Spring naar de content
bron: anp

Rafael heeft sangre

Rafael van der Vaart (32) stond deze zomer op een kruispunt in zijn carrière. Zijn aflopende contract bij Hamburger SV werd niet verlengd en in de degradatieperikelen stelde hij zijn keuze voor een nieuwe club steeds uit. Maar insiders hadden hun vermoedens, Van der Vaart heeft immers een volbloed Spaanse moeder.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Mark van den Heuvel

Ramon van der Vaart buigt zich over het microfoontje van mijn telefoon en zegt: “Johan Derksen, je praat grote onzin. Wat jij doet is pure afzeikerij. Negentig procent van wat je zegt is flauwekul. En blijkbaar is Rafael een dankbaar onderwerp.”

Hoe dat zo is gekomen?

Van der Vaart senior: “Ik weet het niet. Misschien omdat-ie geen vriendjes is met al die journalisten.”

Het beeld dat in Nederland bestaat van 109-voudig international Rafael van der Vaart, is dat van een begenadigde voetballer, maar ook van een blessuregevoelige, kwetsbare speler, van iemand die het loopvermogen mist voor de absolute top. In het door Derksen voorgezeten televisieprogramma Voetbal International wordt geen mogelijkheid onbenut gelaten om Van der Vaart af te serveren. Te langzaam, te veel geblesseerd en niet langer geschikt voor het Nederlands elftal. Wat ook niet hielp in de beeldvorming: in de degradatiestrijd van HSV zat de aanvoerder het voorbije seizoen regelmatig op de bank. Gepasseerd. Derksen speelde daar handig op in, als we hem moeten geloven is Rafael van der Vaart op 32-jarige leeftijd al toe aan zijn pensioen. Dat hij al snel weer in genade werd aangenomen door de nieuwe trainer van HSV, dat hij de laatste weken van de competitie nooit meer voortijdig werd gewisseld en dat hij gemiddeld per wedstrijd een afstand van zo’n 13 kilometer aflegde, hoor je niet vaak bij VI, het televisieprogramma. Dat zeg ik er even bij, want het weekblad VI, waar Derksen vroeger hoofdredacteur was, heeft inmiddels alle banden met de televisietak verbroken.

Vader Ramon van der Vaart laat de wekelijkse voetbalpraatprogramma’s tegenwoordig aan zich voorbijgaan. Het irritatiegehalte ligt gewoon te hoog, zegt hij. En dat is niet goed voor zijn gezondheid. Vroeger kon hij er nog wel om glimlachen, al die ongefundeerde meningen die de huiskamer in worden geslingerd. Maar nu dus niet meer. Zo verklaarde Derksen onlangs doodleuk dat Van der Vaart met opzet zijn tiende gele kaart had gepakt in de voorlaatste wedstrijd van het seizoen, om zo het laatste duel tegen Schalke 04 te ontlopen… Gewoon, omdat hij er genoeg van had om degradatievoetbal te spelen. Derksen zei het met opgeheven vinger, om de schande extra te benadrukken.

Ramon van der Vaart, tevens belangenbehartiger van zijn zoon, ontploft bijna als hij het hoort. “Daarom kijk ik dus nooit meer,” zegt hij. “Er zijn grenzen aan mijn incasseringsvermogen. Als je zoiets zegt, heb je geen flauw idee hoe Rafael werkelijk in elkaar zit.”

Natuurlijk, Rafael van der Vaart was gefrustreerd, na een seizoen waarin zo’n beetje alles misging wat mis kon gaan. Maar bewust geel pakken om zijn verantwoordelijkheden te ontlopen, nee, dat zit echt niet in zijn karakter, benadrukt Ramon. “Het was gewoon een domme overtreding, meer niet. Soms gaat het licht bij ons weleens uit, dat is pure onmacht.”

Zo vader, zo zoon, zullen we maar zeggen. Rafael van der Vaart groeide als zoon van Ramon op in een klassieke Pipo de Clownwagen op het woonwagenkamp in Heemskerk, maar hij spreekt zijn ouders aan met ‘u’. Het soms impulsieve gedrag komt niet zozeer van het kamp, zegt zijn familie, de mensen die het kunnen weten, maar uit Spanje. Want Rafael van der Vaart is ook de zoon van een volbloed Spaanse moeder, Lolita, dat wordt nog weleens vergeten. Hij heeft sangre, bloed, zeggen de Spaanse familieleden. “Pit. Moed. Doorzettingsvermogen. Temperament. Geestdrift ook. Die eigenschappen komen allemaal uit Spanje,” zegt zijn Spaanse oom Cosme, een broer van zijn moeder. “Hij zal nooit opgeven.”

Om Rafael van der Vaart beter te begrijpen moet je zijn bloedlijn kennen. Het familieverhaal begint bij grootvader Rafael Garcia Peci (84), een gedrongen man met glimmende ogen. Hij werkte vroeger hele dagen op de zoutvelden in Chiclana de la Frontera, in het zuiden van Spanje, op vijftien kilometer van Cádiz. “Ik ben van onderaf begonnen,” zegt hij. “Met een lange tussenplank schepte ik het zout in de vrachtwagens. Ik had destijds maar één doel: de levensomstandigheden van mijn gezin verbeteren.”

Het was zwaar werk en van het salaris konden ze met hun drie kinderen nauwelijks rondkomen. Toen Lolita Garcia Gallardo, de moeder van Rafael van der Vaart, werd geboren, hadden ze niet eens een modern toilet in huis. Dus toen de mogelijkheid zich voordeed, besloot Rafael Garcia Peci in 1964 naar Nederland te vertrekken, samen met negentig andere mannen uit Chiclana. Op het terrein van de Hoogovens vond hij bij staaf- en draadwalserij Kaliber emplooi als kraandrijver.

Opa Rafael Garcia Peci: “Het eerste anderhalf jaar ben ik alleen gegaan, om te kijken of het me beviel, en zijn de kinderen met mijn vrouw in Spanje gebleven. Eerlijk gezegd had ik nooit kunnen voorzien dat ze me later alsnog achterna zouden reizen, maar dat gebeurde toch. Na anderhalf jaar zei ik vlak voor de vakantie tegen mijn Nederlandse baas: ‘Zonder mijn familie kom ik niet meer terug.’ Om de boel een beetje onder druk te zetten, met de achterliggende gedachte dat ik in Nederland een huis toegewezen zou krijgen. Dat werd namelijk steeds maar uitgesteld. De eerste anderhalf jaar woonde ik in een pension voor buitenlandse werknemers, vlak achter het voetbalveld van De Kennemers.” Daar zou kleinzoon Rafael jaren later zijn eerste stapjes op het toen nog groene gras zetten. Opa Garcia Peci, vol trots: “Ik heb de eerste steen gelegd.”

Ik hoor weleens: je moet op je hoogtepunt stoppen. Maar waarom eigenlijk?

Zes jaar was moeder Lolita van der Vaart toen ze van Spanje naar Nederland verhuisde. De herinneringen die ze heeft aan haar jeugd in Chiclana de la Frontera zijn schaars. “Op school, een meisjesschool, droegen alle meiden een uniform, dat weet ik nog goed. En we werden onderwezen door nonnen. Toen we naar Nederland gingen, verbaasde ik me overal over. Alle kinderen gingen om zeven uur naar bed, dat vond ik heel gek. En bijna niemand had nog televisie, terwijl dat in Spanje al vrij normaal was.”

Later leerde ze een jongen van ‘het kamp’ kennen, een zekere Ramon. Haar oudste broer, Manuel Garcia Gallardo, vertelt: “Volgens mij was ik de eerste die te horen kreeg dat ze met Ramon was. Op mijn kamer liet ze voor het eerst een pasfotootje van hem zien. Ik zei: ‘Die jongen ken ik, ik heb hem weleens bij de Luxor gezien.’ Dat was de bioscoop in Beverwijk waar we zondagmiddag altijd kwamen. ‘Lijkt me geen slechte jongen,’ zei ik. ‘Ja, maar hij komt van het kamp,’ zei zij.”

Manuel legt uit: “Over het kamp hadden we altijd slechte berichten gehoord. Vechten en stelen, dat werk. Maar het tegenovergestelde bleek waar te zijn, het was daar juist schitterend. Mijn ouders hebben in Nederland met niemand zoveel contact gehad als met de familie van Ramon.” Rafael Garcia Peci: “Voor die tijd had ik alleen contact met Spanjaarden, daarna ook met Nederlanders.”

Manuel: “Vanaf de eerste kennismaking ging mijn vader na zijn werk bijna elke dag naar het kamp. Hij voelde zich daar als een varken in een modderpoel. Toen Ramon voor het eerst bij ons thuiskwam, was Lolita het huis uitgegaan om ons kennis te laten maken. Hij belde aan en ik zei meteen: ‘Hé, ben jij Ramon?’ Ik begon meteen te praten, om hem vertrouwen te geven, om hem op te vangen. Dat is hij nooit vergeten.” In 1981 trouwden Lolita en Ramon, twee jaar later werd Rafael geboren.

Met zijn keuze voor sleeping giant Real Betis Sevilla, waar hij een contract voor drie jaar tekende, slaat Rafael van der Vaart drie slagen in één klap. Om te beginnen keert hij terug in de Primera División, samen met de Bundesliga en de Premier League een van de drie sterkste competities ter wereld. Daarnaast komt hij vlak bij zijn geremigreerde grootouders te wonen, tussen Chiclana de la Frontera en Sevilla zit ongeveer een uurtje met de auto. En, ook niet onbelangrijk, de afstand tussen zijn zoon Damian (9), die in Hamburg blijft wonen en naar school gaan, is vanuit Sevilla redelijk overbrugbaar. Na de scheiding met zijn ex-vrouw Sylvie verdelen ze samen de zorg over Damian.

“We hebben daar veel over gepraat samen, Damian en ik,” zegt Rafael. “Ik heb hem gevraagd: wat wil je? In het begin wilde hij dat ik in Hamburg zou blijven of anders dat ik zou stoppen met voetballen. Maar hij wil ook dat ik gelukkig en blij ben, dus nu verheugt hij zich erop om naar ons toe te komen, straks in Sevilla.”

“Damian zal sowieso in Hamburg blijven, dus dat is lastig, de jaren dat ik nog speel. Maar ja, het is even niet anders. Ik heb me meteen afgevraagd: wat is het beste voor Damian? Nou, in Hamburg voelt hij zich als een vis in het water. Daar is zijn basis. “Ik kan nog vier, vijf jaar voetballen, daarna is het in principe voorbij. Dus wil ik daar ook vol voor gaan. Hoe moeilijk het ook is. En hoe goed alles ook geregeld is… Maar zolang ik nog kan voetballen, blijf ik voetballen. Ik wist dat er ooit een moment kon komen waarop dit zou gebeuren.”

Waar zijn vader naar Spanje vertrekt, daar gaat Damian volgend seizoen bij Hamburger SV-11 voetballen, waar hij voor de talentdagen werd ingeschreven onder de schuilnaam Fernando Garcia. ‘Opa’ Ramon: “De scouts kijken toch met andere ogen naar Damian van der Vaart dan naar Fernando Garcia. Nu was het Fernando Garcia die werd geselecteerd en niet ‘de zoon van’. Dat heeft hij dus helemaal zelf verdiend. Pas later hoorden de scouts dat al die jongetjes in het veld hem Damian noemden. Toen ging er pas een lichtje branden, maar was ‘Fernando Garcia’ al geselecteerd. Schijnen ze wel vaker te doen om kinderen van bekende ouders een eerlijke kans te geven.”

Voor het eerst in zijn carrière kon Van der Vaart deze zomer profiteren van een transfervrije status, na drie jaar Hamburger SV. Daarom was het ook helemaal niet zo gek dat hij een aanbieding van Ajax, voor één seizoen, aan zich voorbij liet gaan. De club biedt aan, de (transfervrije) speler beslist. Schoorvoetend wilde Ajax nog een tweede jaar toevoegen, maar uit de aanbieding van Real Betis voor drie jaar sprak meer vertrouwen. Wat ook telt, is geld. Van zijn salaris in Hamburg, naar verluidt bijna vier miljoen euro per jaar, had Van der Vaart in Amsterdam zomaar 2,5 miljoen moeten inleveren. Bij Betis Sevilla is dat verval in verdiensten aanzienlijk minder groot.

De carrière van Rafael van der Vaart (Ajax, Hamburger SV, Real Madrid, Tottenham Hotspur, Hamburger SV, en nu dan Real Betis Sevilla) wordt op de voet gevolgd door zijn jongere broer Fernando van der Vaart, die het voorbije seizoen actief was als jeugdtrainer in Hamburg.

Soms, als Fernando zijn gedachten de vrije loop laat en hardop mijmert over de toekomst, zegt hij weleens tegen zijn broer Rafael: “Wij gaan deze zomer weg uit Hamburg, maar straks komen we terug als trainer. Dan zullen wij HSV samen weer op de kaart zetten.”

Rafael van der Vaart: “Ik zag laatst een reportage over de gebroeders Koeman in Southampton, dat lijkt me wel heel mooi, ooit. Dromen mag. Over zulke dingen hebben we het vaak samen. Maar het is ook nog heel ver weg.”

Rafael van der Vaart de trainer?

“Nee, ik zie mezelf eigenlijk geen trainer worden, later. Maar je weet niet wat er kan gebeuren. Wie had ooit gedacht dat Giovanni van Bronckhorst trainer van Feyenoord zou worden? Ik niet in ieder geval. Hij was een goede aanvoerder van Oranje, dat zeker, maar hij was altijd vrij rustig, zei nooit zoveel. Aan Frank de Boer merkte je meteen dat-ie trainer zou worden. En bij Cocu had ik dat gevoel ook wel. Maar niet bij Van Bronckhorst. Zo zie je maar. Gelukkig heb ik nog alle tijd om te kijken wat ik na mijn carrière ga doen, om uit te vinden wat ik leuk vind. Ik wil eerst zo lang mogelijk doorgaan met voetballen. Ik heb in ieder geval een aanbieding van Hamburger SV om daar straks te komen praten over een soort ambassadeurschap van de club. Dat is toch een fijne gedachte.”

Ik heb mijn opa beloofd dat ik mijn laatste seizoen bij Cádiz zal spelen. en belofte maakt schuld

Zijn actieve carrière krijgt nu dus een vervolg bij Real Betis Sevilla. Rafael: “Het was een moeilijke beslissing. Tot nu toe werd er altijd voor me beslist in mijn carrière, kreeg ik aanbiedingen van nieuwe clubs voordat m’n contract bij de oude was afgelopen. Nu was eigenlijk voor het eerst dat ik het in eigen hand had, al blijf je natuurlijk afhankelijk van wat er op je afkomt. Dat was prettig, maar ook wel weer moeilijk, vond ik. Eerst wilde ik er alles aan doen om te voorkomen dat ik de geschiedenis in zou gaan als de eerste aanvoerder ooit die met HSV uit de Bundesliga was gedegradeerd. Dat zou ik echt verschrikkelijk hebben gevonden. Dat wil je niet opje lijstje hebben. Daar was ik elke dag mee bezig. Pas toen de Bundesliga was veiliggesteld, ben ik alle mogelijkheden met elkaar gaan vergelijken.”

Kansas City en Ajax haakten al eerder af. Er was ook belangstelling uit Italië, van Sampdoria en Inter. Maar het werd Real Betis Sevilla. Vader Ramon: “En daar is de hele familie blij mee. Lekker dicht bij opa en oma. Een mooier scenario was nauwelijks denkbaar. We gaan er allemaal met volle teugen van genieten.”

Met zijn transfer naar Real Betis Sevilla wil 109-voudig international Van der Vaart ook zijn interlandcarrière een nieuwe impuls geven. Ook al werd hij door bondscoach Guus Hiddink de voorbije maanden niet geselecteerd – mede door het matig presteren van HSV – toch zal Van der Vaart zich altijd beschikbaar blijven stellen voor Oranje.

“Ik zal nooit vroegtijdig afscheid nemen. En ja, ik zie het ook nog steeds gebeuren. De droom, de drang en de ambitie zijn nog altijd aanwezig. Ik hoor weleens: je moet op je hoogtepunt stoppen. Maar waarom eigenlijk? Wat kan mij het nou schelen als het niveau minder wordt, ik heb er toch plezier in? Ik snap daar helemaal niks van. Ik wil gewoon voetballen. En misschien is dat straks, op m’n 35ste als mijn contract bij Betis Sevilla afloopt, wel in een lagere divisie. Ik heb daar niet zoveel moeite mee.”

Wat blijft is de liefhebber. Ook als zijn topjaren straks achter hem liggen, wil hij gewoon door blijven gaan, al is het een treetje lager. “Ik heb mijn opa ooit beloofd dat ik mijn laatste seizoen bij Cádiz zal spelen. En belofte maakt schuld. Mijn opa en oma zijn teruggegaan naar Chiclana de la Frontera, dat ligt vijftien kilometer van Cádiz. Lijkt mij een erg leuk scenario. Als ik het niveau dan nog aankan tenminste, maar daar ga ik wel van uit. Cádiz speelt nu in Segunda División B, dat is de derde divisie. Maar het maakt mij niet uit in welke liga ze straks zitten, over een jaar of vier. Bij leven en welzijn van opa wordt Cádiz mijn laatste club.”

Moeder Lolita: “Ik ben echt heel blij met zijn keuze voor Real Betis. Het ging mij niet om bij welke club Rafael terecht zou komen. Het ging mij meer om waar hij blij van wordt. Mijn enige wens was dat hij niet zo heel ver weg zou gaan. Nou, daar is nu natuurlijk geen sprake meer van. Sevilla is een uurtje rijden van Chiclana! Hoe mooi wil je het hebben? Dit is echt een droom.”

En haar broer Cosme: “Ik vond het in eerste instantie jammer dat hij niet naar Ajax ging. Dat is toch mijn club, altijd geweest. Maar ja, dit is veel mooier natuurlijk. Ik hoopte vooral dat hij zou kiezen voor een club waar hij lekker kan voetballen. Niet zo’n verdedigende ploeg waar ze alleen maar lange ballen spelen, dan komt hij niet toe aan zijn eigen spel. En wat dat betreft is Real Betis Sevilla een heel goede keus. Ik denk eerlijk gezegd dat Rafael als voetballer en als mens hier helemaal zal opleven. Duitsland en Engeland waren veel te koud voor hem.”