Spring naar de content
bron: Housewitz

Oeke Hoogendijk: ‘De oorlog heeft de woonkamer van mijn moeder nooit verlaten’

Documentairemaakster Oeke Hoogendijk werkte vijftien jaar lang aan Housewitz, een indringend portret over haar eigenzinnige, dwingende, maar ook kleurrijke moeder. Door een onverwerkt oorlogsverleden en een straatfobie leefde haar moeder dertig jaar als kluizenaar in haar woonkamer. ‘De oorlog was een open wond, die nooit geheel gedicht is.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Camiel Beekers

“Ik zit al de hele dag in kamp Westerbork. Ik trek het niet meer.” Filmmaaksters Oeke Hoogendijk (1961) heeft haar paniekerende moeder aan de lijn in haar documentaire Housewitz. Na de dodenherdenking op 4 mei zijn de gedachten en trauma’s over de oorlog en het kamp weer helemaal terug in het hoofd van de negentigjarige Lous Hoogendijk-De Jong (1926). Zoals altijd volgde ze in haar eentje de herdenking, thuis op bed, ondanks dat Oeke en haar twee broers maar al te graag samen met hun moeder de oorlog zouden willen herdenken. “Het is mijn oorlog, niet die van jullie. Wat wil je doen? Een arm om mij heen slaan? Wat heb ik daaraan?”, roept Lous bij de vraag van haar dochter om samen te herdenken.

Deze tragikomische film geeft een kijkje achter de voordeur van een onverwerkt oorlogsverleden. Dertig jaar lang zit de moeder van Oeke in een zelf gecreëerd isolement. Met diepe oorlogswonden en een straatfobie durft ze geen stap meer over de drempel te zetten, want buiten is het onveilig. Haar leven bevindt zich tussen de muren van haar keuken en woonkamer, waar ze zelf de regie heeft. Maar ook deze muren kunnen de gedachten aan de oorlog niet tegenhouden. “De oorlog heeft de woonkamer van mijn moeder nooit verlaten”, vertelt Oeke Hoogendijk in haar Amsterdamse appartement. 

‘Anderen hebben een leuke zaterdagavond, en ik moet godverdomme weer terug dat kamp in’, mompelt ze in de film

Oeke volgde vijftien jaar lang haar moeder om de beklemmende situatie te doorbreken en haar leefwereld te ontrafelen. Toen Oeke het idee opperde om een film te maken, was haar moeder erg enthousiast. “Ze zei direct: ‘wat een goed idee, dat nooit eerder iemand daarop is gekomen’”, lacht Oeke. Maar toen ze daadwerkelijk begon aan het project, bleek het toch iets gecompliceerder te zijn. Praten over het oorlogsverleden is erg moeilijk voor Lous. Bij het ophalen van herinneringen is ze direct tot tranen geroerd. “Anderen hebben een leuke zaterdagavond, en ik moet godverdomme weer terug dat kamp in”, mompelt ze in de film. Ook cameramensen bleken een inbreuk op haar kluizenaarsleven te zijn. “Op een gegeven moment heeft ze de filmcrew eruit gegooid. Want ze vond al die mensen om haar bed erg intimiderend.” Vervolgens is Oeke zelf gaan filmen, maar dat werkte na verloop van tijd ook niet. “Toen kwam ze met het geniale idee om webcams op te hangen. En eigenlijk bleek dat een hele mooie manier te zijn om te laten zien wie ze nu echt was.” 

Lous komt in de film naar voren als een wonderlijk en indrukwekkend personage. Mompelend, mopperend of zingend in zichzelf beweegt ze zich door het huis. Soms floept ze wat kreten eruit als: “Kut met peren”, of “Ik zou willen dat ik dood neerviel”. Op haar negentigste ontdekt ze de house van DJ Tiësto, waar ze in de film intens van weet te genieten. Haar dagen vult ze met het kijken naar de televisie samen met haar kat, en dan het liefst het programma Schönste Bahnstrecken. Meestal kijkt ze midden in de nacht naar de ononderbroken opnames van treinen die door verschillende landen tuffen. Dit om de terugkerende nachtmerries op afstand te houden. “Ik kijk mijn ogen uit. Als je nachts in je eentje hier zit, dan reis je, dan hoor je mensen, je ziet landschappen”, vertelt ze in de film. “Hoe durven die mensen in die trein te gaan zitten? Ik zit lekker veilig op mijn bed, heerlijk!” Dat ze juist van dit programma geniet, is opvallend. Als jong Joods meisje werd Lous op transport gezet via Duitsland naar Theresienstadt in een dichte veewagon. 

Lous Hoogendijk-De Jong kwam uit een warm en beschermd Joods gezin in Utrecht. “Dat ze opeens tijdens een Razzia werd opgepakt en naar het Gestapo-hoofdkwartier werd gebracht, gaf haar een enorme schok. Vanuit een veilige situatie was er opeens heel veel onveiligheid.” Haar geliefde vader en broer kwamen uiteindelijk terecht in Auschwitz, waar ze werden vergast. Lous zelf kwam als veertienjarig meisje terecht in de kampen Westerbork en Theresienstadt. De herinneringen hieraan en het verlies van haar vader en broer heeft Lous nooit kunnen verwerken. “We deden altijd alles met z’n drieën, we waren een driemanschap. Ik heb altijd gezegd als mijn broer mijn broer niet was, zou ik met hem willen trouwen”, vertelt ze in de film snikkend aan de keukentafel. Oeke legt uit hoe ze in dat trauma is blijven hangen. “Ze was nog een puber toen ze haar vader broer voor het laatst zag. Je ziet weer een meisje van 14 als ze over hen spreekt.”

bron: Housewitz

Dit is niet de eerste film die Oeke Hoogendijk maakt over de oorlog, maar wel de meest persoonlijke. Zo is ze zich in haar carrière met name gaan richten op het maken van films over kunst. Ze volgde tien jaar lang de verbouwing van het Rijksmuseum in haar veelgeprezen documentaire Het Nieuwe Rijksmuseum. Recent kwam ook een andere film van haar uit: de Schatten van de Krim, over de commotie rondom de geleende kunstschatten van het Allard Pierson uit de Krim.

Echter naast haar andere films voelde Hoogendijk steeds een urgentie om iets met het oorlogsverleden van haar familie te doen. De oorlog was namelijk altijd een complex vraagstuk in haar leven geweest, wat ze moeilijk een plaats kon geven. “Naarmate je ouder wordt ontdek je dat er toch wel heel veel meegegeven is door mijn moeder. Dat ik er eigenlijk ook mee worstel. Het maken van deze film was voor mij de enige oplossing.” Als filmmaker begon het gedrag van haar moeder ook steeds meer op te vallen. “Als je iedere week je moeder zo ziet worstelen en ziet hoe erg die oorlog in de huiskamer is gebleven, dan moet je daar iets mee doen als filmmaker.”

Oekes moeder maakte onbedoeld haar kinderen deelgenoot van de last die ze iedere dag met zich meedroeg. Met name in haar kinderjaren was de oorlog een onbesproken deelgenoot van het gezin. “Als we op de televisie naar een programma over de oorlog keken, en mijn moeder kwam binnen, moesten we snel de televisie uitzetten. Zo probeerden we als kinderen onze moeder te ontzien.” Toen Lous uiteindelijk niet meer haar huis uit durfde te komen, werd die claim op haar kinderen alleen maar groter, is te zien in de documentaire. Oeke en haar broers doen de boodschappen, maken het huis schoon en zetten de kerstboom op. “Het was ook dramatisch als iemand van ons op vakantie ging. Want mensen die op vakantie gaan, komen niet meer terug. Zo moesten we de hele tijd heel erg manoeuvreren, want er was weinig tegen haar in te brengen”, legt Oeke uit.

Ik had het geweldig gevonden als mijn moeder de film had gezien, want dan had ze ook mij gezien

Oeke Hoogendijk

Door deze film te maken kon Oeke Hoogendijk zich loskoppelen van haar dochterrol en als regisseur fungeren. “Dat was therapeutisch. Al bij het schrijven van het scenario merkte ik dat ik onder het juk vandaan kroop. Op papier kon ik haar dingen laten doen. Ik merkte dat dat een belangrijke stap in mijn leven was. Voor het eerst stelde ik haar niet voorop, maar mezelf. Het is haar oorlog, maar dit is mijn film.” Nu Oeke er op terugkijkt, ziet ze dat de film haar erg heeft geholpen om los te komen van haar moeder. “Je zou denken dat dat op mijn leeftijd allang is gebeurd. Maar ik zal denk ik tot mijn laatste dag nog moeten loskomen van mijn moeder.”

Door Housewitz begon Hoogendijk ook steeds meer zichzelf te herkennen in Lous. “Ik heb geen straatfobie, maar ik herken wel de paniek. Ik heb zelf een diepgaande angst om te verdwalen. Als ik naar een onbekende bestemming moet rijden, zet ik drie navigatiesystemen aan. Maar ik wil altijd door die angst heen gaan. Ik zit liever met buikpijn in de auto, dan dat ik niet de straat op ga. Omdat ik weet wat dat voor gevolgen kan hebben.” Die angst heeft zeker met haar moeder te maken, denkt Hoogendijk. “Ik denk dat iedereen wel ergens bang voor is, maar dat het door mijn moeder misschien iets meer in mij zit dan gemiddeld.”

Lous Hoogendijk-De Jong samen met haar dochter Oeke.

Lous Hoogendijk-De Jong is twee jaar geleden overleden. Een gemis voor Oeke, maar ook een bevrijding. “Nu ze er niet meer is, is er een grote ruimte ontstaan. Ik heb het gevoel dat ik mijzelf helemaal opnieuw kan definiëren.” Bewust heeft Oeke gewacht met het uitbrengen van de film. “Dat was niet echt een keuze. Ik had eens eerder twee minuten gemonteerd en laten zien aan haar. Ze had daar al zoveel op aan te merken. Laat staan een film van zeventig minuten, dan kon ik niet tegen mijn moeder op. Het voelde toch altijd voor mij dat haar belangen groter waren dan die van mij.” Uiteindelijk heeft haar moeder goedkeuring gegeven om te wachten.  “Godzijdank zei ze tegen mij: ‘Wacht maar… dan heb je je handen vrij en kan je doen wat je wilt’”

Toch vindt Oeke het spijtig dat haar moeder de film nooit heeft kunnen bekijken. “Ik vraag me geregeld af wat er was gebeurd als ze die film had kunnen zien.” Op de vraag wat ze van haar moeder had willen horen, reageert Oeke geëmotioneerd. “Ik had het geweldig gevonden als ze die film had gezien, want dan had ze ook mij gezien. Ik denk dat wel een beetje onze makke was. Dat ze zo verzwolgen werd door haar eigen leed dat ze niet zag wat ze had doorgegeven aan ons. Als dat samen was gekomen en we hadden het samen kunnen delen, was dat heel mooi geweest. Maar dat ging niet, en dat is ook de imperfectie van onze relatie.”

Oeke Hoogendijk heeft met deze film wel haar moeder de deur uit weten te krijgen. “Het gekke is, ze is op dit moment in allerlei bioscopen in Nederland en in het buitenland te zien. Ik merk dat ik dat wel spannend vind, want kan ik mijn moeder wel alleen daarnaartoe laten gaan?”

Housewitz is sinds deze week in verschillende bioscopen in het land te zien.