Spring naar de content
bron: ANP

Sylvana Simons: ‘Ik kan me zelden herkennen in een kunstwerk’

Sylvana Simons (48) is de oprichter van de politieke partij Bij1 en gemeenteraadslid in Amsterdam. Wat leest, luistert en ziet ze in haar vrije tijd?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Nick Muller

Boeken
“Naast mijn bed ligt inmiddels een flinke stapel boeken die ik graag wil lezen, maar waar ik nog niet aan ben toegekomen. Een daarvan is Grand Hotel Europa van Ilja Leonard Pfeijffer. Ik heb pas drie bladzijden gelezen, maar ik weet nu al dat ik me erin kan verliezen, omdat het gaat over thema’s die nu heel actueel zijn en het verschillende genres combineert. Een ander boek dat ik heel graag wil lezen, is Fonkelend van woede van de vooraanstaande feministe Soraya Chemaly. Dat is een boek waar al mijn feministische vriendinnen enthousiast over zijn. Het gaat over het frame dat vrouwen vaak opgelegd krijgen als ze zich uitspreken tegen de status quo, het verwijt dat ze boos doen. Chemaly schrijft dat we die vrouwelijke woede juist moeten omarmen en inzetten.

Angie Thomas,
The Hate U Give
Soraya Chemaly,
Fonkelend van woede

“Een van de boeken die de laatste tijd veel indruk op me hebben gemaakt, is The Hate U Give van Angie Thomas. Het is een waargebeurd verhaal over een zestienjarig meisje dat getuige is van de moord op haar beste vriend. Hij wordt door een agent doodgeschoten. Het boek maakte zo veel indruk omdat het perspectief waaruit het is geschreven voor mij zo herkenbaar is; er zijn namelijk weinig boeken geschreven vanuit het perspectief van een zwarte vrouw. Het boek heeft ook een universeel thema, waarmee ik niet wil zeggen dat wij hier dezelfde problematiek hebben als in Amerika, maar etnisch profileren staat ook hier op de agenda. Vorig jaar heb ik de film ook gezien. Ik begon na twee minuten te huilen en dat is niet meer gestopt. De reacties die ik achteraf hoorde, van zowel zwarte mensen als niet-zwarte mensen, is dat het verhaal een perspectief biedt dat ze totaal niet kennen en duidelijk maakt waar je growing up black tegenaan loopt. Ik denk dat literatuur, en kunst in het algemeen, een onmisbaar middel is om de wereld om ons heen te begrijpen. Kunst is in die zin van onschatbare waarde voor een gezonde samenleving.”

Theater
“Ik hou van dans, ik hou van stand-upcomedy en ik hou van toneel. Qua dans vind ik alles geweldig. Ik ben zelf danseres geweest en ga daarom zo vaak als het uitkomt naar het Nationaal Ballet. Niet zo lang geleden was ik met een vriendin naar een uitvoering van Cinderella. Wat ik heel mooi vond, is dat ze heel innovatief zijn geweest met het decor en de effecten. Het stuk kwam daardoor echt tot leven.

Dansers van het Alvin Ailey American Dance Theater met de voorstelling EN, 2018 – ANP

“Aan het eind van het jaar ga ik naar het Alvin Ailey American Dance Theater in Rotterdam. Dat is echt een jeugddroom die uitkomt, om hen een keer te zien. Alvin Ailey is zo ongeveer de standaard voor elke zwarte danser. Het brengt klassiek, modern en jazz en heeft een niveau dat echt ongekend is. Daarbij is het een all-black gezelschap, wat een hele bijzondere dimensie toevoegt aan de voorstellingen die ze maken. We zijn het niet gewend om all-black klassieke dans te zien; we zijn het niet gewend om die – ik ga het toch maar zeggen – fysieke zwartheid te zien. Ik kijk hier dus echt al een jaar naar uit. 

“Ik hou ook erg van black stand-up comedy: ik ben een enorme fan van Chris Rock en ik moet altijd lachen om Trevor Noah. Amy Schumer vind ik soms leuk, maar ik kan me niet altijd met haar identificeren. 

“Wat ik niet leuk vind, daar kijk ik ook niet naar. Het is voor mij sowieso lastig om iets negatiefs te zeggen, want alles wat ik zeg is uitlokking. Als ik nu ga zeggen wie ik niet leuk vind, dan weet ik zeker dat er een backlash komt. Dat gezegd hebbende: ik heb nog nooit moeten lachen om de oudejaarsconferences van Guido Weijers. Ik zou het heel gaaf vinden als een zwarte cabaretier een keer de oudejaars doet. Mo Hersi, een vriend van me, heeft het afgelopen jaar in de theaters als eerste allochtoon een oudejaarsconference gedaan. Ik hoop dat hij landelijk ook een kans krijgt.

Black Memories. Een verkorte versie van de voorstelling is op 1 juli te zien op het Keti Koti Festival in Amsterdam. 
Ook is de voorstelling is van 2 tot 4 september te zien op het Zeeland Nazomerfestival. – Foto: Sjoerd Derine

“Ten slotte ga ik ook graag naar toneel. Vanavond ga ik naar de voorstelling Black Memories van Danstheater Aya, een voorstelling over ons koloniaal verleden. Ik merk dat ik vaak stukken opzoek waarin ik mezelf kan herkennen. Dat betekent in de praktijk dat ik naar kleinere theaters moet en stukken zie die korter lopen dan bijvoorbeeld de stukken van Internationaal Theater Amsterdam, waar ik me als zwarte vrouw niet zo vaak in kan herkennen. Dat had ik met kunst ook lange tijd, totdat ik de tentoonstelling Black is Beautiful zag in De Nieuwe Kerk in Amsterdam. Voor het eerst werd de focus gelegd op de zwarte mens in de Nederlandse schilderkunst. Ik ga graag naar musea, maar ik kan me zelden herkennen in een kunstwerk. Bij deze tentoonstelling kon ik dat voor het eerst wél.”

Kunst
“In het buitenland probeer ik altijd minimaal één museum te bezoeken. De laatste tentoonstelling die ik heb gezien is dan ook Hard Truths – An Exhibition of Prize-Winning Photography from The New York Times in cultuurcentrum Cercle Cité in Luxemburg. Het was een overzicht van prijswinnende nieuwsfoto’s uit The New York Times. Ik heb na afloop heel hard gehuild, omdat de foto’s enorm bij me binnenkwamen. Een van de foto’s die me is bijgebleven is gemaakt door fotograaf Daniel Berehulak. Hij fotografeerde bijna zestig moorden in de dertig dagen dat hij op bezoek was in Manilla, de hoofdstad van de Filipijnen. President Duterte wil afrekenen met het drugsgeweld in zijn land en heeft zijn bevolking opgeroepen alle drugsdealers en -gebruikers neer te schieten. Inmiddels zijn er op die manier al bijna vierduizend mensen vermoord. Op de foto die ik heb gezien ligt een lijk op straat. Het is avond, de regen valt met bakken uit de lucht, een straatlantaarn geeft net genoeg licht om het lijk te kunnen zien. Het bloed dat uit zijn lichaam stroomt, vermengt zich langzaam met het regenwater. In eerste instantie lijkt het een heel vredig beeld, totdat je beseft waar je naar kijkt.

Pulitzerprijs-winnende foto van Daniel Berehulak, Manilla (2016)

“Een van mijn favoriete kunstenaars is Marlene Dumas. Haar werk is ingetogen en uitgesproken tegelijkertijd: het dringt zich niet aan je op, maar het dringt wel bij je binnen. Wat ik zo goed vind aan haar werk is dat haar geportretteerden soms bijna misvormd lijken, maar toch heel mooi zijn. Er zit een tegenstelling in die vraagt om reflectie over schoonheid.

“Ik houd verder erg van fotografie; ik fotografeer zelf ook voor de lol. Ik kom op een vrije middag graag in fotografiemuseum Foam in Amsterdam. Ik zag daar laatst Erwin Blumenfeld in Color, een tentoonstelling over een van de eerste modefotografen die met kleur ging werken. Het fijne van dit museum is dat ze relatief snel van expositie wisselen en er dus altijd wel iets nieuws te zien is. 

Tentoonstelling Hope and Fear van Marlene Dumas in Dresden (2017) – ANP

“Ik wil als tassenliefhebber ook graag nog eens naar het Tassenmuseum, maar dat is er nog steeds niet van gekomen. En een andere plek die ik hier zeker even moet noemen, is het Open Space Contemporary Art Museum (OSCAM) in Amsterdam-Zuidoost. 

“Het is gelegen in het hartje van de Bijlmer. Het is een expositieruimte waar jong talent van kleur de mogelijkheid krijgt om ook mee te doen in het geweld dat kunst en cultuur heet. Wat ik zo goed vind aan OSCAM is dat het niet een veredeld dorpshuis is, maar echt een volwaardig museum. 

“Er wordt veel geklaagd over dit stadsdeel, maar onder meer dit initiatief laat zien dat het ook een stadsdeel is dat uitpuilt van het talent.”

Muziek
“Ik kan me de laatste keer dat ik een album heb gekocht niet herinneren, terwijl ik toch een diehard ben wat betreft het kopen van muziek. Voor muziek hoor je te betalen. Dat is voor mij een principekwestie. Tegenwoordig luister ik eigenlijk alleen nog maar via Spotify. Ik heb allemaal playlists gemaakt voor verschillende moods. De meest uitgebreide lijst, waar ik het vaakst naar luister, zou zo een lijst kunnen zijn uit mijn tijd bij TMF. Mijn muzieksmaak is in die zin niets veranderd. De muziek die ik mooi vind, is de muziek waar ik mee ben opgegroeid. Al Green, L.T.D., The Commodores – noem maar op. Vanmorgen ging ik in de auto helemaal los op I Got Da Feelin’ van Sweet Tee. Daar word ik altijd vrolijk van, net zoals van de playlist die mijn dochter voor me heeft gemaakt. Ik vroeg laatst aan haar of ze een lijst wilde maken met alleen maar muziek waar wij een gedeelde herinnering aan hebben. Een nummer dat we altijd playbackten in de woonkamer, een nummer dat we draaiden op een van onze roadtrips. Binnen een halfuur had ze een lijst met 125 nummers. Elke keer als ik die lijst afspeel, druk ik op ‘shuffle’, zodat ik niet weet wat er komt. Elk nummer is een cadeautje. Ik word daar zo blij van, niet alleen omdat al die leuke herinneringen terugkomen, maar ook omdat het duidelijk maakt dat ze een bepaalde muzikale opvoeding heeft gekregen.

Prince tijdens een optreden in Parijs, 2011 – ANP

“Er zijn misschien wel twintig artiesten waar ik al meer dan dertig jaar naar luister, maar er is niemand in het bijzonder waar ik fan van ben. Prince is wel een favoriet. Die heb ik leren kennen toen ik twaalf was en die luister ik nog steeds. Hij was niet alleen muzikaal innovatief, maar ook iemand die het belang van vrije geesten propageerde. Michael Jackson was ook een favoriet, maar daar luister ik niet meer actief naar sinds ik die documentaire heb gezien waarin hij wordt beschuldigd van kindermisbruik. Laatst liep ik in de supermarkt en toen hoorde ik op de achtergrond zijn nummer Pretty Young Thing. Daar luister je dan toch met andere oren naar. Aan de andere kant hoorde ik laatst ook een nummer van hem van toen hij een jaar of acht was, maar daar had ik minder moeite mee. Ik dacht: hier mag ik nog van genieten, want hier was hij nog onschuldig. 

“R. Kelly is een heel ander verhaal. Hij was ook een favoriet van mij, maar daar ben ik helemaal klaar mee. Ook hij raakte in opspraak omdat hij seks zou hebben gehad met minderjarigen. In beide gevallen ben ik ervan overtuigd dat er grensoverschrijdend gedrag heeft plaatsgevonden. Dat doet in zekere zin niets af aan de kwaliteit van hun muziek, maar ik vind het moeilijk om met die kennis van die muziek te genieten.”

Taraji P. Henson,
Octavia Spencer en
Janelle Monáe in 
Hidden Figures (2016)

Film
“De laatste film die ik heb gezien is Hidden Figures. Het is het waargebeurde verhaal van drie vrouwen die in de jaren zestig werkzaam waren bij NASA en met de door hen gemaakte kansberekeningen een cruciale rol speelden bij de eerste succesvolle ruimtemissie van de Verenigde Staten. And they were all black women – ik merk nu pas dat dit een rode draad is in mijn kunstbeleving. Wat ik zo goed vind aan deze film is dat het de recente emancipatiestrijd ondersteunt. Je ziet gewoon dat er behoefte is om die gaten op te vullen, om een ander perspectief op onze geschiedenis te laten zien. Ineens zien we de waarde van deze verhalen. Een van mijn favoriete films is American History X. Edward Norton, met stip mijn favoriete acteur, speelt daarin een van zijn beste rollen. Hij speelt drie of vier rollen, hij is steeds iemand anders, terwijl hij steeds hetzelfde personage blijft. Dat is knap. In de film zit een van de gewelddadigste scènes die ik ooit in mijn leven heb gezien. Je ziet een zwarte man die met zijn kaak op een stoeprand wordt gelegd en daarna heel hard in zijn nek wordt getrapt. Ik kan heus wel kijken naar een scène waarin geschoten wordt, waarin het bloed alle kanten op spat, maar dit vond ik te heftig. Misschien komt dat omdat dit zo dichtbij komt. Je ziet niet zo snel iemand om zich heen schieten, maar dit kan zomaar op straat gebeuren.

Edward Norton in American History X (1998)

“Samuel L. Jackson is een andere favoriete acteur. Dat komt natuurlijk omdat hij briljant acteert, iets cools en ongenaakbaars over zich heen heeft, maar misschien ook omdat hij een beetje op mijn vader lijkt. Ik heb een foto van mijn vader, ik denk uit het begin van de jaren zeventig, waarop hij, gekleed in een bleke spijkerbroek en een zwart jack, over de markt loopt. Daar lijkt hij precies op Jackson. Een van de films waarin ik hem heb gezien is Django Unchained. Je vraagt wat ik ervan vind dat daar zo vaak het n-woord in wordt gebruikt. Vooropgesteld: ik vind dat zwarte mensen het privilege hebben om dat woord te gebruiken. Zwarte personages in films dus ook. Ik gebruik het woord zelf zo min mogelijk, maar als ik in de auto zit en het n-woord komt voorbij in een nummer van Jay Z, dan zing ik het gewoon vrolijk mee. Ik vind dat wij dat mogen. Bij een witte rapper is dat anders; ik vind niet dat die dat woord mag gebruiken. Django Unchained is een lastig geval, omdat daarin ook witte personages dat woord bezigen. Het verhaal speelt zich af in de negentiende eeuw en de mensen in die tijd gebruikten dat woord. Daarom vind ik het in dit geval wel geoorloofd. Ik denk niet dat je de geschiedenis op wat voor manier dan ook moet willen veranderen, maar je moet wel altijd een context toevoegen. Je moet zien dat ze in een andere tijd zitten. Dat doen ze in deze film. Ik denk niet dat je dit zou moeten doen in een film die zich vandaag de dag afspeelt.”