir- en wafelwinkels die draaien op drugsgeld. Don Arturo denkt met weemoed terug aan de verpauperde stad van de jaren tachtig. ‘De hele binnenstad was zwaar verloederd en in handen van criminelen, pooiers en dealers. Een schitterend decor voor Gimmick!’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Arthur van Amerongen

Opvallend nieuws bij de spreekbuis van burgemeester Halsema: een winkel op het Waterlooplein is door de gemeente gesloten omdat er te veel souvenirs werden verkocht. Ook werden er cannabis- en tabaksgerelateerde producten aangeboden. Dat is in strijd met het bestemmingsplan, aldus de gemeente. De winkel, die op 10 augustus werd gesloten, zou volgens het bestemmingsplan detailhandel moeten zijn. “Maar in plaats daarvan handelde deze zaak als souvenirwinkel en headshop.” De ondernemer paste na meerdere controles en waarschuwingen het assortiment ‘enigszins’ aan, maar nog niet voldoende. Daarom werd onlangs een last onder bestuursdwang opgelegd aan de ondernemer. Uit een laatste controle bleek volgens de gemeente dat de ondernemer geen gehoor had gegeven aan de opgelegde last.

Dat is een mooi precedent, zou je denken, want nu kan de helft van al die gore en vooral duistere Ali Baba-witwastoko’s in het centrum dicht, plus de Nutella-bordelen en de Albanese ‘snoepwinkels’ op diverse A-locaties in de binnenstad. De wereldberoemde Oxford Street in Londen kampt met precies hetzelfde probleem – snoepwinkels – dus er moet wel een internationale maffiose samenhang zijn. 

Even een nostalgische terugblik van ome Tuur, want de verpaupering en verloedering van Amsterdam is niet nieuw. 

In de jaren zestig en zeventig bezocht ik maar al te graag mijn tante Mina, die in de Tweede Jacob van Lennepstraat woonde en ik gefascineerd was door de totale puinzooi in de stad, en met name rond de Nieuwmarkt. 

In de jaren tachtig woonde ik op de Nieuwezijds Voorburgwal nummer 31, in een monumentaal pand uit 1632, met uitzicht op schandknapenbar de Why Not en erotische bioscoop Diana. 

In de Diana werd snoeiharde Duitse heteroporno gedraaid – het was nog voor het internettijdperk, bossen schaamhaar waren net zo vertrouwd als steenpuisten op witte flubberbillen – en in de lunchpauze kwamen oudere kantoormensen uit de buurt hun gerief halen. In de regel waren het gierige cisgenderklerken die geen cent over hadden voor de kommersjele sekswerksters in de aanpalende Korsjespoortsteeg. Het ander gedeelte van het publiek in de Diana bestond uit homoseksuelen die de opgewonden heteroseksuelen in het donker gratis en voor niets handkarden of een mondgeriefje schonken. 

Vanaf eind jaren zeventig kwamen er in het noordelijke deel van de Spuistraat enkele bordelen annex escortservices. Om te beginnen was dat op nummer 3H het in 1978 geopende Boy Exclusief, later omgedoopt tot Guys International en sinds medio jaren tachtig Blue Boy geheten. De achterzijde van het pand van de Blue Boy, met als adres Nieuwezijds Voorburgwal 28-30, vormde bar/seksclub Why Not.  

In de Diana werd snoeiharde Duitse heteroporno gedraaid – het was nog voor het internettijdperk, bossen schaamhaar waren net zo vertrouwd als steenpuisten op witte flubberbillen – en in de lunchpauze kwamen oudere kantoormensen uit de buurt hun gerief halen.

Dit was het uitzicht vanuit mijn huis. 

Mijn buurman, op Nieuwezijds Voorburgwal 27, was van eind 1984 tot 1989 seksclub en escortservice Zipper Boy. Dat werd uitgebaat door een dwangmatige Duitse leernicht in het laatste stadium van AIDS. Het personeel kwam uit Marokko, Turkije en van onze overzeese geslachtsdelen (dixit Gerard Reve). 

Ik hielp Günther’s meiden met het invullen van de sollicitatieformulieren en de arbeidscontracten en gaf ze adviezen over hun inburgering.

Om de hoek van mijn huis zat de Cuckoo’s Nest. Het rook er lekker naar leer en poppers, bier dronk je er uit een flesje, want een glas was truttig. De darkrooms van die leertenten waren schimmelgrotten waar het naar champignons stonk en waar je beter lieslaarzen kon aantrekken vanwege de plassen op de betonnen vloeren. Alles gaat voorbij, vrienden, maar de Cuckoo’s Nest bestaat gelukkig nog!

Die leernichten zagen er natuurlijk heel eng uit, maar daar had je niets van te vrezen. Nou ja, misschien in de schommel in de dungeon want dan moest je oppassen als een van de snorremansen was vergeten zijn horloge en trouwring af te doen. En dan barstte het in die buurt nog van de krakers en de punks, ook in het leer, maar die spogen je hoogstens in je smoel als je er te netjes uitzag. 

Ik moest heel erg aan het Amsterdam in die tijd denken toen ik recentelijk All the Beauty and the Bloodshed bingewatchte. De documentaire is een soort biopic van de geweldige fotografe Nan Goldin, met als rode draad haar succesvolle kruistocht tegen de Sackler-familie, die miljardair is geworden met het zeer verslavende OxyContin. Ik kwam voor het eerst in New York in 1980, op de dag dat John Lennon werd vermoord. Dat waren de hoogtijdagen van Nan Goldin en haar aanhang, en tevens de duisterste jaren uit de geschiedenis van Gotham. Ik was punk en voelde me als een vis in het water in bijvoorbeeld de CBGB en de legendarische Mudd Club, die vaak als decor dient in All the Beauty and the Bloodshed.

Ik had veel vrienden in downtown New York, en die kwamen in die tijd wel eens bij mij logeren. Ik waarschuwde ze voor de wandeling van het Centraal Station naar mijn huis, maar daar deden ze nogal lacherig over, want ze kwamen immers uit The Big Apple. 

De hele binnenstad was zwaar verloederd en in handen van criminelen, pooiers en dealers. Een schitterend decor voor Gimmick

Enfin, drie keer werden mijn gasten beroofd tijdens die korte wandeling. Het wemelde van de Marokkaanse en Algerijnse junks in de pisstegen tussen de Nieuwezijds, de Nieuwendijk en het Damrak. 

Het Damrak was ook helemaal verpauperd door de Israelische Barazani-clan. Ik herinner me een panoramabeeld in het NRC van mijn goede vriend Kadir van Lohuizen van het hele Damrak, met een beschrijving van al die gore panden. Alles was van de Barazani’s, een hoofdpijndossier van de gemeente Amsterdam

En dan was er nog de Haarlemmerstraat, waar ik dagelijks mijn boodschappen deed. Het wemelde toen al van de uiterst obscure Pakistaanse avondwinkels, waar toeristen ook nog eens kamers konden huren in brandgevaarlijke afbraakpanden. Kortom, de hele binnenstad was zwaar verloederd en in handen van criminelen, pooiers en dealers. Een schitterend decor voor Gimmick

In de jaren negentig verhipte Amsterdam en leek het iets minder te worden met de verloedering. Maar toen schoten de kaaswinkels, de toeristenwinkels, de belwinkels, de snoepzaken, de Nutella-bordelen, de wafelbakkers, de tientallen ijssalons en wat dies meer zij als paddestoelen uit de grond. Uiteraard allemaal witwaszaken, waar de Stopera niets tegen deed. 

Ik was godzijdank allang vertrokken uit die hel, maar het viel me elke keer weer op hoe de hele binnenstad totaal verziekt is. Ze zoeken het maar uit, dacht ik dan. Het viel mij op hoe vaak er op het raam van zo’n hut A4’tjes hingen met ‘today cash only’. Altijd was de pinautomaat stuk. De reden: de uitbater heeft omzet nodig met contant geld om zo zijn eigen zwarte contante geld er aan toe te voegen, waardoor het witgewassen wordt.

En toen moest The Seafood Shop dicht in de Leidsestraat.  

Het AD: “De visboer opende 35 jaar geleden zijn eerste viswinkel in het Brabantse Helmond. In 2012 opende hij The Seafood Bar in Amsterdam en inmiddels zijn er drie vestigingen in de stad. Zijn kinderen leiden de restaurants en De Visscher kreeg weer zin om te werken in een ‘normale viswinkel’. Vijf maanden geleden opende hij The Seafood Shop. “Weer lekker haring schoonmaken en vis fileren in plaats van tot diep in de nacht het restaurant schoonmaken. Het assortiment is precies hetzelfde als in mijn eerste viswinkel.” Sinds de opening hebben gemeenteambtenaren meerdere malen controles uitgevoerd waarbij zij op overtredingen zijn gestuit: ‘Achter de ramen is een houten plank bevestigd, die als tafel wordt gebruikt. Vier klanten zitten hieraan consumpties te nuttigen. Op de tafel staan menukaarten,’ schrijft de gemeente in een rapportage. Ook wordt op dat moment gebakken vis verkocht en liggen belegde panini-broodjes in de vitrine. Vorige week stuurde de gemeente een aangetekende brief. Binnen twee weken moet het pand zijn gesloten. ‘Maar ik heb een huurcontract voor tien jaar,’ zegt de Visscher. Praten wil de gemeente pas nadat de viswinkel dicht is. The Seafood Shop kan sluiting voorkomen door de verkoop van eten voor directe consumptie, en het bereiden van eten in de winkel te staken. De apparatuur moet ook verwijderd worden.”

In antwoord op vragen van de VVD schreef  PvdA-wethouder Sofyan Mbarki dat het volstrekt normaal is dat er in de Leidsestraat (maandelijkse huurprijzen vanaf 15.000 euro) een onontbeerlijk en uniek snoepwinkeltje is gekomen in de plaats van een echte Hollandse visboer. Wolla!

En wat denkt u dat er in de plaats kwam van dit authentieke gezellige en vooral eerlijke familiebedrijfje? Candy Pirates! De eigenaar is een Albanees

In antwoord op vragen van de VVD schreef  PvdA-wethouder Sofyan Mbarki dat het volstrekt normaal is dat er in de Leidsestraat (maandelijkse huurprijzen vanaf 15.000 euro) een onontbeerlijk en uniek snoepwinkeltje is gekomen in de plaats van een echte Hollandse visboer. Wolla! 

Mbarki, tevens Wethouder van Krokodillentranen: “Ook Amsterdammers kopen snoep in zo’n snoepwinkel, terwijl er wat betreft bedrijfsvoering, reclame en presentatie van de winkels geen elementen zijn aan te wijzen die specifiek met toeristen en dagjesmensen in verband kunnen worden gebracht.” Wolla!

Het is consequent beleid van Pyongyang aan de Amstel om hardwerkende, eerlijke ondernemers weg te pesten. De afgelopen week betrof het foccaciawinkel Fratellini in de Haarlemmerstraat. 

Het Parool: “Het zijn roerige tijden voor de eigenaren van foccaciawinkel Fratellini in de Haarlemmerstraat. De winkel dreigde dinsdag op last van de gemeente te moeten sluiten, maar op het nippertje besloot de gemeente dat besluit op te schorten en de eigenaren de tijd te geven om de zaak aan te passen, zodat deze in het bestemmingsplan past. Het besluit van de gemeente is een voor het koppel plotselinge wending in een proces dat in december begon. Na een melding van een ondernemer in de buurt, verrichtten handhavers van de gemeente een controle. Zij stelden vast dat het concept van de zaak niet strookte met het bestemmingsplan Winkeldiversiteit, dat is gericht op het beperken van toeristen- en souvenirwinkels. De winkel wordt ook gebruikt als horeca, luidde het oordeel van de gemeente, en dat mag niet.”

En daarom opende ik de preek ietwat cynisch met het opvallende nieuws in de spreekbuis van burgemeester Halsema: een winkel op het Waterlooplein is door de gemeente gesloten omdat er te veel souvenirs werden verkocht. 

Het is water naar de zee dragen want het hele centrum zit nog steeds bomvol met gore witwaswinkels, die draaien op drugsgeld. Het is een druppel op een gloeiende plaat, in de war on drugs. Maar de oorlog is verloren.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.