Spring naar de content
bron: Iede Hoorn

Leve de dood

Achthonderd gasten, een optreden van Trijntje Oosterhuis, cameramensen en regisseurs – uitvaarten worden groter en uitbundiger. En op maat gesneden, waardoor elke overledene op hoogstpersoonlijke wijze uitgeluid kan worden. Als hij of zij maar genoeg betaalt. ‘Ik vind dat de dood echt bespreekbaar mag worden. Dat is mijn missie.’

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Mark Schalekamp

De kerk is afgeladen met zeker achthonderd gasten, goed gekleed en duur gekapt te midden van zeeën van bloemen. Een dertigkoppig orkest speelt een bijzondere versie van My Way, een even groot koor zwelt aan. Daar komt Trijntje Oosterhuis, in close-up op de grote schermen, fijn ook voor de mensen die net achter een pilaar of te ver weg zitten. Als ze klaar is, buigt ze en gaat rustig zitten. 

Applaus klinkt niet, want hoe mooi ze ook zong, dat is niet de bedoeling, dat hoort niet: het is een afscheidsdienst, er is iemand overleden. En niet eens, pak ’m beet, een koninklijke hoogheid, een oud-premier of een captain of industry, maar een gewoon iemand. Nou ja, een gewoon iemand met geld. 

Daar zijn er in Nederland inmiddels heel veel van en dit is hoe tegenwoordig steeds vaker wordt uitgevaren. In de Amsterdamse Duif bijvoorbeeld, de Westerkerk of Grote Kerk in Naarden-Vesting. Een soort Matthäuspassion, maar dan zonder dat je een kaartje hebt hoeven kopen. Na afloop van de dienst, op de condoleance, gaan de bladen champagne rond, lopen de palingmeisjes en de oesterkoning. 

Het zijn soms heuse events, die eigenlijk weken voorbereiding vergen – als die tijd er is, als het afscheid eraan zat te komen en voorspelbaar was. Vaak is dat niet het geval en wordt de bijeenkomst in een paar dagen op poten gezet. Bijvoorbeeld door The Funeral Company uit Wassenaar, een van de bekendere uitvaartbureaus, gerund door Simone Remmen en Ilona Molhuysen. 

Hun kantoor is – hoe kan het anders – pal naast de begraafplaats, maar een grafstemming heerst er niet: het kantoorhondje dribbelt vrolijk rond, kleurrijke kunst siert de muren. “Ooit was je taak als uitvaartondernemer simpel,” zegt Remmen, “je verzorgde de overledene, regelde de kist en het vervoer. Dan hield het op. Maar wij doen alles, we ontzorgen volledig.” 

Dat houdt in dat ze ook een afscheidslocatie vinden en vastleggen, de fotograaf, de videograaf, soms ook cameramensen en regisseurs, de aankleding, de rouwadvertenties, het diner na afloop thuis, de koffie ’s ochtends thuis. Alles tot in de details. Zoals de haard die brandt bij thuiskomst, net als de kaarsen. Of dat er beveiliging is overdag in het huis van de overledene, want waar voetballers geregeld worden bestolen wanneer ze tijdens Champions League-avonden op het veld staan, halen inbrekers graag inspiratie uit de overlijdensadvertenties (daar kun je dus beter geen adres vermelden, zegt Remmen). Alles naar wens van degene van wie afscheid wordt genomen. Een oldtimer als rouwauto? You’ve got it. Wil je graag dat de klokken luiden? Check. Welk papiersoort voor rouwkaarten? Zeg het maar. De kapper komt thuis en na sluitingstijd mag nog gewinkeld worden voor een passende jurk. 

Begrafenissen triest? Persoonlijk word ik droeviger van een huwelijk!

Ilona Molhuysen, uitvaartondernemer

Ze hebben het zien veranderen, de afgelopen tien jaar: uitvaarten zijn vaak grootser, uitbundiger. Een goed voorbeeld vinden ze een afscheid dat ze in 2013 zelf organiseerden, van een jonge jongen die overleed door een verkeersongeluk. “We bespraken zijn afscheid met zijn ouders, welke muziek hij dan zou willen horen,” zegt Molhuysen. “Happy van Pharrell Williams vindt hij te gek, maar dat kan natuurlijk niet op een begrafenis. Tuurlijk wel, zeiden we.” En dus stonden op een mooie winterdag op Strand Zuid, een ‘beachclub’ naast de RAI, een paar honderd mooie jonge mensen rondom een kist hard te huilen bij het horen van dit aanstekelijk vrolijke liedje. “Het had een bijzonder staartje: de ouders waren te gast in Humberto Tans talkshow, mét Pharrell Williams, die via via gehoord had dat zijn hit bij deze gelegenheid gebruikt werd.” 

Dat je tijdens een begrafenis niet per se Bach hoeft te horen, kreeg navolging. “Ach, onlangs nog,” vertelt Remmen, “ook bij een jong iemand, dit keer op een begraafplaats in het Gooi. De dienst was plechtig, maar daarna mondde de condoleance in een grote tent uit in een – kort – feestje, toen op festivalvolume de househit It’s Friday werd gespeeld, de grote favoriet van de overledene. “We kregen later wel op ons kop van de begraafplaatsbeheerder, terecht,” zegt Remmen. Of dat afscheid van alweer een jeugdig iemand. ADO-fan was-ie en in het stadion van die club stonden zijn vrienden en familie hand in hand om het veld, zijn voetbalschoenen op de middenstip. Een neef speelde The Last Post op de trompet, waarna een hit van Armin van Buuren het snoeihard afsloot.

Of die herdenking in De Duif, aan de Prinsengracht in Amsterdam. Na een voorbereiding van twee weken werd die kerk in drie dagen aangekleed met vloerbedekking, hoepels met amaryllissen aan het plafond, er waren complete bomen opgetuigd, er was een gin-tonicbar. Ook buiten de Randstad mag het grootser, ziet Els Barnhoorn, die opereert vanuit Vught. Die zette voor het afscheid van een Brabantse man een grote tent in de tuin van Tilburgs toprestaurant Auberge du Bonheur, waar zo’n zeshonderd gasten luisterden naar – de veelgevraagde – Trijntje Oosterhuis, Hazes-vertolker Martijn Fischer en Wesly Bronkhorst, kennelijk bekend van het nummer Trots op jou

“Er kan veel meer dan mensen denken,” zegt Remmen. Er zijn regels, vastgelegd in de Wet op de lijkbezorging, die onder andere bepaalt dat de dood officieel moet worden vastgesteld en dat begraven of cremeren moet gebeuren na 36 uur en binnen 6 dagen, maar er bestaat genoeg ruimte voor eigen invulling. Zo mag de kist ook in je eigen auto vervoerd worden; in een beetje stationwagen past die wel. Tegenwoordig blijft de kist ook langer staan, ook na de plechtigheid en speeches. Molhuysen stelt het vaak voor: “Je vader hield toch van gezelligheid?” Kinderen kunnen een mooie tekening maken op de kist, een biertje wordt ernaast gezet. “Je moet mensen een beetje helpen om ze uit het oude verhaal te krijgen.”

‘Bij een uitvaart kan veel meer dan mensen denken’

Wat kost een uitvaart? Dat hangt af van je keuzes. In een uitvaartcentrum is goedkoper dan op een bijzondere locatie zoals een kerk, wat weer goedkoper is dan thuis, met tent in de tuin. “In het ene geval 25.000, thuis 60.000.” Maar zoals u zelf kunt bedenken, kan het oplopen tot in de tonnen euro’s. De combinatie geld en overlijden: als iets tot grote familieruzies kan leiden, is dat het wel. Want ja, elke cent die naar de begrafenis gaat, verdwijnt uit de erfenis, maar tegelijkertijd lijkt het een onkies moment om te beknibbelen en de nagedachtenis te bezoedelen met gierigheid. Of mensen zijn niet in staat om scherp na te denken en vinden – emotioneel als ze zijn – alles maar goed, om zich een hoedje te schrikken als ze een paar weken later de factuur zien. 

The Funeral Company en Barnhoorn bezweren dat ze transparant zijn en bovendien hun klanten zo veel mogelijk behoeden. “Dan roepen ze dat ze een rouwadvertentie willen in de NRC, Volkskrant en De Telegraaf, maar vertellen we ze dat een beetje advertentie al 2000 euro kost, 6,95 euro per millimeter.” En och hemel, wat is het duur geworden, zeggen ze: crematoria zijn fiks duurder, ‘wegens de gestegen gasprijzen’, hout voor de kisten en papier voor de rouwkaarten eveneens, door de Oekraïne-oorlog.

De dames van The Funeral Company begonnen rond 2011 met hun bedrijf. Ze waren allebei begin veertig en wilden iets anders. Allebei fotograaf, ze deden eindeloos veel huwelijken, maar ook begrafenissen. Ze zagen dat het mooier kon, en persoonlijker. “Dan hoorden we iemand heel plechtig zeggen dat de overledene zo zou worden binnengebracht. Dan dachten wij: zo iemand heeft toch gewoon een naam!” 

Toen ze met hun bedrijf begonnen, reageerde hun omgeving met medelijden en afkeuring: ‘waar begin je aan, dat gedoe met doden’. Mannen en vrouwen in het zwart, kraaien, met een spreekwoordelijke doodgraverskop, dat was het beeld. Dat is inmiddels wel anders, nu is het bijna mode, worden ze geregeld benaderd door – vooral – vrouwen die willen kennismaken, die nu coach of stewardess zijn en ‘zingeving’ zoeken. Remmen moet er een beetje om lachen. 

Ze werken zich een slag in de rondte, begeleiden jaarlijks zo’n zestig uitvaarten en geven er zo’n dertig door, die ze niet kunnen doen. Dat het zo hard werken is, hebben de meeste mensen niet door. Ze worden ook ’s nachts gebeld. Hun mobiele nummers staan dan ook prominent op hun website; ook tijdens ons gesprek wordt om de paar minuten gebeld (‘draaiboek komt er zo aan’) en regent het appjes.

Het meeste werk zit in de gesprekken met de familie, en in de gesprekken met mensen die weten dat hun overlijden nadert, iets dat steeds vaker gebeurt. Niels Jens, een bekende en ervaren uitvaartondernemer die onlangs bijvoorbeeld de afscheidsdienst van Erwin Olaf organiseerde (‘3000 man in de Westerkerk voor het publieke afscheid, 1000 man twee dagen later voor het ‘intieme’, drie regisseurs, zeven cameramensen, 80 man aan het werk’), raadt dat laatste aan. Praat erover, wees voorbereid. “Vaak is er slechts een verouderd codicil, een mapje dat in een stoffig laatje ligt sinds de jaren zeventig, toen gele bloemen nou eenmaal in waren.” Die gesprekken zorgen ervoor dat uitvaarten tegenwoordig veel persoonlijker zijn. “Een weerspiegeling van zoals iemand heeft geleefd,” aldus Jens. 

Voor Iede Hoorn was het persoonlijke de reden om het vak te kiezen. Relatief jong, op zijn dertigste – inmiddels is hij 37 – hopte hij van een baan als steward bij TUI naar uitvaartbedrijf Yarden. Sinds een aantal jaar staat hij op eigen benen – van de luchtvaart naar de uitvaart. Hij voelt zich senang in het contact met de mensen die terminaal ziek zijn of hun nabestaanden. “Ik vind het heel bijzonder dat ik bij iemand thuis mag komen, dat diegene mij van alles toevertrouwt over zijn leven en met mij over zijn afscheid wil praten.”

Op de condoleance gaan de bladen champagne rond, lopen de palingmeisjes en de oesterkoning.

Hij doet zo’n honderd uitvaarten per jaar, van allerlei soorten en maten. ‘Gewoon’ Hollandse, Surinaamse, hij heeft zelfs een islamitische uitvaart gedaan. Maar vooral jongeren, en dat heeft een reden: Hoorn is zeer actief op Instagram. Vanaf de eerste dag. “Dat doe ik omdat ik vind dat de dood echt bespreekbaar mag worden. Da’s mijn missie.” Hij wil laten zien hoe mooi het afscheid kan zijn en plaatst elke twee weken een foto van een uitvaart die hij georganiseerd heeft: in een weiland, in de kroeg, op een boot. 

“Met toestemming uiteraard, en met respect voor de overledene.” Hoorn heeft 35.000 volgers en wordt dus makkelijk gevonden. Een mediagenieke verschijning bovendien: jong, sympathiek en lange haren in een staart. RTL maakte al eens een uitzending over de uitvaartbranche met hem als middelpunt, Videoland wil een serie maken. Vorige maand verscheen zijn boek, Leven met de dood, met verhalen over verschillende uitvaarten, die van jonge jongens en oude dametjes. Leuk zal het wellicht nooit zijn, een uitvaart, maar mooi wordt het steeds meer. Of, zoals Molhuysen zegt: “Begrafenissen triest? Persoonlijk word ik droeviger van een huwelijk!” 

Muziek

Waarheen, waarvoor van Mieke Telkamp was jarenlang synoniem met begrafenissen; inmiddels ziet de toptien er anders uit. Op 1: Sarah Brightman en Andrea Bocelli met Time to Say Goodbye (Con te partirò), op 2 Danny Vera met Roller Coaster, dan op 3 André Rieu en Mirusia Louwerse met Schuberts Ave Maria, dan op 4 een klassieker: Het dorp van Wim Sonneveld. Miss Montreal staat op 5 met Door de wind. Claudia de Breijs Mag ik dan bij jou op 6, op 7 Rob de Nijs met Zo zal het zijn, op 8 Frank Sinatra’s My Way, op 9 nog een keer André Rieu met The Rose, op 10 Frans Bauer met ’n Trein naar niemandsland. Ook veel gedraaid: Eric Clapton met Tears In Heaven en Papa van Stef Bos. (Bron: Dela)

Uitvaartverzekering

Ongeveer zeventig procent van de Nederlanders heeft een uitvaartverzekering afgesloten, want die is makkelijk verkocht: “Mevrouwtje, u verzekert zich toch ook tegen brand? Het is niet zeker dat uw huis ooit afbrandt. Maar het is wél zeker dat u ooit zal overlijden.” 

Er bestaan twee soorten verzekering: een natura- en een kapitaalverzekering. In het eerste geval wordt de uitvaart betaald, althans een eenvoudige en doorsnee versie. In het tweede geval krijg je een bedrag uitgekeerd. Het maakt overigens een groot verschil op welke leeftijd je zo’n verzekering afsluit: iemand van achttien jaar die zijn uitvaart voor 7000 euro verzekert, betaalt in tien jaar in totaal 1737 euro, terwijl een 63-jarige met 6337 euro bijna het volledige bedrag inlegt. 

De bekende verzekeraars zijn Dela en Monuta, niet toevallig ook de grootste uitvaartondernemers. Bij hen kost een standaard crematie ongeveer 7500 euro, een begrafenis 9500. De standaard is ook echt standaard: de 45 minuten die je in de koffiekamer krijgt, moet je niet overschrijden. Je mag ook echt maar 75 rouwbrieven versturen.

Met uw donatie steunt u de onafhankelijke journalistiek van HP/De Tijd. Word donateur of word lid, al vanaf €5 per maand.