Spring naar de content

Lekker whèèè gaan

Ze komt uit Den Haag, werd ontdekt door Golden Earring en haar single ‘Nobody’s Wife‘ is een enorme hit. De muziekzenders TMF en MTV draaien de clip iedere dag. Anouk en bet bliksemsucces: ‘Ga gewoon op het podium staan en dan komt het vanzelf in orde.’ 

Gepubliceerd op: Geplaatst in de volgende categorieën: door Pauline Bax

Anouk (22): “Eergisteren is Together Alone goud geworden. In vier weken! Ik vroeg aan de platenmaatschappij: ‘Goud, wat betekent dat? Vijftigduizend verkocht? Maar zoveel vrienden heb ik helemaal niet!’ Toch snel voor een debuutalbum. Jezus Christus.”

Ik was zestien toen iemand vroeg: ‘Joh, zou je het leuk vinden om een keer voor de lol op te treden?’ Ik zei met mijn grote mond: ‘Prima, regel het maar.’ Van daaruit ben ik gevraagd als achtergrondzangeres voor een coverband die op bruiloften en partijen speelde. Heb ik twee jaar gedaan, was hartstikke gezellig, puur feesten, maar niks serieus aan. Daarna — ik zal achttien geweest zijn — werd ik toegelaten op het conservatorium in Rotterdam. Ik had auditie gedaan omdat het me onwijs gaaf leek om naar school te gaan en alleen leuke dingen te doen. Da’s heel apart, eigenlijk. Ik vond school altijd vreselijk, echt vre-se-lijk. Maar na twee jaar werd ik afgewezen omdat mijn theorie te zwak was. Toen vroegen Barry Hay en George Kooijmans (Golden Earring — red.) die ik via-via kende, ineens of ik hun single Mood Indigo wilde opnemen. Pas rond die tijd dacht ik: goh, dat zingen is best interessant, daar moet ik wat mee gaan doen. 

Mood Indigo heeft het aardig gedaan, vind ik. Het is geen hit geworden, maar het heeft de Tipvijf gehaald. Ik werd eruit gegooid op het moment dat ik naar de Top40 zou gaan. Lullig! Ik had zoiets van: Jezus, doe normaal. Maar ja, ik verkocht te weinig. Gelukkig lag de volgende single klaar. Time Is Jailer, het enige nummer dat al af was. De platenmaatschappij zei toen: ‘Anouk, stel dat dit aanslaat, dan heb je geen album. En het is toch wel mooi als je zometeen ook een plaat in de winkel kan neergooien.’ Alleen, die gasten van de Earring hadden geen materiaal meer liggen en ze hadden het bovendien veel te druk met de opnamen voor Naked II, hun eigen CD. Zodoende ben ik er met Bart, een vriend van me, voor gaan zitten. Gewoon met een gitaartje wat uitproberen, want dit was onze kans. Nou, voor we het wisten hadden we zes nummers geschreven. 

“In de studio heb ik met handen en voeten moeten uitleggen wat ik wilde, hoe ik het wilde, maar uiteindelijk is het allemaal gelukt. In het begin riep ik nog: ‘Nee, nee, het is mijn idee’, wanneer Barry en George met suggesties kwamen. Achteraf bleek inderdaad dat zij soms ook gelijk hadden. Sommige woorden sprak ik niet zo goed uit, en Barry is natuurlijk beter in z’n Engels.

Ik kan me niet voorstellen dat ik op mijn vijftigste nog Nobody’s Wife sta te zingen, begrijp je wel?

Vanaf het moment dat ik zelf nummers ging schrijven, dus sinds anderhalf, twee jaar, dacht ik dit is te gek, hiermee wil ik serieus verder. Het is te gemakkelijk om alleen nummers van anderen in te zingen. Mijn Engels is alleen nog een beetje kinderlijk, heel duidelijk en direct. Daarom zijn mijn teksten zo persoonlijk, maar ik zou niet weten waarover ik anders zou moeten schrijven. Weet je dat? Ik ben veel te veel met mijn eigen dingen bezig. Ik heb wel eens zitten denken: hoe moet je in godsnaam schrijven over iets dat je zelf nooit hebt meegemaakt? Ik wil altijd meteen weten waar liedjes over gaan. Vind ik heerlijk, want dan kan ik tenminste in het nummer komen. Dat je denkt: o, dat heb ik ook. Daar houd ik van. ‘

Een week nadat de platenmaatschappij de clip voor Nobody’s Wife had opgestuurd, zat ik op TV. Dat had niemand verwacht. Mijn clip wordt nu zo vaak gedraaid dat ik TMF geeneens meer aanzet. Ik word er nerveus van. Serieus. Wat dat betreft is het lekker dat wij in Den Haag geen MTV kunnen ontvangen. Weet ik tenminste niet wanneer hij langskomt. Het is toch ook onvoorstelbaar voor zo’n low budget-clip. Ik heb gewoon in mijn eigen kleren voor de camera staan dansen. Heel simpel, in principe, en toch is het precies hoe ik ben. En nu beginnen kijkers uit Scandinavië te bellen of ze mijn clip mogen zien. Heel bizar. Maar ja, ik besef steeds meer dat ik het ook live moet waarmaken. Het lukt me wel, hoor, ik ga gewoon op het podium staan en dan komt het vanzelf in orde.” 

“Het wordt allemaal zo spannend omdat ik heb gehoord dat Nobody’s wife in het buitenland gaat uitkomen. In december schijn ik zelfs naar Stockholm te moeten, en de platenmaatschappij heeft het al over Singapore en Japan. Maar ik heb gevraagd of ze me even de tijd geven om te acclimatiseren. Effe nokken, hoor. Ik doe een deeltijdopleiding voor Sociaal Pedagogisch Werk en ik moet zien of ik dat wel red. Ik heb nog drie jaar te gaan. 

Plus ik werk twee dagen per week in een kindertehuis. Toen mijn baas me aannam, stond ik nog niet eens in de Top100. Ik vind het trouwens helemaal niet zo leuk om naar het buitenland te gaan. Ik haat vliegen en ik heb thuis twee katten die me geen dag kunnen missen. De liefste, aanhankelijkste katten ter wereld: krijsen dat ze doen als ik ‘s avonds binnenkom! Zij zijn zo’n beetje het beste wat me in mijn leven overkomen is. Ja, ik ben een echte huismus, zit het liefst met slippers op de bank. 

“Aan de andere kant: optreden is het lekkerste wat er bestaat. Als iemand met zo’n smoel naar me staat te kijken, zal ik alles uit de kast trekken om hem binnen een kwartier mee te krijgen. Maakt niet uit of de rest van de zaal uit z’n bol gaat, ik richt me alleen tot die persoon. Ik kan daar namelijk niet tegen. Ik vind het ook vreselijk om zelf in het publiek te staan. Ik denk dan precies te weten wat een ander hoort te doen. Ik heb altijd de neiging op het podium te springen, de microfoon te grijpen en zelf gewoon ‘whèèè’ te gaan. 

Ik doe een deeltijdopleiding voor Sociaal Pedagogisch Werk en ik moet zien of ik dat wel red. Ik heb nog drie jaar te gaan

“In principe kan ik nu mijn eigen gigs krijgen, dus vind ik dat ik dat ook moet doen. Afgelopen vrijdag stond ik voor de laatste keen in het voorprogramma van de Golden Earring. Er waren tweeduizend kaarten extra verkocht omdat ik zou spelen.. Ik dacht: nou, heb ik het toch niet verkeerd gedaan. Maar ik hoef niet zo nodig voor een grote zaal. Voorlopig speel ik twee, maximaal drie gigs per week. Ik heb zat werk: mijn agenda zit vol tot en met juli volgend jaar. Alles staat al vast. Heavy, he? De eigenaren van de kleinere kroegen, die me geboekt hadden voordat Nobody’s Wife zo’n succes kreeg, bellen zelfs op om te vragen of mijn gig nog doorgaat. Twee weken geleden stond ik bijvoorbeeld in Krommenie voor 125 man te spelen, en de hele tent ging uit z’n dak. Sta je daar op het poolbiljart. Vin’k onwijs leuk, veel gezelliger dan zo’n galmbak van een grote zaal.” 

“Ik heb gemerkt dat mensen van mijn jeugd vaak een sensatieverhaal willen maken. Weet je, daar werk ik gewoon niet meer aan mee. Inderdaad, ik ben op mijn dertiende van huis weggelopen, ik heb mijn portie gehad, en ik heb ervan geleerd. Het heeft geen zin om erover door te blijven teuten. Verleden tijd is verleden tijd, punt, klaar. Misschien komt het arrogant over, maar ik weet nu gewoon wat ik wil, wat ik goed vind en wat ik slecht vind. Als ik iets wil, ga ik ervoor. En daar ben ik zelf heel blij mee. 

“Als een volgende CD zwaar flopt, kap ik ook met deze muziek. Ik zou geen comeback maken, nooit van mijn leven. Ben ik te trots voor. Het houdt toch op als de mensen me niet langer moeten? In dat geval heb ik een goede reden om een ander genre uit te proberen, want er zijn zoveel dingen die ik leuk vind. Ik word nu afgeschilderd als een rockzangeres omdat Nobody’s Wife toevallig een rocknummer is, terwijl op het album een mengelmoes van stijlen staat. Together Alone heeft van alles wat. 

“Ik houd juist van ballads. Ken je de muziek van Tuck & Patti? Da’s zo onwijs mooi. Een van mijn eigen lievelingsnummers is Sacrifice. Live speel ik dat akoestisch. It’s So Hard vind ik ook een lekker gaaf nummer. Het probleem is dat ik op mijn volgende CD niet met alleen een gitaartje aan kan komen zetten. Dat pikken de mensen niet. “

Maar ja, eerst maar eens kijken hoe lang dit gaat duren. Ik kan me niet voorstellen dat ik op mijn vijftigste nog Nobody’s Wife sta te zingen, begrijp je wel? Hihi. Ik denk het niet.”

Onderwerpen