Spring naar de content
bron: anp

Ongijpbaar

Met het WK in zicht zal René van der Gijp de komende weken niet van de tv af te slaan zijn. Wat maakt hem zo razend populair? Zijn het alleen zijn voetbalanalyses en zijn onderbuikmeningen? Of wekt hij bewondering doordat hij zich aan zijn huiselijke verplichtingen weet te onttrekken? Profiel van de anti-family man.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Frans van Deijl

Wij stellen ons een zaterdagmiddag voor, ten huize van René van der Gijp, in een rustige wijk in Dordrecht. Het is drie uur, een half uur voordat de Bundesliga-wedstrijden op FOX Sports van start gaan. René is aan het eind van die ochtend uit zijn bed gekomen, na een lange nacht televisie kijken. Alle herhalingen van de Nederlandse talkshows heeft hij gezien. Om vier uur, half vijf legde hij zich eindelijk te rusten. Na het opstaan pakte hij een saunaatje en lunchte hij in zijn favoriete tent in de stad. Het gebruikelijke recept: uitsmijtertje, koffie, een vers justje en twee glaasjes melk erbij om de boel weg te spoelen. Vervolgens naar huis, waar hij alle onderweg gekochte zaterdagkranten op een stapel legde en daar af en toe wat uit las. Tussendoor sjouwde hij naar het tuintje om de boel wat aan te harken. Nu, zo kort voor de wedstrijden beginnen, controleert hij de whatsappjes die binnenkomen van zijn beste vrienden Caspar, Mario, Maarten en Rob, grijnst af en toe maar laat een reactie achterwege. Eerst wil hij zich installeren op de bank voor het scherm, een enorm ding dat in de kleinere bioscoopzaal niet zou misstaan. Een paar minuten voor aanvang knipt hij zijn tv aan, luistert nog niet naar de collega’s die voorbeschouwen, want dat levert te veel ergernis op. Als Johan Derksen een sms’je stuurt, met daarin een boodschap van voetbaltechnische aard, antwoordt hij wel. Dan legt hij lachend zijn telefoon terzijde, trekt zijn sokken over de pijpen van zijn joggingbroek en duwt een dik kussen in zijn rug. De wedstrijd staat op het punt van beginnen. René laat zijn eerste scheet. 

Onbekend is of Van der Gijp tijdens het weekend nog van zijn loungebank af komt, anders dan voor een plas of een tukkie in het eigen bed, maar het zou geen verbazing wekken als dat niet zo was. Tijdens menige uitzending van Voetbal International, elke maandag- en vrijdagavond en vaak ook op donderdag, blijkt namelijk dat hij veel wedstrijden ziet, en niet alleen uit de Duitse competitie, maar ook de Spaanse, de Engelse en de Belgische. Tussendoor pikt hij dan nog weleens een wedstrijdje mee uit de vaderlandse competitie, maar dat gaat gezien de povere kwaliteit van het geboden spel zelden van harte. 

Het moge duidelijk zijn dat we van doen hebben met een voetbaljunk, wiens populariteit inmiddels ongekend groot is. Van der Gijp, en met hem de rest van Voetbal International, won in 2012 de Gouden Televizier-Ring. Het programma scoort al jaren zeer hoge kijkcijfers. De komende weken zijn Gijp en zijn maten niet weg te slaan van het scherm, want het WK Voetbal komt eraan. In de aanloop naar dat toernooi in Brazilië zijn de mannen elke avond te zien. Ruziënd, klierend en gierend als een stel jongens uit H4A. 

René van der Gijp is een echte entertainer. Als de camera aan gaat, doet hij zijn ding

Aan Van der Gijps populariteit moet meer ten grondslag liggen dan alleen zijn voetbalwijsheid en zijn snaakse streken. Maar wat? Laten we zijn optreden in het televisieprogramma nader bekijken. Allereerst is hij een geboren verteller van anekdotes. Hij put uit een rijke bron als profvoetballer, heeft veel meegemaakt. En kennelijk opgeslagen. Hij was getalenteerd, maar het voetbalwereldje kon hem gestolen worden. Nam hij ook niet serieus. Gijp stapte soms rechtstreeks vanuit de kroeg het trainingsveld op. Die relativerende instelling zorgde ervoor dat hij de absolute top nooit heeft bereikt. Hij zit er niet mee, beweert hij steeds. 

Gesprekken in het programma ontaarden al snel in discussies; per slot van rekening heeft iedereen verstand of althans een mening over het spelletje met de bal. Als je het niet met Gijp eens bent, dan lacht hij je vierkant uit, brult en veegt hij je van tafel. Zijn andere gesprekspartners zijn doorgaans verbaal de minderen. Als Johan Boskamp er niet meer tegenop kan, reageert hij uit onmacht met een amicale maar toch altijd rake klap of een stomp. Hans Kraay, alias Hansie Hansie, heeft veel kennis van zaken, maar hoeft maar even te aarzelen of iets uit te weiden en Gijp en Derksen pakken hem. Hansie Hansie verheft zijn stem en gaat ten onder in een niet zelden beledigend tumult. Wim Kieft kan de vele tempowisselingen van de gesprekken soms niet aan. Hij heeft duidelijk tijd nodig om zijn gedachten te formuleren. Op televisie komt dat al snel over als gehakkel. Kieft klampt zich dan vast aan boude kwalificaties. Veel zaken doet hij dan maar af als `onzin’, en veel is in zijn ogen ‘belachelijk’. Gijp is dus scherp, snel, kan goed praten en vertellen en is natuurlijk geestig. Daarnaast wekt hij vaak de indruk nergens mee te zitten. Zenuwen voor zijn live-optredens heeft hij niet, of anders weet hij ze verdomde goed te verbergen. Hij geeft zijn mening ongezouten, ook die uit de onderbuik, zoals over homo’s die in het voetbal niet zouden bestaan, of over de geringe lengte van Wesley Sneijder, het liefdesleven van Yolanthe, of hoe die frêle golddiggertjes uit dat wereldje ook heten mogen. 

Is het succes van Gijp hieruit te verklaren, uit zijn ongedwongenheid, uit zijn naturelle uitstraling op het scherm, een even gekoesterd als zeldzaam bezit onder het televisievolkje? Presentator en imitator Carlo Boszhard zegt: “Van der Gijp is een echte entertainer. Als de camera aan gaat, doet hij zijn ding. Maar hij is daarin oprechter dan mensen denken, want als hij zijn dag niet heeft, dan voelt hij het niet en lukt het hem niet. Hij deinst er niet voor terug om duidelijk zijn mening te geven over iets of iemand te geven. Ook daarin is hij heel oprecht, want diezelfde persoon kan hij even later juist enorm prijzen. Daar zit hij niet mee.” Gijp en de mannen hebben nog een voordeel: ze hebben de tijdgeest mee. Hoe zulks? Trendwatcher Carl Rohde legt uit: “Het gaat er allemaal nogal lomp en ruig aan toe in dat programma. Als de lampen in de studio te heet worden, knoopt Gijp gerust zijn bloes open tot aan zijn navel. Hij en de anderen zeggen waar het op staat. Het is Wilders light. Dat staat dus recht tegenover het georkestreerde, gelikte en metroseksuele wat je overal op de televisie ziet. Neem Humberto Tan: altijd tot in de puntjes verzorgd, in zijn talkshow gaat het er lang niet zo stevig aan toe als bij VI.” 

Met andere woorden, het succes van Van der Gijp cum suis duidt op een hang van een bepaald deel van de bevolking naar ruigere, mannelijker televisie. En daarmee impliciet ook naar een minder verwijfde, minder verweekte samenleving. Gijp is de representant van de Nieuwe Lompheid, zou je kunnen zeggen. 

Gijp is zichzelf, en hij is zo schaamteloos dat het bevrijdend werkt

Gijp is van de volkszender RTL, maar het opmerkelijke is dat de linkse goegemeente hem eveneens omarmt. Onderschrijft ook televisierecensent Jean-Pierre Geelen van de Volkskrant: “Gijp vertolkt de stem van de gemiddelde voetbalsupporter, en daarnaast bedient hij een kluchtige kant die het grachtengordelwezen kennelijk tegenwoordig ook mag hebben.” Geelen doelt op de ontwikkeling die een jaar tien, vijftien geleden is ingezet waarbij intellectuelen openlijk uitkomen voor hun liefde, zeg maar gerust bezetenheid van voetbal. Lieden als Mathijs van Nieuwkerk en Henk Spaan lanceerden Hard Gras, en dat blad is een succes, met tegenwoordig zelfs theateroptredens in het land door schrijvers als Frans Thomése, Anna Enquist en Herman Koch. Geelen: “De humor van Van der Gijp is vaak een bevrijding uit een politiek en cultureel correcte beknelling waar de grachtengordel mee te maken heeft. Hij maakt opmerkingen over homo’s die niet kunnen, maar ondertussen vindt de grachtengordel het diep in hun hart wel lollig dat zoiets weer eens wordt gezegd. Zelf kunnen de intellectuelen dat niet, want dan liggen ze eruit. Gijp heeft maling aan welk heilig huisje dan ook. Hij is zichzelf en hij is dat schaamteloos, zo schaamteloos dat het bevrijdend werkt.” 

Geelen denkt dat Gijp voor veel mannen een rolmodel is. Op het werk, thuis of in de voetbalkantine willen zij ook weleens ‘een Gijpie doen’, zoals hij het noemt, wat eigenlijk niets anders is dan ‘s ochtends bij de koffieautomaat studentikoos brallen, in het afdelingsoverleg boude beweringen doen, de secretaresse van de chef in het voorbijgaan in de billen knijpen en daar vervolgens met de hele kantoortuin keihard om lachen. “Maar het charmante aan Gijp is ook dat hij niet wegloopt voor zijn zachte kanten,” voegt Geelen eraan toe. “Hij heeft openlijk over zijn depressie gesproken, en dat vond ik wel wat hebben. Hij durft zichzelf te tonen, ook in zijn kwetsbaarheid. De ophef die ontstond over zijn homo-opmerkingen verbaasden hem vooral. Hij had niemand willen kwetsen, en wie was het helemaal die dat zei? Gijp zelf neemt zichzelf niet zo serieus. Die andere, zachtere kant van Van der Gijp intrigeert. Geelen weet uit de media dat Gijp niet de ideale family man is. “Dat verbaast mij niks,” zegt Geelen. “Iemand die depressies heeft, is fundamenteel een angstige persoonlijkheid. Bang dus ook voor die enorme verantwoordelijkheid om een relatie aan te gaan en kinderen op te voeden. Nee, ik vind dat niet egoïstisch maar egocentrisch. lk denk dat hij het oprecht niet zou aankunnen. Dat het echt te zwaar voor hem is.”

Bestaat het leven van Gijp uit meer dan hangen voor de buis, eindeloos praten over een spelletje met een bal, autootje wassen, saunaatje pikken en dergelijke? Gijp woont alleen, schrijft Michel van Egmond in Gijp, de biografie uit 2012 die een ongekende bestseller werd. Danielle, de moeder van zijn tienjarige zoontje, woont een paar straten verderop in een huis dat Gijp voor haar heeft gekocht. Ze zien elkaar enkele malen per week, soms prikt hij een vorkje mee. Maar slapen doen ze apart. Samenwonen is er niet bij. Dat is ook bij zijn eerste vrouw geen succes geworden. Gijp daarover: “Het is zo’n gedoe, dat samenwonen. Je bent eigenlijk de hele dag zwijgend compromissen aan het sluiten met elkaar. Vreemd. Waarom doen mensen dat? lk heb helemaal geen zin om bij het wakker worden rekening te moeten houden met iemands humeur. En andersom wil ik ook mijn eigenaardigheden niet opdringen aan iemand anders.” Is dat egocentrisch, asociaal? Gijp ziet het liever anders. “Het is juist heel sociaal wanneer je de ander vrij laat, niets opdringt, niet eist dat iemand zich aan jouw karaktertje aanpast.” En als biograaf Van Egmond hem voorhoudt dat hij een controlfreak is, antwoordt Gijp: “Ik ben misschien wel een controlfreak, maar dan alleen ten opzichte van mezelf. Ik wil mijn eigen leven zo veel mogelijk in de hand houden, dat klopt. Maar ik heb helemaal niet de behoefte ook nog het leventje van iemand anders te controleren. Schei eens uit.” 

Zijn beste vriend Caspar van Eijck, oncoloog in het Erasmus Medisch Centrum, zegt over hem: “Hij leidt het leven zoals hij het leidt. Je kunt zeggen dat hij in een cocon leeft, maar ik denk dat hij daar ook zijn redenen voor heeft. René heeft veel behoefte aan rust om tot zichzelf te komen. Hij moet zich telkens opladen.” Gijp bindt zich dus niet gemakkelijk, maar hoe verhoudt hij zich tot zijn kinderen, twee zonen van in de twintig en elf, twaalf jaar? Is hij ook een Afwezige Vader? Van Eijck: “Hij voelt natuurlijk wel dat hij dat vaderschap niet kan invullen zoals zijn vrouw of zijn kinderen dat verwachten. Maar René vult dat in vanuit zijn hart, op zijn manier. Volgens mij moet je daar geen waardeoordeel over geven. Ik merk wel dat hij het misschien liever af en toe anders zou doen, maar dat is niet altijd mogelijk.” 

Een andere vriend, acteur Maarten Spanjer, zegt in het boek: “Hij is geen man om mee samen te wonen. Hij heeft ook geen talent voor het vaderschap.” 

De vraag die zich opdringt is: staat het geval René van der Gijp op zichzelf of is hij het symbool van een bepaald soort man dat in opkomst is? De man die zich moeilijk laat binden, die schijt heeft aan anderen of aan maatschappelijke gevoeligheden, de man ook die wegloopt voor verantwoordelijkheden die hem in overdrachtelijke zin toekomen? Leiden dit soort mannen de maatschappij naar, zoals de Duitse sociaal-psycholoog Alexander Mitscherlich in de jaren zeventig al voorzag, een ‘vaderloze maatschappij’? Pim Fortuyn schreef in zijn boek De verweesde samenleving dat zo’n maatschappij bepaald geen ideale omgeving is om in te leven. “Eeuwenlang was de vader in figuurlijke zin de steller en handhaver van het collectieve normen- en waardensysteem dat gemeenschappen tot gemeenschappen maakte. Maar nu de vaderfiguur uit onze cultuur verdwijnt, leidt dat gemis tot een samenleving waarin het individualisme tot het enige gebod is verheven, en dat de naam samenleving dus niet meer waard is.” 

Aan Vincent Duindam, als psycholoog verbonden aan de Universiteit Utrecht, de vraag hoe groot de schade zou zijn als wij allemaal van die ongrijpbare, gemakzuchtige, egocentrische Gijpmannen zouden worden. “Voor de ontwikkeling van kinderen is het belangrijk dat er een vader in het gezin aanwezig is,” zegt hij. “Een man die er écht is, dus niet achter de krant, zijn tablet of smartphone zit of altijd aan het werk is. Iemand die ook een goede relatie met zijn partner heeft. Dan wordt het opgroeien een stuk makkelijker en vrolijker. Voor jongetjes is er een duidelijk voorbeeld, zodat ze zich niet tegen hun moeder en tegen vrouwen in het algemeen hoeven af te zetten om het gevoel te hebben dat ze man zijn. De mannelijke identiteit blijft anders altijd wat wiebelig, om zo maar te zeggen, met alle gevolgen van dien. Denk hierbij aan bepaald gedrag als branie of overschreeuwen. En ook voor meisjes is een aanwezige vader belangrijk. Ze voelen zich dan meer gezien en gerespecteerd. En ze raken minder makkelijk verkleefd met hun moeder. Wanneer mannen echt op hun gezin betrokken zijn, is de kans op een echtscheiding ook kleiner. En scheidingen zijn nu juist weer ongunstig voor kinderen.” 

De family man raakt danig uit de mode. De Gijpman wordt het helemaal deze zomer, die met al dat voetbal toch al heel lang gaat duren

Duindam kent de omstandigheden waarin Van der Gijp leeft niet. Maar in het algemeen volgt hij de betrokkenheid van mannen bij hun gezin al zo’n vijfentwintig jaar. “Begin jaren negentig leek het erop dat mannen echt wat meer aanwezig waren in het gezin. Maar volgens de laatste cijfers van het Sociaal en Cultureel Planbureau is dat de laatste jaren toch weer wat afgenomen. Nee, we weten niet hoe dat komt.” 

Wij daarentegen hebben een vermoeden: veel mannen herkennen zich in Gijp. Net als Pim Fortuyn zegt Gijp wat hij denkt, heeft hij lak aan conventies en ziet hij zichzelf het liefst als een vriend van zijn kinderen, wat toch een vrijblijvender rol is dan die van de vader. Aldus raakt de family man danig uit de mode. De Gijpman wordt het helemaal deze zomer, een periode die voor de echtgenotes van deze nieuwe mannensoort met al dat voetbal toch al heel lang gaat duren. 

Wij hadden René van der Gijp graag laten reageren op dit profiel, maar de RTL-afdeling Communicatie slaagt er niet in om hem tijdig te bereiken. Wat hadden we ook kunnen verwachten? Dit soort praat vermoedelijk: 

“Yo Fransie, wat maak jij je nou druk om mij, man. Moeje nie doen. Doet ik ook niet.” 

Herkent u zich een beetje in dit profiel? 

“Tuurlijk niet man. Maar maak niet uit, toch? La-lekker gaan… Jij nog geneukt vannacht?”