Spring naar de content

‘Jij was voor mij het lichtende voorbeeld van hoe het níet moest’

Lou Reed (2 maart 1942 – 27 oktober 2013) was muzikant en lid van de roemruchte Velvet Underground. Hij was een groot- verbruiker van drugs en spiritualiën en stierf na een levertransplantatie. Ruud Meijer is journalist en muziekrecensent. Volgend voorjaar verschijnt zijn debuut-cd ‘Vrouwen’, met medewerking van onder anderen Eric Vloeimans en Martin Fondse.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Ruud Meijer

Hallo Lou,

Dit is een brief van muzikant tot muzikant. Jij de bluffer die zijn beperkingen aanwendde om muziekgeschiedenis te schrijven. Ik de tobber die na jarenlang studeren zijn muziek eindelijk in het openbaar durft te laten horen. Jij voltooide je zwanenzang, ik werk nog steeds aan mijn debuut.

Toen ik hoorde dat jij een trap tegen de emmer had gegeven, voelde ik dan ook eerder boosheid dan verdriet. Er hingen bij mij nog veel bad vibes in de lucht die uitgesproken hadden moeten worden, maar jij besloot er vroegtijdig tussenuit te piepen. Dus vandaar deze brief naar je nieuwe adres.

Eigenlijk ben je voor mij altijd een beetje een ongenode gast geweest. Je verzorgde de soundtrack van mijn studententijd, maar dat was geen vrije keuze. Al mijn vrienden luisterden naar je, en ik luisterde, tegen wil en dank, met ze mee. Zo ontstond er tussen ons iets dat je de muzikale variant van het stockholmsyndroom zou kunnen noemen en word ik nog steeds overspoeld met een warme golf van nostalgische gevoelens bij het horen van je songs.

Een opmerkelijke reactie overigens, omdat jij voor mij vaak het lichtende voorbeeld was hoe het níet moest. Valse gitaren, muzikale clichés, holle metaforen, kreupele ritmiek, krakerig gemompel– je schuwde geen middel voor het bereiken van je doel: het hoorbaar en voelbaar maken van de gevoelens van een natie – en dat lukte je vaak nog ook.

Juist daarin schuilt mijn frustratie. Ik heb een hekel aan mensen die niet kunnen spelen maar dat toch doen. Heeft iets te maken met toewijding, denk ik. Zoals die Japanse monniken die een jaar in het bos zoeken naar de juiste tak om een boog van te maken en vervolgens weer een jaar bezig zijn met het construeren van die boog. Pas na jaren van oefenen vertonen zij hun boogschietkunst in het openbaar.

Ik ben zo’n monnik. Maar jij Lou, kocht je boog in de eerste de beste pawn shop en ging er meteen mee in de weer. De pijlen vlogen all over the place en dat, broeder, irriteert mij nog steeds. Maar sommige pijlen raakten mij, bij toeval of niet, in het hart. En voor die voltreffers dank ik je, uit de grond van datzelfde bloedende hart.

Ruud

Onderwerpen