Spring naar de content
bron: nico hofstra

De stijl van… Beatrix Kleuver

Beatrix Kleuver 1950) introduceerde de term ‘country chic’ in het Nederlandse landelijk wonen. Haar stijl ademt de sfeer van landhuizen en het Engelse platteland, waarbij zij streeft naar schoonheid, elegantie en balans.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Nico Hofstra

Wat houdt de stijl country chic voor u in?

“Er bestaan behoorlijk wat opvattingen over de betekenis van country chic. Je ziet veel interieuradviesbureaus die een bepaalde stijl voorstaan. Ze hanteren daarbij de term landelijk chic of zelfs country chic, de term die ik acht jaar geleden gebruikte als titel voor mijn boek. Inmiddels wordt deze term door veel interieurstylisten gebruikt, waarbij ‘country’ misschien nog klopt, maar waarbij het ‘chic’ vaak ontbreekt. Het woord chic staat voor schitterend, schoonheid en balans. De bron van mijn werk is het buitenleven. De natuur is leading in wat ik doe, want alles in de natuur is perfect. Er zijn in de natuur geen kleuren die bij elkaar vloeken. Die harmonie probeer ik te vertalen in mijn werk. Mijn stijl moet niets hebben van kunstmatigheid.”

Streeft u in uw werk naar perfectie?

“Nee, zeker niet! Ik denk dat ik bekendsta om huizen waar je lekker in kunt leven en interieurs die prima tegen een stootje kunnen. Mensen moeten ook helemaal niet het idee krijgen dat ze in een Beatrix Kleuver-huis wonen. Het gaat volstrekt niet om mij. Mijn rol is het begeleiden van mijn klanten. Het is aan mij om hen een gevoel van thuis te geven. De interieurs zijn chic, maar mogen nooit afstandelijk zijn. Het moet heerlijk voelen als zij ’s avonds de gordijnen dichttrekken. De inrichting moet als een warme deken om hen heen vallen.”

Is uw stijl alleen voor de rijken bestemd?

“Ik wil niet zeggen dat ik alleen voor rijke mensen werk. Maar inderdaad, mijn interieurs bereik je niet met een budget van tienduizend euro. Daar moet ik eerlijk in zijn. Mijn doelgroep is al iets gesetteld en kan zich een dergelijk interieur permitteren. Maar ik kan u ook best dingen aanwijzen die duur lijken in mijn interieurs, maar die absoluut niet van kostbaar materiaal zijn gemaakt. De sfeer oogt rijk, dat is de truc die ik beheers.”

Ook uw kledingstijl straalt iets landelijks en chics uit.

“Misschien, maar eigenlijk kleed ik me heel gewoon. Het komt volgens mij door de hoed en sjaal. Ik draag die mijn hele leven al, in navolging van mijn moeder. Mijn kleding is vooral heel draagbaar. Ik moet soms snel vanuit een bespreking mijn schoenen kunnen omwisselen, om het volgende moment bijvoorbeeld een bouwplaats op te stappen. Belangrijker dan een chic uiterlijk is hoe je in het leven staat en hoe je met een ander omgaat. Chic zit voor mij vooral aan de binnenkant. Ik slaag er zelf lang niet altijd in om chic te zijn. Soms betrap ik mezelf erop, dan denk ik: Bé, dat was niet erg chic. We hebben nou eenmaal onze voorkeuren en ergernissen. Maar ik probeer er altijd naar te streven: we moeten wel chic blijven, zeker voor elkaar.”

Onderwerpen