Spring naar de content
bron: anp

Lowlands: festival voor de elite

Lowlands staat bekend als hét festival voor de toekomstige smaakbepalers van Nederland. Maar hoe dénkt de jonge generatie eigenlijk over cultuur, politiek en de trends van het moment? ‘Punk? Omdat ik een hanenkam heb? Wij laten ons niet in hokjes stoppen!’ 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Astrid Theunissen

De Lowlands-generatie mag in een gouden wiegje geboren zijn, ze is niet van suiker. Uitgelaten trotseert ze de augustusbuien en slaat in het laatste weekend van deze zomermaand weer massaal voor drie dagen haar tent op in de Flevopolder, de bagage veilig gesteld in een roze verrijdbare Kliko-bak. 

Weer of geen weer: Lowlands is een must, het enige grote muziekfestival ook dat de twintigers jaarlijks bezoeken. Dance Valley in Spaarnwoude? Daar halen ze nuffig hun neus voor op. “Dat is pillen slikken, dom dansen op domme muziek en knokken tussen Ajax- en ADO-supporters.” Pinkpop in Landgraaf? “Op de drie podia daar speelt mainstream voor de mainstream.” 

Dan Lowlands. Beter gezegd A camping flight to Lowlands paradise zoals het driedaagse festival officieel heet, en daarmee is al veel gezegd. Lowlands heeft The Offspring, Faithless, N*E*R*D en Keane. Maar de dik 50.000 bezoekers hebben geen honderdtien euro neergeteld voor één speciaal optreden. Ze komen allen voor de vierde, vijfde keer en gaan ervan uit dat er meer goede bands spelen. 

Op tien podia vinden 150 optredens plaats, en er valt niet alleen iets verrassends te ontdekken op het gebied van rock, dance, hardcore punk, triphop of hiphop. Ook wordt er poëzie en literatuur voorgedragen, mime, cabaret, dans en toneel opgevoerd en film en video-art vertoond. Dat maakt Lowlands tot hét avant-gardistische festival van Nederland, waardoor het zeer in trek is bij onze toekomstige smaakbepalers, zo blijkt uit een onderzoek naar de festivalbezoeker van Lowlands-organisator Mojo. 51 procent is tussen de 18 tot 24 jaar en 26 procent tussen de 25 en 29 jaar oud. De helft van de Lowlands-gangers studeert en 70 procent volgt een havo-, vwo- of hbo-opleiding of universiteit. Het leeuwendeel van de festivalbezoekers komt uit de grote stad, beschouwt zichzelf als trendsetter en vervult in hun omgeving niet zelden de rol van opinieleider, aldus Mojo. 

Zo iemand is Ruben (20), student journalistiek in Zwolle. Samen met vriendin en kunstacademiestudent Gerda (22) uit Enschede loopt hij nu voor het zesde jaar op het gigantische terrein naast pretpark Six Flags. Ze komen voor de muziek, maar ook voor het culturele programma, zeg maar de ‘hele entourage’. Ruben draagt een trainingsjack van de Deutsche Turn und Sportbund, een officieel relikwie, nog uit de voormalige DDR. “Hij is een echte retro,” zegt Gerda. “Hij is twintig jaar te laat geboren. Iemand die nog naar de radio luistert.” 

Ruben is ook een echt lezertje; van die leeftijd tref je ze tegenwoordig maar zelden. “Minstens dertig pagina’s per dag. Zwagerman en zo, daar houdt onze generatie van.” Laatst, op de boekenmarkt, heeft hij een stapel klassiekers gekocht, van Multatuli tot Reve, ‘om te kijken wat dat met mij doet’. Gerda, lid van de bieb, leest alles van Chaim Potok. Ze identificeert zichzelf met een van de hoofdpersonen uit een van zijn boeken van wie ze de naam niet meer weet. “Hij is een orthodoxe jood die kunstenaar wordt. Ik kom uit een christelijk gezin en wil ook kunstenaar worden.” 

Gerda en Ruben zijn als zovelen hier onder gelijkgestemden. Ook zij spreken ieder jaar weer af met vrienden van vroeger die ze al of niet hier hebben ontmoet. Zoals Michou (20), die toegepaste communicatiewetenschappen studeert en in haar vrije tijd viool en altviool speelt. Gedrieën willen ze naar Troost, een dansvoorstelling met poëzie en (jazz)muziek van het gezelschap Connie Jansen Danst, die straks begint in de Juliettent, vijf minuten hiervandaan door de stromende regen. Het is zaak op tijd te komen, want binnen een mum staan er lange rijen bij aanvang van de voorstellingen en optredens. 

Bij de tattoo- en piercingshop is het ook dringen, maar hier bevinden zich in tegenstelling tot drie jaar geleden meer pottenkijkers dan klanten. Intieme delen zijn er tijdens dit festival nog niet gepiercet. Slechts een enkele `angus’ is opgesierd met een ring. Dat plekje tussen mond en kin is populair, meldt de eigenaar van l’Extremiste. Maar de rek is uit de handel. Logisch. Kijk maar om je heen. Deze generatie heeft al jaren geleden de wenkbrauwen, lippen en navels laten piercen. En tegenwoordig kun je op elke straathoek gepiercet worden, zelfs al bij de V&D. 

Hetzelfde geldt voor tatoeages. Het aantal mensen met tatoeages op het terrein is groter dan elders. De afbeeldingen zijn niet van het gebruikelijke oubollige soort, zoals het hoofd van Elvis op de borst, of `Moeder’ op de bovenarm, maar ware esthetische kunstwerken, vervaardigd door echte naaldartiesten. Zo werden hier de eerste tribal-banden gesignaleerd, een soort armbanden van inkt. 

Op Lowlands worden trends gezet. Zo is het, blijkt hier, gedaan met de indeling in kledingstijlen. Er flaneren nog wel een paar verstokte punks over het festivalterrein en enkele uitgesproken gothic-typjes, maar dat is een kleine minderheid. De meesten laten zich niet meteen duiden. Diederik (21) uit Zeist, met een hanenkam, kistjes aan zijn voeten en een trits ringen in zijn oor: “Ik punk? Omdat ik een hanenkam heb? Een ander noemt me skater. Onze generatie laat zich niet in hokjes stoppen!” Hij draagt inderdaad een Billabongbroek, een merk uit de skatewereld. 

We zouden ze ‘alto’s’ kunnen noemen, mensen die zich niet conformeren aan door tijdgeest en mode opgelegde regels. Onder die noemer valt zowel het meisje met de roze nepdreads in bloemenjurk als de jongen met baggybroek en jaren-tachtig-wielrenshirt. Ze beroepen zich op hun eigenheid, de Diederik-stijl of de Gerda-look, een combinatie van vintage en H&M, verschillende soorten stoffen en legerkistjes met keurige kniekousen en een nep parelketting. Kleding is belangrijk, merken minder. 

Tegen vijf uur vrijdagmiddag klaart het weer iets op en gaan de meeste regenpakken uit. Op het hoofdpodium gaan zo The Hives beginnen, een Zweedse garageband waar iedereen naartoe wil. Want muziek blijft favoriet onder al het culturele geweld dat hier te beleven valt. Diederik, die bijna is afgestudeerd als elektrotechnisch ingenieur, en Maarten (ook 21), net begonnen aan de opleiding mediatechnogie in Zeist, luisteren dag en nacht naar alles ‘waarover is nagedacht’. Maarten speelt in een punkrockband en experimenteert op zijn gitaar met jazz en klassieke muziek. Ze zijn samen met Astrid (22), directiesecretaresse bij de gemeente Utrecht, afdeling verkeer en vervoer, en Puk (18), die tot haar grote spijt is afgewezen aan de kunstacademie wegens te jong. Ze studeert nu planologie aan de Hogeschool van Utrecht en beschildert de muren van haar slaapkamer. 

Puk vindt Diederik ‘een echte stamper’. “Ja,” zegt Diederik, “ik hou het meest van hardere beat, maar ik luister ook naar Elvis en The Beach Boys.” Maarten: “De enige muziek die ik verschrikkelijk vind, is R&B en het gejank dat mijn ouders produceren bij het kerkkoor.” 

De meisjes komen meer voor de gezelligheid dan voor de muziek. Ze houden meer van lezen. Puk heeft de halve bibliotheek leeggelezen, zegt ze, nadat ze de enorme boekenkast van haar ouders al had geplunderd. Ze leest in de bus, in de trein en zelfs in de nachtelijke uurtjes, nadat ze is uit geweest. “Ik hou van bizarre verhalen met humor, zoals de boeken over Inspector Frost en het werk van Renate Dorrestein.” 

Uit alles blijkt dat de generatie die hier rondloopt meer culturele bagage heeft dan hun gemiddelde leeftijdgenoten in Nederland. De sponsoren proberen daar tijdens het festival dan ook op in te spelen. Zo is stroomfabrikant Essent aanwezig met een internetcafé en een podium voor jong talent. Maar er zijn ook nog genoeg activiteiten op het terrein te vinden waar geen sponsor aan kleeft. Voormalige festivalbezoekers bijvoorbeeld die er nu een eigen standje hebben met zelfgemaakte kleding, zonnebrillen of oosterse make-up. 

Het hogere is trouwens op het hele festival niet van de lucht. Een gouden boeddhabeeld torent hoog boven alle tenten uit. Higher Ground heet het hier, speeltuin van de innerlijke mens. Hier klinkt Indiaas getingeltangel en blijkt de shiatshu-tempel in het enorme aanbod van massagetenten dé hit van 2004.  Maar wie denkt dat de aloude hippietijden te zijn beland, heeft het mis. Aan de hipste vormen van massage komen geen handen meer te pas. Hier zijgt men neer voor drie euro in een massagestoel die de drukpunten in nek en rug afwerkt, onder begeleiding van de rustgevende tune van een deejay. “Toppie,” hoor je aan de lopende band. “Ik kom morgen terug.”

Zweven is weer in, maar absoluut niet op drugs. Gedrentel voor de tent met brain-machines. Een rij ligstoelen met brillen die rood stroboscopisch licht afgeven. “Digitaal trippen voor drie eurietjes,” klinkt het aan de ingang met een Brabants accent. “Beter dan LSD. Het duurt maar acht minuten. Daarna heb je alles weer in control.” 

De Lowlands-generatie lijkt niet zo te experimenteren met middelen die de geest beïnvloeden. In de jaren dat de hallucinerende LSD-papiertjes op festivals van hand tot hand gingen, waren zij nog niet geboren. En snuiven, daar doen ze niet aan. Wat er wel ooit werd geslikt, was efidrine, een smartdrug die veel op speed lijkt. Twaalf koppen koffie in een pilletje. Deze pilletjes waren hier vorig jaar nog te koop, maar de smartdrugsstand is nu geheel verdwenen. Lowlands is Blowlands, al zijn de talloze weedzakjes op de festivalgrond vooral geleegd door dertigplussers, zo weten de jonkies. Zij roken sigaretten en shag en beschouwen bier als drugs. 

“Kijk, daar.” De hoofden van de vriendenkliek uit Alkmaar draaien naar rechts. Daar nadert een blonde jongen met een fluorescerend geel shirt. Ik ben een neger’, staat erop. Gelach. “De enige negers die ik hier heb gezien, staan op het podium. En er is niet eens een deurbeleid.” Wederom gelach. “Daarom is het hier zo relaxed.” Maar wacht even. Is dat geen Marokkaanse? De hoofden draaien nu in de richting van een lichtgekleurd meisje. “Dat is vast de zus van Ali B. die een vrijkaartje heeft gekregen.” Anita (21), rechtenstudente te Rotterdam, nu serieus: “Misschien houden donkere mensen niet van kamperen. Dat is zo’n typisch Nederlands fenomeen.” 

Lelieblank is de Lowlands-generatie en de enige gesignaleerde hoofddoek is hardroze en correspondeert met de kleur van de wenkbrauwen van de draagster: Cindy Pielstroom. De Yorin-presentatrice voert bij de stand van Globalicious actie tegen de honger in de wereld en overtuigt een potentiële klant dat het bedrag van 12,50 euro voor een Globalicious-shirt rechtstreeks naar koffieboeren in Nicaragua gaat. “We zijn de Hartstichting niet.” 

De jeugd is kritisch, weet Cindy, en is maatschappelijk zeer betrokken. ‘Haar’ shirts mogen dan wel niet zo rap over de toonbank gaan als de hipper ogende shirts met ‘Hongerloon’ en ‘Uitbuiting’ van N(o)vib, Cindy heeft wel een aantal vrijwilligers voor Globalicious geronseld. En ze vindt het ongelooflijk hoe makkelijk dat gaat. “Tijdens vijf festivals hebben zo’n zeven-, achthonderd jongeren zich aangemeld om posters te plakken of folders uit te delen. Dat zijn opvallend veel jongeren onder de 25. Dertigers vinden vrijwilligerswerk stoffig.” 

“Maatschappelijk betrokken? Wij ?” Diederik uit Zeist heeft zijn bedenkingen over de betrokkenheid van zijn generatie. “Ze zetten een handtekening tegen de vrouwenhandel in Kosovo. En dan? Alsof ze daar morgen nog aan denken. Ik in elk geval niet. Daarom heb ik niet getekend.” 

Diederik vormt een uitzondering op de regel, al is hij net als iedereen hier erg links. Zo ook de mensenkijkers uit Alkmaar. De enige dissonant onder hen is automonteur Sjors. Hij heeft Lijst 15 gestemd, want hij heeft geen benul van wat er in de wereld gebeurt. “Ik ben zo van: ‘O ja, joh? Zijn die torens in New York naar beneden gekomen?’ Als je die lui in Den Haag niet kent, stem je gewoon op de Partij voor de Dieren, toch? Ik hou wel van dieren.” Zijn rechten studerende zus Anita: “Debiel! Wil je een mierenkabinet ofzo?”

Anita stemt SP, zoals zovelen. Het is dan ook niet gek dat vorig jaar Jan Marijnissen en Femke Halsema Lowlands aandeden. Dit weekend zijn dat SP’er Agnes Kant, GroenLinkser Marijke Vos en VVD’er Ayaan Hirsi Ali. Laatstgenoemde politica krijgt steeds meer respect van Ingeborg uit Eindhoven. Zij heeft bij de laatste Tweede-Kamerverkiezing eerst op Jan en daarna op Agnes gestemd, maar vindt het moeilijker worden om links te blijven. Bij een steeds verdergaande verloedering van de maatschappij horen strengere maatregelen. Maar zij is dan ook al 34 jaar, zegt ze terwijl ze een beugelfles bier aan haar mond zet. “Daar zullen de twintigers ook nog wel achter komen. Zij zijn nog naïef en braaf. Zo braaf.”

Ze vraagt zich af of die jonkies hier op een ruig festival als Woodstock hadden overleefd. Ze heeft de leeftijd niet om uit ervaring te spreken, maar is menigmaal op Pinkpop en Dynamo Open Air geweest, en daar was het een stuk primitiever. “Hier worden ze op hun wenken bediend.” 

Lowlands Paradise is inderdaad een waar paradijs waar je je kinderen met een gerust hart naartoe kunt sturen. Over het hele terrein is houtschaafsel gestort om niet in de modder weg te zakken, en er is een stand waar mobiele telefoons kunnen worden opgeladen. Voor de vele meisjes die geen vlees eten omdat het slecht zou zijn voor de lijn, is er een keur aan vegetarische maaltijden. En voor jongens is er een kraam met Hema-rookworsten. “Het toppunt van burgerlijkheid. Dat valt de twintigers niet eens op,” zegt Ingeborg. Want truttig zijn ze zelf ook. “Als ze overdag op het festivalterrein zijn geweest, gaan ze terug naar de camping om te douchen en een ander setje aan te doen. Onze generatie loopt drie dagen in de-zelfde kleren, al staat alles stijf van de modder.” 

Goede smaak hebben ze, maar ze houden ook van luxe. Het zal niet lang duren voor de eerste mobiele vijfsterrenhotels rond het festivalterrein zullen verrijzen.

Onderwerpen