Spring naar de content
bron: anp

De stelling: ‘De herinvoering van de studentenbasisbeurs is een verstandige beleidskeuze’

Waren in 2015 de meeste politieke partijen voorstander van het sociaal leenstelsel, tegenwoordig houdt alleen de VVD nog voet bij stuk. Het kabinet heeft ondertussen aangekondigd dat de basisbeurs aankomend studiejaar terugkomt. Is deze beleidswijziging wel zo’n no-brainer als het merendeel van politiek Den Haag veronderstelt?

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Jan Pieter Jansen

JA

Lisa Westerveld, Tweede Kamerlid en woordvoerder hoger onderwijs GroenLinks

Waarom bent u het eens met deze stelling?

“Hoger geworden studieschulden bezorgen jongeren meer stress over hun toekomst. Al had ik liever gezien dat was nagedacht over verdergaande mogelijkheden, de herinvoering van de basisbeurs is een stap in de goede richting om onzekerheid weg te nemen bij studenten en ervoor te zorgen dat ze fatsoenlijk kunnen rondkomen zonder zich naast hun studie drie slagen in de rondte te werken.”

Wat had GroenLinks het liefst gezien?

“Een grote blinde vlek in het beleid zijn jongeren die niet studeren. Waarom ondersteun je studenten, die over het algemeen uit financieel betere milieus komen en het in hun eigen leven waarschijnlijk ook goed zullen doen, wel met belastinggeld en de rest niet? Het liefst wil mijn partij een startkapitaal van 10.000 euro voor iedereen, maar we zijn helaas de enige.”

GroenLinks behoort tot de partijen die de invoering van het sociaal leenstelsel steunden. Waarom zijn jullie van standpunt veranderd?

“Het sociaal leenstelsel is op papier een prima idee. Mensen met een afgeronde studie hebben hier hun hele leven profijt van: ze verdienen gemiddeld twee keer zoveel als mensen zonder diploma en hebben vijftien extra gezonde levensjaren. Bij de invoering zijn echter beloften gedaan die niet zijn waargemaakt. Zo zou het bespaarde geld worden geïnvesteerd in de kwaliteit en toegankelijkheid van het onderwijs. Mede door de grote toestroom van studenten is hier weinig van terechtgekomen. Dit in combinatie met de toegenomen stress onder studenten maakt dat wij voor het terugkeren van de basisbeurs zijn.”

NEE

Hans Vossensteyn, hoogleraar hogeronderwijsbeleid en directeur van de Saxion Research & Graduate School

Waarom bent u het oneens met deze stelling?

“Elke student kost de overheid nu al gemiddeld 9000 euro. Daarnaast geef je met een basisbeurs geld aan jongeren van wie een groot deel het niet per se nodig heeft. In dure tijden als deze lijkt me dat geen doelmatige besteding van publieke middelen. Bovendien heeft het sociaal leenstelsel nauwelijks effect op de toegankelijkheid van het hoger onderwijs, dus ook die vrees is ongegrond gebleken.”

Leidt het sociaal leenstelsel dan niet tot hogere schulden en meer financiële stress onder studenten?

“Ik ontken niet dat er sprake van verminderde financiële weerbaarheid en meer stress onder studenten. Geld krijgen is natuurlijk altijd prettiger dan lenen, maar een beperkte basisbeurs is in dit geval ook geen wondermiddel. Daarbij ligt de gemiddelde studieschuld tijdens het sociaal leenstelsel net boven de 19.000 euro – een bedrag dat voor de doorsnee afgestudeerde met een dertigjarige afbetaalperiode geen enorme aanslag op het inkomen vormt.”

Wat moet er gebeuren voor de generatie studenten die nooit een basisbeurs heeft gekregen?

“De gedeeltelijke compensatie zoals recentelijk aangekondigd is mijns inziens voldoende. Het kabinet ziet in dat deze generatie enigszins slachtoffer is geworden van jojobeleid. Dat daar een tegemoetkoming voor komt, vind ik netjes. Tegelijkertijd wist iedereen die in deze periode heeft geleend waar hij of zij aan begon en wat de voorwaarden waren. Volledige compensatie is daarom onnodig.”