Spring naar de content

Vrouwenliefhebbers

Ruud Lubbers was altijd al een womanizer. Toch blijft de hand op de bil een foute opening.

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Beatrijs Ritsema

Een paar maanden geleden speelde zich rond de feministische schrijfster Naomi Wolf (die haar eigen belevenissen altijd als brandpunt voor haar analyses van vrouwelijk onbehagen gebruikt) een kleine affaire af. Wat was het geval? Wolf was uitgenodigd door haar alma mater, Yale University, om een voordracht te houden. Ze weigerde, omdat de universiteit ondanks haar soebatten nog steeds geen excuses had aangeboden voor iets akeligs dat haar in het verleden was overkomen. In een lang en larmoyant artikel in het tijdschrift New York beschrijft Wolf hoe zij in 1984 als twintigjarige studente het slachtoffer werd van seksuele intimidatie door niemand minder dan de grote literatuurprofessor Harold Bloom.

Bloom was een literair-academische superster die veel bewonderende studenten naar zijn colleges trok. Wolf schreef in die tijd gedichten en vroeg aan Bloom of hij ze wilde lezen en er zijn eerlijke mening over wilde geven. (Wij denken bij dit tafereel onmiddellijk aan Woody Allen’s Husbands and Wives, waarin de professor en zijn beeldschone studente uit het creatief-schrijven-werkgroepje elkaar hun roman-in-wording toespelen.) Een tijdje later nodigde Wolf de professor uit voor een etentje in haar studentenbehuizing om zijn bevindingen te horen. Tot haar ontzetting legde Bloom (hij was een eind in de vijftig) na het eten onder de tafel zijn hand op haar knie – aan de binnenkant van haar dijbeen! Wolf schrok hier zo vreselijk van dat ze naar de gootsteen rende en ter plekke haar maaltijd uitbraakte. Over haar poëzie was die avond niet gesproken, en Wolf heeft nooit meer een poëtische pen op papier gezet. Eén trauma en één gefnuikte carrière dus. Wat een dwalende mannenhand al niet vermag.

Het slaat natuurlijk nergens op om over zoiets futiels twintig jaar na dato nog eens te gaan reclameren. Toch heeft Wolf met haar klacht in het algemeen wel een punt. Seksuele intimidatie is een subjectieve beleving, die als zodanig ook binnen het recht erkend wordt. Gedrag dat door de ene vrouw als onbehouwen wordt ervaren, ziet een andere vrouw als bedreigend. Soms worden mannen die veel succes hebben bij vrouwen lui – ze letten niet meer op signalen van de tegenpartij. Bloom dacht waarschijnlijk: gedichten, etentje, kat in het bakkie. Maar subtiliteit blijft nodig in de verleiding; zo’n lompe hand out of the blue op een precaire plek werkt niet.

Ruud Lubbers worstelt met hetzelfde probleem. Als womanizer kan hij makkelijk vrouwen voor zich winnen, maar zijn succes breekt hem op. Kennelijk schat hij zijn eigen aantrekkelijkheid en charme zó hoog dat hij denkt meteen ter zake te kunnen komen door zijn hand op passerende vrouwenbillen te leggen.

Dit gebaar gaat veel verder dan de manoeuvre van Bloom, die nog het excuus had van een door hem als romantisch geïnterpreteerd etentje. Een hand op een vrouw haar billen leggen (of er verder wel of niet in wordt geknepen, doet er niet toe) is volkomen ongeschikt als openingszet. Iemand die maar het geringste benul heeft van wat vrouwen in een situatie met flirtpotentie leuk vinden, zal zijn momentane lustobject nooit tegemoet treden alsof zij een stuk vee is waarvan hij de spiermassa even moet bevoelen; dat is gemakzuchtig, oninvoelend en ongelooflijk onbehouwen. Sommige vrouwen vinden het zelfs bedreigend. In een werksituatie volgt dan ontslag.