Spring naar de content

‘Ik vermoed dat je onder gejuich in de eeuwigheid onthaald zult zijn’

Maarten van Roozendaal (3 mei 1962 – 1 juli 2013) was zanger, cabaretier en liedjesschrijver. Hij laat een publiek na dat zeer aan hem verknocht was. Kees Torn was totdat hij het reizen beu was cabaretier. Hij trad op met Maarten van Roozendaal in de Bende van Vier.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Kees Torn

Lieverd,

Er is geen man die mij vaker aan het huilen heeft gekregen dan jij. Elke voorstelling flikte je het weer. Met de stille liedjes zoals dat over Anniek, het verhaal van de man met de vissen, de vergeten klasgenoot op de foto. En Knijn. Over verlies hoeft niemand jou iets te vertellen. Daar krijg je nu eenmaal mee te maken als je zo veel mensen kent als jij. Jij sloot met dezelfde hartelijkheid zowat iedereen in de armen. Niet voor niets kwamen er duizenden om je witte kist zwermen in De Duif. Dat zal je wel goed gedaan hebben. Ik vond het in elk geval mooi.

Huilen hoefde ik niet meer en afscheid nemen ook niet. Dat was allemaal al gebeurd in de maanden daarvoor. Hoe vaak had jij al niet afscheid genomen in je nummers? Tenslotte zijn we allemaal doden met verlof.

Is het trouwens tot je doorgedrongen dat je een bruiloft hebt veroorzaakt? José en ik besloten ertoe na het bericht dat jouw verlof ingetrokken ging worden. Niet zozeer gedreven door paniek, maar om jou nog even onze kant op te lokken. Het is wel jammer dat we je niet meer gezien hebben, maar je was er wel bij met een paar liederen.

En nu ben je er ook bij, want je stem galmt in vele hoofden na en je slimme blik staat op menig netvlies geëtst. Al dat geluid en al die energie is niet verdwenen, maar bruist door in tal van mensen.

Het is daarbij een geluk dat je nooit bepaald een man van weinig woorden bent geweest. Ik vermoed ook dat je onder gejuich in de eeuwigheid onthaald zult zijn, want met jou erbij vliegt de tijd.

En moet je dat oeuvre eens bekijken! Jij noemde jezelf graag een liedjesboer, maar bouwde stiekem aan dat oeuvre. Dankzij die stapel registraties zijn wij, nabestaanden, gelukkig niet aangewezen op alleen maar onze herinneringen.

Een hele troost is de wetenschap dat je plezier hebt gehad in de waardering voor je werk, en ik heb je volop zien genieten van het gezelschap om je heen, want er is veel van jou gehouden.

Dank je wel, namens iedereen,

Kees Torn