Spring naar de content
bron: anp

Eigen roem stinkt, maar niet bij de publieke omroep

‘Wordt u ook zo misselijk van die zelffelicitaties door de publieke omroepen? Ik wel’, schrijft Max Pam. ‘Jan Slagter, de baas van Omroep MAX, is kampioen van jezelf aan de man brengen.’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Max Pam

Wordt u ook zo misselijk van die zelffelicitaties door de publieke omroepen?

Ik wel. 

Al die reclames voor eigen parochie bij weer een of andere pseudo-mijlpaal geven mij toch het gevoel dat er iets verkocht moet worden dat nauwelijks de moeite waard is. Jan Slagter, de baas van Omroep MAX, is kampioen van jezelf aan de man brengen. Er kan geen MAX-programma worden aan- of afgekondigd, of daar staat Jan weer zieltjes te winnen. Normaal kost een reclame in de STER een godsvermogen, maar de omroepen krijgen dat natuurlijk allemaal voor niks. 

Bij AVRO/TROS kunnen ze er trouwens ook wat van. Daar krijg je tot vervelends toe een spotje te zien met de twijfelachtige mededeling dat AVRO/TROS honderd jaar bestaat. De helft daarvan is onzin. De AVRO mag dan 100 jaar geleden met uitzenden zijn begonnen, maar de TROS bestaat pas sinds 1964 en begon pas drie jaar daarna als publieke zender. Daarbij mag evenmin onvermeld blijven dat Mies Bouwman, die ook in dat spotje voorkomt, ooit is weggelopen bij de AVRO, omdat ze zich daar niet genoeg gesteund voelde.

Wel is grappig dat AVRO/TROS trots heeft aangekondigd dat de omroep ‘het jubileum viert met een golf van cultuur over heel Nederland’. Misschien is het nuttig hier nog even in herinnering te brengen dat de TROS aanvankelijk een echte pulpomroep was. Deze omroep heeft destijds de Nederlandse taal verrijkt met het woord ‘vertrossing’, dat staat voor het populairder en smakelozer maken van programma’s. Alles woelt om verandering. Vijftig jaar later presenteert de omroep zich als een baken van cultuur. Wat dat over Nederland zegt, laat ik graag aan de lezer over, maar mij verbaast het niet dat enige boekenprogramma op de Nederlandse televisie wordt gepresenteerd door een kappersbediende.

Terug naar Omroep MAX. 

Misschien is het nuttig hier nog even in herinnering te brengen dat de TROS aanvankelijk een echte pulpomroep was. Deze omroep heeft destijds de Nederlandse taal verrijkt met het woord ‘vertrossing’, dat staat voor het populairder en smakelozer maken van programma’s.

Toen die omroep in 2004 een zendmachtiging kreeg van toenmalig staatssecretaris Eberhard van der Laan, schreef Remco Campert in de Volkskrant ‘dat de naam MAX hem altijd doet denken aan Max Nord of Max Pam, maar nooit aan de ouderenomroep MAX.’ Het was natuurlijk eervol om in een adem met Max Nord genoemd te worden (ha!), maar ik zag me toen wel gedwongen me af te vragen of ik lid zou worden van een omroep die beweerde mijn belangen als oudere te behartigen. Toen Campert dat schreef was hij 75 en ik 56 jaar en behoorden wij beiden tot de doelgroep van 50-plussers. Destijds luidde mijn antwoord ‘nee’ en dat antwoord op de lidmaatschapsvraag is in de loop der jaren alleen maar een hartgrondiger ‘nee’ geworden. 

In 2004 was het de bedoeling dat MAX ‘hoogwaardige programma’s zou brengen, ‘gericht op integratie van zowel ouderen in de samenleving als, vanuit de levenservaring van rijpere mensen, van jongeren en allochtonen’. Nogal krakkemikkig geformuleerd, maar toen al met veel gevoel voor de tijdgeest die altijd aanwezig is als je in ons land geld los wilt krijgen van een subsidieverstrekker. Die Jan Slagter weet waar hij de mosterd haalt. 

Omroep MAX is natuurlijk een residu van de verzuiling, die de Nederlandse samenleving tot op de dag van vandaag versnippert en fragmenteert. Elke doelgroep zijn eigen omroepje, zo gaat het al honderd jaar en ik vermoed dat daar de komende honderd jaar geen verandering in zal komen. De zelffelicitaties en de zelfreclames die de omroepen kennelijk zijn toegestaan, doen de rest en houden alles voor eeuwig in stand. 

Het probleem van de omroepen ligt niet eens in de algehele versnippering van financiële middelen, want die zijn inmiddels wel enigszins onder controle. Het probleem zit hem erin dat de meeste omroepen in hun programmering nauwelijks een acceptabel niveau halen. Het algemene geklaag hierover stuit altijd af op het typische Hollandse debat over kijkcijfers, dus laten we ons eens beperken tot de programma’s van Omroep MAX.

Die zijn soms best aardig als ze tenminste niet zo suffig zouden zijn. Het eigenlijke probleem is dat programma’s van MAX over de gehele linie niet boven het vmbo-niveau uitkomen. Vakantie vier je zoals in Wij zijn er bijna met de camper en een hoop andere oudjes, die vast ook al eens naar het Gardameer zijn geweest. Daar is niets mis mee, zulke programma’s mogen best gemaakt worden en ik kijk er ook niet op neer, maar erg veel verder gaat het niet bij MAX. Dat betekent dat Omroep MAX eigenlijk slechts een bepaalde groep ouderen bedient. Mogelijk is dat een grote, misschien wel de grootste groep, maar dat neemt niet weg dat er ook een hele andere groep ouderen bestaat. 

Relatief veel ouderen zijn hoger opgeleid. Hoe dat komt, is misschien een onaangename vraag, maar een feit is het wel. In Nederland zijn talloze universiteiten en hogescholen, en hun aantal neemt nog altijd toe. Zelfs als het onderwijs op al die instellingen in het verleden niet aan de hoogste eisen heeft voldaan, dan nog worden al die mensen op geen enkel manier bediend bij MAX. Gezegd moet worden dat dit niet alleen geldt voor MAX, maar in feite voor de hele publieke omroep. Die is er ‘speciaal voor iedereen’, maar vooral voor iedereen. 

Als je dit schrijft, krijg je al snel te horen dat je elitair bent. In mijn avonturen in omroepland heb ik het verwijt steeds moeten vernemen, als ik weer eens aankwam met een boekenprogramma, waarin de deelnemers elke week een nieuw boek moesten lezen. En dan geen Kluun of zoiets maar W.F. Hermans, Hella Haasse of Joseph Roth. Wel vijftig van zulke boeken per jaar! Mijnheer, wat denkt u wel?! Wij maken bij de omroep programma’s, geen colleges van Albert Einstein! 

Het probleem zit hem erin dat de meeste omroepen in hun programmering nauwelijks een acceptabel niveau halen.

Juist MAX zou geschikt zijn om zo’n soort programma op de televisie te brengen en dan niet met een praatje, een muziekje en een quizje. Maar een uur lang zonder pauze converseren over literatuur, ook – of vooral juist –  als zelfs Jan Slagter er niet bij kan. Mij maak je niet wijs dat die vieve oudjes van nu dat niet kunnen volgen. Als ik het kan, kunnen tienduizend andere ouderen dat ook. 

Wel een uur lang!

De hele publieke omroep zit vol met Omroep MAX-programma’s. Ze vallen al nauwelijks meer op, zoals de publieke omroep ook vol zit met wat je vroeger typische TROS-programma’s zou noemen. Maar ook die vallen allang niet meer op. 

Ik bedoel maar, mijnheer Slagter, dit stukje is weer af. Ik hoop dat het goed met u gaat en dat u niet vergeet voor het slapen gaan uw gebit uit te doen. Ik ga nu op de bank lekker liggen tukken. Als ik wakker word, ga ik fijn kijken naar Tijd voor MAX met die leuke dokter die altijd over onze kwaaltjes praat. 

Tot straks bij MAX!

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.