Spring naar de content
bron: anp

Eeuwige glamour in Hillywood

Niemand die het weet, maar we hebben in dit land een Tineke de Nooijplantsoen, een Fred Emmervijver en een Frits Spitsstraat. Al tien jaar doet het Mediapark zijn best een Glamourland-enclave te scheppen binnen Hilversum. Met wisselend succes. De Nooij: ‘Er staan allemaal van die lelijke, grote takken in mijn plantsoentje.’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Willem Pekelder

Een mooie herfstmiddag op het terras van bar Boon. Met uitzicht op de André van Duinboulevard en het Joop van den Endeplein praten twee jongens en een meisje over een taart die ze uit de auto moeten halen. Even later verschijnen ze met een enorme doos, waarin de lekkernij verborgen zit. Het opschrift luidt ‘Say yes to the dress’, naar het gelijknamige programma van The Ladies Channel. Ja, we zijn hier in ons eigen Hollywood: het Mediapark van Hilversum.

En ziedaar, in de verte doemt de gestalte op van Jacco Zwerver. Hij was directeur van het Mediapark tussen 2005 en 2018. In die periode beleefde het park een belangrijke gedaantewisseling, die niettemin grote delen van het land ontging. Allerlei omroepcoryfeeën kregen hun eigen straatnaam. Mediapark werd Glamourland. Althans, dat was de bedoeling.

Omringd door vaderlandse sterren gaf burgemeester Pieter Broertjes zo’n tien jaar geleden, om precies te zijn in mei 2013, het officiële startschot. Anno nu omvat het stratenplan van Hillywood al gauw vijftig à zestig namen van Bekende Nederlanders: van Leen Jongewaard tot Piet Römer en van Rudi Carrell tot Mies Bouwman. Over het hoe en waarom van deze metamorfose spreken we straks met Jacco Zwerver, maar eerst even terug naar de periode ervóór.

O ja, de straatnamen, da’s een mooi verhaal, zeg. Plotseling wilden allerlei BN’ers bij me op de koffie, ha!

Han Peekel, directeur Stichting MediaGeheugen

Het was de tijd dat, geloof het of niet, BN’ers anoniem door het leven moesten, althans plattegrondshalve. Men kon hen weliswaar zien borrelen in De Jonge Haan, de Koos Postema’s, Mart Smeetsen en Tineke de Nooijs, maar een eigen straat of steeg, ho maar. Nu is dat bij nadere beschouwing niet zo gek, omdat in ons land niemand bij leven wordt vernoemd. De reden: je weet nooit wat voor rare bokkesprongen iemand nog gaat maken. Daarom zit je qua stadsplan veiliger als de begeerlijke beroemdheid onder de grond ligt.

Zelfs onze uiterst brave oud-premier Joop den Uyl kreeg pas na zijn verscheiden een vermelding in de omroepstad: het dr. J.M. den Uylplein. Ooit, tijdens een spreekbeurt in Hilversum, grapte Hans Wiegel dat het verkeer op die rotonde altijd muurvast zat. De zaal schaterde het uit, weet uw verslaggever, die destijds oog- en oorgetuige was van de Wiegel-witz. 

Enfin, ondertussen kampte het even verderop gelegen Mediapark met een probleem. Er was slechts één adres: Sumatralaan 45. Dit was de centrale postkamer voor alle op het park gevestigde omroepen, van NOS tot en met Vara. Nou ja, laat het commerciële RTL 4 wellicht nog een eigen adresje hebben gehad, maar dat was het dan wel zo’n beetje. Dat moest dus anders. “We wilden het Mediapark revitaliseren,” vertelt Jacco Zwerver, tegenwoordig investmentmanager bij de Ontwikkelingsmaatschappij Utrecht. “Daarom was het onze wens om straten te vernoemen naar overleden, maar vooral ook levende Hilversumse sterren, met als risico dat een dergelijke ‘heldenverering’ gevoelig zou liggen in ons calvinistische land.”

Dat viel mee, want op het gemeentehuis dacht men er precies hetzelfde over. Oud-burgemeester Broertjes, telefonisch: “Mijn voorganger wijlen Ernst Bakker wilde het Mediapark wat meer kleur en bekendheid geven. Daar paste een reeks nieuwe straatnamen uitstekend bij.” Hilversum moest zich profileren als mediastad, dat was het idee, legt Zwerver uit. “De gemeente kreeg voor het eerst een speciale mediawethouder, wijlen Jan Rensen. Die zocht nadrukkelijk verbinding met de omroepen.”

Foto’s van Jos Brink en Joop van den Ende

De volgende stap was: wie gaat al die nieuwe straatnamen bedenken? De keuze viel op Han Peekel. Geen wonder. Met zijn Stichting MediaGeheugen, die de geschiedenis van de Nederlandse televisie vastlegt, is hij de chroniqueur van de vaderlandse omroep. Hoe zou Peekel zijn selectie hebben verricht? En hoe zou hij hebben bepaald dat de één een weg krijgt, de tweede een boulevard en de derde een plein? We bellen de heer Peekel, 75 jaar reeds, in zijn woonplaats Blaricum.

“O ja, de straatnamen, da’s een mooi verhaal, zeg. Plotseling wilden allerlei BN’ers bij me op de koffie, ha! Maar laat ik bij het begin beginnen: Pieter Broertjes vertelde mij rond 2012 dat het Mediapark en de gemeente al twee jaar zaten te broeden op namen en er maar niet uit kwamen. Waar het op vastliep? IJdelheid, als u het mij vraagt. De een wilde vriend die en die vernoemd hebben, de ander relatie zus en zo. Kortom, of ik het wilde overnemen. Geen probleem. Mijn maatstaf was: wie zijn van historische betekenis geweest voor de televisie in de afgelopen zeventig jaar? Als een lopend vuurtje ging het rond in omroepland. Janine van den Ende kwam met haar persman langs en zei: ‘Mijn man is niet iemand voor een straat, maar voor een plein.’ ‘Daar heeft u helemaal gelijk in,’ antwoordde ik. We hadden twee pleinen te vergeven, en Joop van den Ende kreeg er een van.

“Gerard Timmer, samen met Bart de Graaff oprichter van BNN, wilde graag een straat voor Bart,” vervolgt Peekel. “Maar in plaats van een straat werd het een weg. Simpelweg omdat Bart al weg was, in de zin van overleden, begrijpt u? Die weg mondt uit in de ondergrondse parkeerplaats van de NOS, een tunnel dus. Dat mag eveneens symbolisch worden opgevat. Je moet bij dit soort vernoemingen naar de mens kijken, vind ik. André van Duin bijvoorbeeld verdiende een boulevard, geen twijfel over mogelijk. Bij Rijk de Gooyer daarentegen dacht ik meer aan een steeg. Een gezellige kerel, goeie bierdrinker. Welnu, in een knusse steeg zit eerder een kroeg dan aan een straat, nietwaar? Voor Wim T. Schippers bedacht ik het Wim T. Schippers-plaatsje vóór het gebouw van BNNVara, VPRO en NTR. Wim vond het prima. Hij zei: ‘Dan weet ik eindelijk mijn plaats.’ Maar zijn vrouw Ellen Jens belde, buiten mij om, het Mediapark en wilde dat ’t het Wim T. Schippersplein werd.”

Ellen Jens, om commentaar gevraagd, vertelt het nét ietsje anders: “Kijk, van Wim had die hele vernoemerij sowieso niet gehoeven. En míjn standpunt was: áls je dan per se wilt vernoemen, geef Wim dan geen plaatsje. Han Peekel stelde vervolgens voor: een plein, is dat oké? Nou ja, zei ik, vooruit dan maar.”

Terug naar Han Peekel, die nog lang niet is uitgepraat. “Zoals gezegd, ik houd van symboliek. Zo heb ik Mies Bouwman en haar man Leen Timp aan elkaar kunnen koppelen door de eerste een boulevard te geven en de tweede in het verlengde daarvan een rotonde. Hun zoon Joost Timp heeft jarenlang bewust te hard gereden op Mies Bouwmanboulevard, in de hoop dat hij een bekeuring zou krijgen. Die prent wilde hij dan mooi inlijsten en daarna cadeau doen aan zijn moeder. Maar helaas, de politie heeft hem nooit kunnen betrappen. Vervolgens hebben we via burgemeester Broertjes nog een nepbekeuring proberen te regelen, maar dat bleek niet te mogen. Over Mies Bouwman gesproken, in de gemeenteraad van Hilversum wees iemand op het risico om levende personen te vernoemen. Waarop Broertjes antwoordde: ‘Ik acht Mies Bouwman niet in staat tot rare dingen.’ Maar bij de onthulling van haar boulevard reageerde Mies: ‘Burgemeester, ik ga u wat dat betreft niets beloven.’ Heel geestig was dat.”

Linda de Mol (l) met haar ouders bij de onthulling van de Familie De Mollaan

Peekel verzon de straatnamen in goed overleg met het Mediapark. Vervolgens werden ze goedgekeurd door de straatnamencommissie van de gemeente. Was er weleens verschil van inzicht, vragen we bij bar Boon aan oud-Mediaparkdirecteur Jacco Zwerver? “Nou, een enkele keer. Over Ivo Niehe bijvoorbeeld, die – inderdaad, dat klopt – is voorgedragen door zijn medewerkers. Hij stond op de longlist, maar is uiteindelijk niet vernoemd. De reden: Ivo Niehe heeft nimmer vanuit Hilversum uitgezonden, altijd vanuit Bussum. Van anderen vroegen we ons af: is hij/zij niet nog wat te ‘jong’? Bij Paul de Leeuw was dat destijds best een overweging. Er zou nog te veel in zijn turbulente leven kunnen gebeuren. Wat bij oudere beroemdheden als Koos Postema natuurlijk een minder groot risico was.”

Ook de toebedachte plek was soms aanleiding tot enige hersengymnastiek. Zwerver (50) herinnert zich dat Willem Ruis nogal bescheiden was ingedeeld. “Gelukkig is het uiteindelijk een weg geworden die achter álle grote studio’s heen loopt. Dat verdient Willem Ruis.” Midden in die Willem Ruisweg zit overigens een plotselinge knip. Dan wordt het de Barend en Van Dorpweg, naar de oud-RTL 4-talkshowmasters. Zwerver legt uit waarom: “Dat is op verzoek van RTL, dat op die plek gevestigd is. Voor het Mediapark was het destijds ook zakelijk interessant. Je gaat als RTL niet snel verhuizen naar een locatie búiten het park wanneer je aan de Barend en Van Dorpweg zit.”

We verlaten het terras van bar Boon en maken een toertje over het Mediapark, voor oud-directeur Zwerver a walk down memory lane. We beginnen bij de André van Duinboulevard, recht tegenover het café. “Hij had niet de behoefte om zijn eigen boulevard te openen,” herinnert Zwerver zich. “Het toeval wilde dat er op dat moment juist een buitenexpositie was met prachtige foto’s van kinderen met Down. Omdat we wisten dat André voor hen een warm kloppend hart heeft, vroegen we hem of hij die tentoonstelling, samen met de kinderen, wilde openen. Zo is het gegaan, en we hebben daarbij meteen de boulevard ‘meegenomen’.”

Volgende station is het Tineke de Nooijplantsoen, in de ogen van Han Peekel vooral ‘een bijproduct van het Joop van den Endeplein’. Maar over deze groenstrook, een parodie op het befaamde Willy Dobbeplantsoen van Wim T. Schippers, is nog veel meer te vertellen. Afgelopen februari beklaagde Tineke zich in het tv-programma De Geknipte Gast over hoe verwaarloosd haar in 2016 geopende tuintje erbij lag. “Allemaal van die lelijke, grote takken. Er zouden vrolijke bloemetjes in moeten,” riep ze. “Waarom doe je het niet zelf?” kaatste presentator Özcan Akyol de bal scherpzinnig terug. “Dat dóe ik ook,” reageerde de gepensioneerde dj, “maar die worden er altijd weer uitgehaald.” 

Die Tinus toch. Hoe dit prangende probleem op te lossen? “Als ik hier nog directeur was, zou ik het wel weten,” reageert Zwerver, wijzend naar het ‘verloren paradijs’ tegenover Studio Stroop. “Ik zou Tineke vragen elk voorjaar zelf bloemetjes te poten. Wat foto- en filmploegen erbij, en hup, je hebt mooie publiciteit voor je Mediapark. Sterren als ambassadeurs, dat was destijds het idee dat mij voor ogen stond. Er kan nog veel verbeteren aan het beeld van het park, vind ik. De straatnamen zijn een goede toevoeging geweest, evenals Beeld & Geluid, maar erg levendig is het hier nog steeds niet. Ze zouden bijvoorbeeld schoolklassen kunnen uitnodigen voor excursies. Je zou ook woningen kunnen bouwen.” 

De huidige directeur van het Mediapark, Tim Sleegers, vertelt telefonisch dat hij zich beijvert om het imago van de BN’ers-enclave verder op te poetsen. “De straatnamen waren zeker een duw in de goede richting, al was het maar omdat je nu meer een idee hebt van een omroepstadje. We zijn beter vindbaar geworden, dat sowieso. Maar er moet meer gebeuren. Vandaar dat we in september een grand café hebben geopend op het Joop van den Endeplein. We hopen dat bezoekers op die manier een positieve associatie krijgen met die plek.” Alles draait in 2022 om beleving, zeker op het Mediapark. Sleegers speelt daarom met de gedachte om bezoekers van Beeld & Geluid te verleiden tot een dagje Mediapark, bijvoorbeeld door digitale toertjes aan te bieden met informatie over de omroepgeschiedenis. 

Joost den Draaijer

Terug naar ons éigen toertje met Jacco Zwerver. We naderen de Rijk de Gooyersteeg. Niet het meest aantrekkelijke stukje park, zo zijn we het al snel eens. Een doodlopend plein achter het voormalige Teletekst-gebouw, een afleverpunt van goederen. “Ach, Rijk de Gooyer en Johnny Kraaykamp hadden met hun allure eigenlijk een mooie boulevard verdiend,” denkt Zwerver. In de verte blinkt de Fred Emmervijver. Het is een van de woordspelingen waarmee Zwerver in zijn nopjes is. Zo ook met de Frits Spitsstraat en de Joost den Draaijerrotonde. 

We buigen linksaf naar de Sonja Barendlaan.”Sonja hebben we echt moeten overtuigen,” weet de oud-directeur. “Ze wierp tegen: ik zond meestal uit vanuit De Rode Hoed. Ja, reageerden wij, maar je bent belangrijk geweest voor de héle omroepgeschiedenis. Inderdaad, dat geldt voor Ivo Niehe ook, en die kreeg géén straat. Ik moet bekennen dat we niet altijd consequent zijn geweest.” Nog ingetogener dan Sonja waren Kees van Kooten en Wim de Bie. Die wilden onder géén beding een vernoeming. John de Mol bepleitte één naam voor zijn hele familie, om persoonsverheerlijking te voorkomen. En zo loopt er nu dus een Familie De Mollaan langs Talpa, tegenwoordig ITV.

Ook de NOS blonk uit in bescheidenheid. Die kon geen naam bedenken groot genoeg om de hele organisatie te dragen. Daarom werd het kort en neutraal Journaalplein. Bij Villa Heideheuvel deed zich een onverwáchte uiting van nederigheid voor. Mart Smeets wilde alleen worden vernoemd als ook zijn grote leermeester Bob Spaak (Sport in Beeld) dat geluk ten deel zou vallen. En zo geschiedde: er kwam ook een – aangrenzend – Bob Spaaklaantje. Staande voor het bordje Mart Smeetslaan mijmert Zwerver met enige ironie: “Er is vermoedelijk geen straatnaambord groot genoeg om al zijn talenten te vermelden.”

We maken voort en zien dat Jos Brink een zijarm is van Leen Jongewaard. Waarna we arriveren bij de Carel Enkelaarlaan. Als eerste hoofdredacteur van het NTS Journaal (voorloper NOS), was Enkelaar een ware omroeppionier. Daarom is het enigszins verbazingwekkend dat op zijn straatnaambordje liefst drie fouten prijkten. Zoon Marcel somde ze in 2018, vijf jaar na de onthulling, nog eens boos op in omroepblad Spreekbuis: zijn vader werkte niet als eindredacteur, ook niet als omroepbestuurder en kwam niet ter wereld in 1921 maar een jaar eerder. Tijdens onze celebrity-toer kunnen we constateren dat de fouten nu eindelijk zijn hersteld.

Tot slot komen we bij de 3FM-studio, waar Pim Fortuyn ruim twintig jaar geleden pal voor de deur werd vermoord na een radio-interview. “Ik heb nog mijn best gedaan om deze plek naar hem vernoemd te krijgen,” zegt Zwerver, “maar ik had te weinig medestanders. Men vond Fortuyn niet passen binnen de wereld van omroephelden.” Wel ligt op de plaats delict een plaquette met de dag van overlijden: 6 mei 2002. “Henk Westbroek, een van de oprichters van Leefbaar Nederland, heeft de blaren op zijn tong gepraat om die plaquette hier te krijgen,” weet Zwerver. De Fortuyn-aanhang zal Westbroek er dankbaar voor zijn.

Kees van Kooten en Wim de Bie wilden onder géén beding een vernoeming

Zoals ook veel sterren dankbaar zijn voor hun naambordje op het Mediapark. De erven Carrell bijvoorbeeld wilden Han Peekel uit pure blijdschap een diner aanbieden, wat de Blaricumse omroepchroniqueur, naar verluidt, modest van de hand wees. Harry de Winter, die bij zijn afscheid als tv-producent in 2017 het Harry de Winter Dwarspad kreeg toebedeeld, vertelt via de telefoon: “Ik voel me zeer vereerd, want ik wás in die tijd dwars. Als enige tv-producent zaten we met IDTV niet in Hilversum, maar in Amsterdam. Ook durfde ik als enige in de landelijke producentenvereniging ‘nee’ te zeggen tegen Joop van den Ende, zoals bekend een autoritaire man. Zelf ben ik zo ongeveer het tegendeel. Ze noemden me altijd Kuifje in omroepland. Een soort anarchist, een oude hippie.”

Jacco Zwerver zegt tot slot: “De vernoemden voelden zich gestreelder dan ik had verwacht. Ja, ook grote
jongens als Joop van den Ende en André van Duin. Hun redenering is: een prijs win je maar één keer, een straatnaam is voor eeuwig.” 

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €4 per maand.